
Super User
1931-03-09/03-10
EIDA
Maandagavond 9 maart
Geliefden –
Terwijl de donder onheilspellend rondspookt, wend ik me tot jullie. De regen is zo vriendelijk geweest vanmiddag pas te beginnen nadat we net thuis waren van het tennissen. Meneer de Jongh, met wie we geregeld 2, 3 maal in de week spelen, zal zeker nog een aardig douchetje gehad hebben voor hij thuiskwam. Overigens is hij zoiets gewend. Gister is nl. zijn karpet uit zijn kamer weggedreven van de overstroming. Hij woont hier in een pension, waarvan de tennisbaan onder water stond, en de garages leeg gespoeld werden. Er stonden bakkerskarren in, en die zijn enige kilometers verder teruggevonden, en de auto’s zijn door een grote vrachtauto, geholpen door alle tuinjongens van het hotel, uit de modder gesleept. Wij hebben van dat alles niets gemerkt, omdat we boven de stad wonen en al het water dus van ons wegstroomt. Gister nam Chris, Thijs, Hok en mij mee, naar een schitterende stroomversnelling midden in de bergen van de Tjitaroem, de rivier die langs Bandoeng stroomt. Reusachtig gezwollen was hij van de regens. Op de plaats waar vroeger Anneke en Thijs gelopen hadden, was nu een diepe, enorm snelle stroom, met een brede waterval omdat het water over een bergrug heen moest. We stonden er van onder tegen aan te kijken en werden op een afstand van honderd meter minstens, nog besproeid met opspattende druppels, werkelijk mooi. Anneke ging niet mee. Maar ik had nu juist weer reuze zin omdat ik nog haast niks van [2] de omstreken gezien heb. De Norit werkte weer fijn, ik had geen minuut last. – Anneke is nog steeds reuze goed. Ze ziet er best uit, je zoudt niet aan haar zeggen dat ze, “in positie” was. Katy was er tenminste verbaasd over. We spreken opeens de Kunsten weer zelden, en daarom liep ik pas even bij hen aan op een morgen. Ze hebben een grappig tam hertje in de tuin. Ze hebben net gehoord dat het een Chinese is en Jaap begrijpt nu, waarom ze hem eerst niet begreep: omdat hij geen Mandarijns spreekt! Als je de tuin binnenkomt, loopt het hertje op je toe en laat zich aaien, mits je geen schichtige bewegingen maakt. Ik heb niet gevraagd of ze nog met de vliegpost op 3 februari hebben geschreven. – Zeer bedankt voor jullie vliegbrief. Ik ben erg benieuwd of jullie voor de onze geen port hoeven te betalen. Anneke zei dat die lapjes er gerust in konden, want dat Tine Schepers er wel kiekjes instopte. – We hadden vrijdag de Heer Neumann van Padang, een Hollandse Indische jongen en Königswald, een pas gekomen Duitser, beiden ongetrouwd, hier te eten. Het was werkelijk wel geslaagd, hoewel ik nog steeds een soort dinertje doodgriezelig vind. Als iemand plotseling blijft eten, kan het me niks schelen, maar zo’n voorbereiding! Ik maakte de huzarensla zelf, omdat Hok hem de vorige keer niet lekker vond. Evenwel tot verontwaardiging van de kokki, die me net verteld had, dat ze alles kon koken, ook voor mensen, die pas in Indië kwamen. Dit is met het oog op jullie komst! De gasten bleven tot kwart voor 12!, en als ik niet gegaapt had, waren ze zeker nog langer gebleven. Neumann is een echt gezellige jongen en die Königswald zo’n echte sentimentele Duitser vol poëzie. Hij speelde voortdurend met de poes [3] die we toen net hadden en vertelde kostelijke verhalen van zijn vroegere slimme teckel. –
De poes begint hier al aardig te wennen. We noemen hem niet anders dan Hans en hij luistert zelfs al naar die naam, echt leuk. Dat komt vooral door zijn gevoel voor gezelligheid. Hij vindt het geen manier als we hem alleen laten en zodra hij ons hoort thuiskomen, komt hij aangesprongen, en werpt zich direct op je voeten, waarvan hij denkt dat ze zich om hem te amuseren, bewegen. Hij is enorm kouwelijk en brult moord en brand als hij niet op een warm plaatsje, op je schoot of tegen je aan ligt. Echt gezellig. Ook schreeuwt hij, wanneer hij op de bak moet. Dus kostelijk zindelijk. Hij speelt als een dolleman met een kartonnen ring, die we even boven de grond ophangen, zodat hij geweldig heen en weer schommelt als je er een tik tegen geeft, enig om te zien. – Ik speel nog steeds elke dag piano. Studeer hard op de pianopartij van de duetten voor Anneke en Mevr. Ter Haar. Ik vind het fijn om te accompagneren. Ik hoop het steeds vol te houden. Hok heeft zo’n heerlijke boel muziek. Met Henk zal ik eens een keer Grieg spelen, Anitra’s Tanz en zo. Maar Henk vindt die niet geschikt voor piano. Henk is sinds een week in dienst. Hij is al 3 dagen ziek geweest, en heeft tot zijn vreugde die dagen van dienst misgelopen. En nu is hij overmorgen in Soerabaja als getuige opgeroepen in een zaak en nu moet hij weer 3 dagen vrij. Net een kwajongen, zoals hij genoot! – Heerlijk dat je een mooi kleedje voor me voor Dien hebt gekocht en een theemuts, die kan ik altijd nog even bewaren. Kom voor die prijs hier eens om zoiets! Ik ben blij dat je geen wol genomen hebt, want ik heb net ontdekt dat dat kussen van Liesje erg prikt. [4] Die wol in je rug is niet prettig. Mevrouw van der Ban zei dat ze van frotté zij, net een manteltje gemaakt heeft, dus dan is het zeker niet zoiets nieuws? Of zou ze iets anders bedoelen. – Dinsdagmorgen. Ik ben net bij Mevrouw van der Ban aangelopen om raad te vragen over een jurk, die ik hier kocht, en die ik helemaal tot op m’n schoenen wil maken. Op ’t ogenblik is hij met 4 punten. En nu hebben we een manier bedacht dat ik niet eens wat hoef bij te kopen, als dat niet wat is! Hij wordt alleen van onderen maar 3 el wijd, ik weet niet of het een bezwaar is. Eerst Hok’s advies inwinnen! – Gistermorgen was ik bij Mevrouw Oppenoorth, je zult wel denken dat ik niets aan mijn hoofd heb dat ik steeds naar andere huisvrouwen sjouw! Maar hier vindt “men” het onaardig als ze je nooit eens zien verschijnen. En bij haar was ik nog nooit geweest. Ze heeft een reusachtige orchideeënkwekerij, een soort struik stond helemaal in bloei, net bloesem. – Ik lees tegenwoordig elke morgen in de Bijbel. Ik wil hem graag eens helemaal doorlezen. Maar Paatje, jij bent erg bijbelvast, vertelt eens. Waarom is Jacob eigenlijk een aartsvader. Zijn karakter vind ik nl. niet erg mooi. Hij bedriegt toch zijn vader en Esau ook. En op zijn vlucht verschijnt God zelf voor hem. Is dát nu rechtvaardig?! Abraham is een veel mooiere figuur, door en door vroom en goed. En Rachel bedriegt haar vader ook al, door het stelen van zijn huisgoden en dan vind ik Jozef ook niet onverdeeld sympathiek. In de magere jaren laat hij de Egyptenaars eerst al hun geld en hun vee aan de Farao verkopen om in het leven te kunnen blijven en dan nog al hun land. Verder komt Mozes voort uit het huis van Levi, een van de zoons van Jacob, die [5] hij vervloekt. Ik begrijp werkelijk het heilige van dit boek niet, waarin ook alles “bij-zijn-naam” genoemd wordt en God zelf onrechtvaardig is, en zijn uitverkorenen lang niet volmaakt. Dan is Jezus toch wat anders. – Verder speel ik nog steeds elke morgen piano. Op ’t ogenblik studeer ik Walsen van Chopin, om ze in tempo en een beetje behoorlijk te spelen valt toch niet mee.
Het is zielig voor Gonne Schutter dat ze nu niet hierheen kan komen, nu die Mevrouw Bloemendal, die het kan weten, het afraadt haar te laten komen op de bonnefooi. Chris had haar wel graag willen hebben, ze zou zeker veel pret bij hem hebben. Elke zondag een tocht met de auto, hij gaat juist een nieuwe Ford kopen!, tea-en bij Hotel Preanger en zaterdagavond dansen! Is dat niets voor Empie!!? Anneke denkt dat Tante Lyda wel boos zal zijn. Ik heb Mevrouw Ament van Vivos ook al gevraagd, die heeft net haar kinderjuffrouw weggedaan, maar nu wil ze geen nieuwe. Ik zal nog eens in de Vivos proberen, dat is misschien nog wat. – Zaterdag krijgen we waar-schijnlijk 2 Vivos dames te logeren. Hok hoopt maar dat het aardige meisjes zijn!
Dag liefjes, Eida
Geliefden – Ik heb nog heel veel te schrijven! Allereerst wat enig dat Hessel verloofd is, ik gun het hem echt, als het een lief zacht meisje is! Zijn die verlovingskaartjes alleen voor jullie of ook voor mij. Is dat meisje van Emma’s leeftijd, dat zou leuk zijn. Hij is echt een jongen om vele harten te veroveren. Op ’t Gym had hij al veel succes bij de dames! Ik zou hem [6] graag gelukwensen, maar weet natuurlijk geen adres. Weet Em alleen dat ze mooi is en niet meer? Toevallig dat ik net aan Em schreef hoever Hessel was. Is hij al med.kand.?
Wat allerliefst van Tante Leidie dat ze ons dat reisje naar Soerabaja cadeau wil doen. Wij zijn er enorm verrukt van. Anneke en Thijs vinden het niet zo nodig. Zij hebben hun geld voor de operatie van het Gouvernement teruggekregen, maar wij kunnen niet eerder ons request indienen, dan nadat we Kuyer betaald hebben en we moeten hem vóór augustus betaald hebben. Wat een afgezaagd thema hè! Waar het hart van vol is… Tante Leidie is een schat, compliment van ons! Maar wij zouden het juist wel leuk vinden, wanneer Zus en Dirk het wisten, want dit is toch ook een cadeautje voor hen dat we het feest dan met familie onder elkaar kunnen vieren en dat wij dit aan haar danken. Ik vind dat juist extra leuk!
Vreselijk zielig dat tante Jenne in bed lag, toen haar kinderen kwamen. Dat doet me denken aan mijn vroegere verjaardagen, wanneer ik vaak ziek was, alleen door de opwinding van tevoren!
Wat misselijk dat die Guus Minkenhof in de kamer bleef, toen Moeder daar was. Waarom heb je haar niet een wenk gegeven, het is toch nog een kind!
Wij zijn van plan een kleine steen op het grafje te laten zetten. In dit klimaat komt niet veel terecht van niet-dagelijks verzorgde planten. En in het gedeelte waar ons grafje ligt, is juist een ellendige werkman, die zich met alles bemoeit, hoogst onsympathiek, aan wie we de zorg voor onze plantjes, als het niet moet, liefst niet opdragen.
Bedankt voor de mode-oplossingen!
Dag Eida [7]
HOK
10/3 ’31.
G. Zeer sympathiek van Tante Leidie om ons reisgeld aan te bieden voor de reis naar Soerabaja. De Rempten mag ik heel graag, zodat we – zoals we reeds in de vorige brieven schreven – hen gaarne verkoperen willen; helaas vrezen we dat onze financiën niet mee zullen werken, we rekenden uit dat we met mei, met betrachting van de pijnlijkste zuinigheid, misschien net zullen rondkomen, een deficit is echter waarschijnlijker. De tandarts peutert namelijk heel wat guldens uit mijn gebit! Dat is de oorzaak van een sombere voorspelling. Tante Leidie’s Aanbod (met hoofdletter) zullen we daarom heel gaarne aanvaarden. – Over Hans jr. gesproken, we hebben ook een Hans jr.jr. – een kleine witte kater – die allerliefst is, en prachtig luistert naar zijn naam. Hij heeft ons beider harten reeds gestolen! – Van het bericht over de tragische moord in Bilthoven lazen we ook hier. Die man zal wel niet toerekenbaar zijn. Vrees voor de mensen hier, hoeft u heus niet te hebben. Als er een volk bestaat dat zeer zachtzinnig is, dan zijn het zeker de Javanen. –
Bedankt voor de afleiding van het woord Cycloclypeus.[1] U moet ons potjeslatijn maar niet al te kritisch bekijken. Het ergste van al is, dat een eenmaal ingeburgerde schrijfwijze niet veranderd mag worden. Daardoor zouden allerlei verwarringen gesticht worden. Ik betreur het, dat ik geen klassieke opleiding heb genoten, niet alleen, omdat ik meer voor A dan voor B vakken voel, maar ook voor mijn momenteel werk, waarbij zovele nieuwe namen verzonnen moeten worden. Die namen zijn nl. het best, wanneer ze een typische eigenschap uitdrukken. Momenteel heb ik de volgend namen: primers, transiens, biplicatus en verdere naar personen, zoals koolhoveni, eidae... maar ik heb nog meerdere te verzinnen. Dat aantal is gelukkig gemakkelijk te vermeerderen nl. door voorvoegsel prae- of post. Dit kan in mijn geval omdat ik zeker weet, dat bijv. prae-eidae een vorm is, waaruit de eidae is ontstaan, en dat de post-eidae een vorm is uit eidae ontwikkeld. Mijn werk schiet goed op; ik merk dat [8] ik werkelijk het neusje van de zalm heb en dat de resultaten ook in algemene zin bijv. voor de zoogdieren geldig zijn. – Paleontologie is eigenlijk, zoals de meeste mensen haar opvatten, niet meer dan Paleontografie: niets anders dan dorre beschrijvingen. De menselijke geest stelt zich nu eenmaal niet tevreden met het constateren alleen van de feiten, ze wil ook het causale verband tussen die feiten weten. Dikwijls is deze opvatting te wijten aan de mensen zelf, bijv. de Amerikaanse literatuur over mijn vak is het probaatste slangenmiddel, dikwijls leent het materiaal zich niet voor diepergaande studie. Merkwaardig is nu, dat vooral de Duitsers degenen zijn, die de Paleontologie zo goed opvatten. Ze zijn dikwijls wel wat te voorbarig, wat te speculatief, maar hun opvatting bevalt me toch meer dan dat gejaagde, oppervlakkige van de Amerikaan. Ze zoeken alleen het praktische, hun methoden zijn dan ook alleen berekend op nut. Nu wil het, dat Paleontologie alleen dan bevredigende resultaten geeft, wanneer de problemen uit de praktijk zuiver wetenschappelijk behandeld worden. – Hier bij ons voel ik ook die tegenstelling. De geoloog wil resultaten, liefst zulke die absoluut vaststaan, de paleontoloog zegt: we kunnen aan die eis niet voldoen, wij moeten eerst een basis vinden. Ik geloof dat de wetenschappelijke medewerkers van welke praktische dienst dan ook voor zulke moeilijke gevallen geplaatst zijn.
Dag Hok.
EIDA
Ik belde net de dokter op om te vragen hoe m’n urine was. Hij zei dat het prachtig was en of hij heus wel van mijzelf was! Nog één maand om het volmaakt te maken, poeders slikken. Ik zei hem of ik moest doorgaan met de poeder, en hij vroeg of ik er dan soms last van had, ik zei niet ik, maar m’n portemonnee!
Dag Eida
[1] Cycloclypeus is een soortnaam uit de familie van de Foraminiferen: krijtdiertje, eencellig; soort fossiel.
1931-03-03
HOK
3 maart ‘31
G. Gisteren pas hebben we onze mailbrieven geschreven. Eigenlijk een dag te vroeg, maar dat komt omdat we vanavond op visite moeten bij de Ortten, die tijdens Eida’s ziekte ons zeer veel hartelijkheid betoond hebben. Nu eindelijk brengen we hun een bezoek. Ze zijn de vorige bewoners van ons huis, waaruit ze ontgroeid zijn. – We leven in een tijd van bezuiniging: elders is het door te weinig omzet, bij ons thuis door juist het tegengestelde, door te grote omzet van onze harde en blanke guldens die we moeten afstaan aan de verschillende medici; momenteel is daarbij nog gekomen de tandarts, die reeds ƒ 175.- aan ons beiden verpeuterd heeft. Eida maakt elke maand de begroting op en schrapt en schrapt om wat geld over te kunnen sparen voor een snoepreisje naar Soerabaja om de Rempten eens in hun hol op te zoeken. Maar helaas, tot nu zijn de schrapjes alleen op papier mogelijk gebleken, want de post “onvoorzien” blijkt alles op te slokken wat van andere posten weg is genomen. Die post verslindt ook ons snoepreisje, vrees ik, aan het eind van een maand zijn we nooit verder gekomen dan we in de daaraan voorafgaande maand geëindigd waren; de vooruitgang is nl. nihil. Zo leven we in financiële stilstand, gelukkig alleen financieel, want met al het andere gaan we goed vooruit. Eida tennist al 5 sets, een hele prestatie! En na zo’n spel is ze niet veel moeier dan ik. – Bedankt voor uw belangstelling in mijn werk. Dat nadert gelukkig zijn glorieus einde, niet zozeer wat betreft het neerschrijven, maar t.a.v. het onderzoek zelf. Wat gek is, is dat de mensen die van dat werk profiteren zullen, ongeduldig beginnen te worden. Ze dringen er op aan dat ik het afsluit en publiceer. Dat dringen ergert me in niet geringe mate. Ik zal toch zelf het best kunnen beoordelen wanneer ik voor het voetlicht verschijnen kan met mijn resultaten. En als u bedenkt dat ik er pas sinds november mee bezig ben, d.i. 4 maanden, terwijl men, sinds 1890 ongeveer gezocht heeft naar een goede oplossing! Wetenschappelijk werk moet niet in vliegende haast afgeraffeld worden, wil het blijvende waarde hebben. Het moet kalm worden overwogen, getoetst aan alles wat voor zijn toetsing geschikt is, van alle kanten aan een strenge kritiek onderworpen worden. En als alle ter beschikking staande middelen uitgeput zijn, dan pas heeft men iets dragelijks. Waarom zou ik drie publicaties schrijven, wanneer het in zijn geheel in één kan. En als u daarbij bedenkt dat toen ik met mijn voorlopige publicatie kwam, dat men mij toen zei, wees niet overhaast. Toen was er niet de minste reden om mij dat te zeggen, want toen was een eerste stadium van het onderzoek afgesloten, en met alle recht kon ik toen mijn voorlopige bevindingen op schrift stellen. – Wees jezelf, zeg ik me steeds, want de lasten komen niet op hun schouders, maar op de mijne. Ik ga kalm mijn gang, van tijd tot tijd tonend dat ik niet gediend ben van resultaten in akkoord-werk en voor mezelf ben ik overtuigd, dat zoals ik mijn werk opvat, het voor de toekomst het beste is ook voor de mijne. – Maar lang zullen ze niet hoeven te wachten, in de loop van deze maand begin ik met schrijven. En dan zult u zien, dat ze met het publiceren van het manuscript weinig haast zullen maken; zoals bijv. het werk dat ik in Bonn schreef, dat nu al twee jaar op publicatie wacht. Maar dan zal ik degene zijn, die op haast aandringt. Het onderhoofd schijnt genoeg te hebben van mijn eigenzinnigheid. Hij probeert het langs andere weg, maar met weinig succes! Dag Hok [2]
ANNEKE
G. – Boven deze zwaarwichtige (want doorgedrukte) woorden een paar van ons om te vertellen dat het ons best gaat. – Financieel iets beter dan Eida en Hok al grijnst de bezuiniging ook al in de toekomst. Maar wat de gezondheid betreft is het voortreffelijk. ’s Ochtends wandelen Eida en ik – hedenochtend heb ik bij haar gezongen met een andere Mevrouw. Thijs is sinds maandag weer druk aan de gang en legt zich speciaal toe op het leggen van beslagen, wat extra wordt betaald – met welk geld we hopen het reisje naar Soerabaja te kunnen bekostigen. – Wat zou het zonde zijn als Eida en Hok niet mee konden. Maar voor mij is het ook nog de vraag of de dokter het goed vindt. Nu – ik stop maar uit vrees dat jullie je ogen bederft met dit gekriebel. Voorlopig komt er geen vliegmail meer – tenzij om gewichtige redenen. Als we toch niet antwoorden kunnen is de mop eraf. Vinden jullie ook niet? –
Wil je voor mij bij Liberty proberen van bijgaand staaltje nog 1 el te krijgen? Als de rok langer is, is de jurk nog goed draagbaar. Gaat op onze rekening mee in mijn verjaarspak! Ik schreef per mail terug meer boodschappen. Hartelijk dank en veel kusjes van Th. en A.
EIDA
En voor mij van het andere lapje 1 el van het Indanthrenhuis.
Dag, de brief moet weg.
De dokter zegt dat ik eruit zie als een roos! Alleen m’n voeten zijn nog pijnlijk. – Verder alles gezond – geen obat meer. Dag Eida
Lang leve Vader!
Nog vele jaren in de mailbrief uitgebreider!
1931-03-01
EIDA
!!!!!! Van harte gelukgewenst met 28 maart !!!!!!
1 maart 1931
Lieve Schatten –
Op de eerste dag van een nieuwe maand begin ik op een schoon blaadje aan jullie, nadat ik m’n eerste uitgaven van deze maand ook op een schone bladzijde boekte. Het was werkelijk interessant de vorige maand in genoemd boek eens door te kijken, hoe we met ƒ 1.000.- begonnen en met ƒ 36.- eindigen. – Dat kan lang niet iedereen! – Deze maand kunnen we ons terecht weer over allerlei verheugen en wel allereerst dat wij deze maand al het voorschot, dat het Gouvernement ons bij onze komst hier in Indië leende, hebben afgedaan en ons volle salaris kunnen ontvangen, hoera!, dat scheelt ƒ 83.-! Ja, liefjes, je zoudt zeggen door de aanhef van deze brief dat we grove geldjagers geworden zijn, en ’t lijkt er inderdaad heel veel op. Maar we moeten nu al zover vooruitdenken tot 14 mei om dan naar Soerabaja te kunnen gaan, hetgeen werkelijk zeer onwaarschijnlijk lijkt! Wat grappig dat Moeder ons juist die datum 14 mei schreef en daarbij ons aanbeval dat op de kalender te zetten, precies als ik jullie verleden week aanried. – We zijn hoogst dankbaar voor Emma’s brief en ik voel me zeer ontdaan over haar standje dat ik haar nooit schrijf. Ik hoop eerstdaags eens uit m’n slof te schieten! Misschien als morgen de piano herstemd wordt. We hebben een blinde pianostemmer, de neef van Mevrouw van Vianen. Een man om medelijden mee te hebben en daarom heb ik hem ook maar weer laten komen, [2] hoewel zijn gehoor nu niet zo scherp lijkt te zijn. Want zaterdag is hij geweest, gister. En vandaag speelde Henk even en was diep verontwaardigd over die manier van stemmen. Het is wel reuze vervelend, maar één troost is dat hij met plezier nog eens terugkomt. Hij kan zich nergens mee amuseren en het liefst zit hij voor een piano, hoewel hij zelf niet eens kan spelen, ook een nadeel, maar enfin. Ik heb hem juist Mevrouw ter Haar ook aanbevolen, ik hoop maar dat hij het bij haar beter zal doen. – Gister aten dan toch eindelijk de Smitten bij ons. Nadat we elkaar ieder een keer, hadden afgezegd. Het zijn toch erg gezellige mensen, jammer dat we ze zo zelden spreken, ook voor de mannen, die graag samen bomen. Heleentje mag ik ook graag, ze is zo beheerst, zegt geen onbenulligheden en onnodige dingen, benijdenswaardig. Ze laat Vader nog feliciteren met zijn verjaardag, waarop Pierre direct zei: “denk je nou dat Meneer Schepers zich nog interesseert voor jou?” Waarop zij: “denk jij zo over je oud-leerlingen!’ – Ik vertelde haar van de viering van de Rectors verjaardag en van Vaders ABC. Ze interesseert zich nog erg voor jullie. – We aten kippenbouillon, garnalenrissoles – kip + terong[1]moes (soort rode appelmoes) + vruchten. Het leek heel veel, maar ’s avonds hadden wij zelf weer enorme honger, ik geneer me voor hen, als ze nog naar de broodtrommel hebben moeten lopen! – Jop Burgersdijk trouwt op onze ondertrouwdag, 2 april en op Hok’s verjaardag houdt ze receptie, makkelijk te onthouden data! Gelukkig stuurde ik haar ons pakje nog net op tijd. Ze komen daar om van de drukte. Twee recepties binnen 14 dagen, dat is nog krasser dan bij ons! – We [3] kregen een brief van Papa van der Laan, geschreven op 28 oktober!, maar die wegens onbekendheid in Bandoeng van fam. Tan-Schepers, weer terug naar Holland is gestuurd. We hoorden net dat Omoe is overleden; wat is ze oud geworden! – Ho heeft ons een portret gestuurd van hem met z’n hele familie, werkelijk heel aardig. Het zal zeker de bedoeling zijn, dat we het ophangen; misschien bij jullie?! – We gaan dinsdagavond naar de Ortten, die je wel uit Anneke’s brieven kent, die in dit huis gewoond hebben en die mij in ’t Ziekenhuis zoveel vruchten stuurden. Na die tijd ben ik nog nooit bij haar geweest, maar nu is m’n visitejurk klaar! – Ik ben enorm aan ’t piano studeren. Woensdag komen Mevrouw Ter Haar en Anneke hier zingen. Het is jammer dat Mevr. Ter Haar ook een sopraan heeft, maar nu zal Anneke de tenor zingen of 2e sopraan. Alleen de pianopartij is daverend moeilijk door de snelle tempo’s en nu studeer ik al elke dag een paar keer en morgen moet Mevr. Ter Haar de muziek hebben, want zij kent de liederen ook niet, alleen Anneke. –
Maandagmorgen. – De pianostemmer is alweer van 9 uur af bezig en nu is het half 12. Hij zegt dat de piano te lang ongestemd is geweest, dat hij daardoor direct weer gezakt is. Hij zal misschien gelijk hebben, maar ik kon hem moeilijk vertellen dat ik niet elke maand ƒ 6.- kan missen! – Daarnet stuurden Zus en Dirk de kiekjes. Zie eens hoe dik ik ben, ik ben me doodgeschrokken. Drie ervan zijn genomen bij het meer (= telaga) Patengan. Die bij de auto op de terugreis. Moet je die beeldige golf in Zus haar zien. Mijn haar is ook niet bepaald flatteus, ten eerste woei het erg, 2e had ik niet veel, ten 3e was ik steeds in de weer geweest om te helpen hout te sprokkelen voor ons kampvuur dat schitterend brandde. [4]
Dat lijkt me een mooi stuk wat Moeder daar beschrijft van H. Roland Holst[2]. Wat merkwaardig dat Meia A. de hoofdrol speelde. Ik wist niet dat ze zo goed acteerde. – De blokkalender is een reuze bezit, het “rode boekje” is geheel verdwenen. – Wat grappig dat je Immy Biegel weleens spreekt. Wat doet ze eigenlijk precies? Gaat ze door voor zang, of is ze al klaar. Ze is daar toch al enige jaren mee bezig. – Dinsdagmorgen. Ik schreef net aan Mej. Kleerebezem en de Groot.
Anneke vertelt nu aan iedereen dat ze een baby verwacht. Het lijstje dat ik haar voor kleertjes enz. gaf, is ze kwijt!
Ik was net bij Katy, maar heb maar niets gezegd van Mevrouw Kunst’s verjaardag. Ik heb uit Katy’s tuin een plant gekregen, waarvan het binnenste goed is voor de haargroei, speciaal is dit voor Hok. Want mijn haar komt alweer reusachtig op.
Hok hoorde op de Gemeenteraad dat ze onze weg gaan doortrekken, afschuwelijk! Dan krijgen we misschien ook huizen tegenover ons.
De Gemeenteraad heeft aan de burgerij van Bandoeng een jubileumpark geschonken of liever het zal officieel gebeuren op 1 april wanneer de gemeente 25 jaar zal bestaan. Het is een enorme uitgestrektheid, een stil natuurpark. Jacques P. Thijsse is er verrukt van. Zo wordt onze stad steeds mooier. Jullie treffen het als je over een jaar hier komt!
Dag Eida [5]
HOK
G. Ik ben er zeer gevoelig voor, dat Vader mijn onderzoekingen met zoveel belangstelling volgt. U begrijpt, dat dag en nacht mijn hersens er zich mee bezighouden, maar niet mijn hersens alleen zijn het, die onder de indruk zijn gekomen van de verkregen resultaten, er zijn ook resultaten bij die tot filosofische overdenking uitnodigen. Tot overdenking namelijk van de mysteriën van het Leven. Waarom, zo vraag ik mij telkens af, ontwikkelen de dieren zich zo wetmatig (is dit een Germanisme?), kan die ontwikkeling in causaal verband gebracht worden met de omstandigheden, waaronder de diertjes geleefd hebben, d.w.z. kan die ontwikkeling gecorreleerd worden aan eenzelfde regelmatige verandering van hun milieu. En het antwoord, dat ik hierop weet – althans in dit stadium van onderzoek – is, neen! En als er van zodanig verband geen sprake is, wat is dan wel de oorzaak der ontwikkeling? En dan komen we tot de onderstelling, dat het Leven zich ontwikkelt volgens autonome wetten, wetten die immanent aan het Leven zelf zijn: er is een worden, een ontwikkelen en een vergaan van Leven; het Leven als biologisch verschijnsel heeft uit zich zelf een begin en een eind. En wat is de zin van die ontwikkeling? De biologie antwoordt: aanpassen aan het milieu. Maar als er geen regelmaat te vinden is in de opeenvolging der verschillende milieus, terwijl die wel te vinden is in de opeenvolging der dieren, … en telkens krijg ik als antwoord: het Leven is niet te verklaren met de fysisch-chemische wetten, d.w.z. mechanistisch; er is een principe, een oerprincipe dat het bij zijn schepping meekreeg en volgens welk het zich ontwikkelt. U ziet, ik kom op het terrein der vitalistische speculaties; ik kom tot het centrale probleem aller biologische wetenschappen: wat is het leven-als verschijnsel, wat is zijn zin, wat of wie is zijn oorsprong? Dieper is voor mij zijn wonderlijkheid geworden. Rathenau[3] schreef eens: het mysterie van het Leven is als het middelpunt van een bol. Van elk punt van de oppervlakte dier bol kunnen wij het bereiken! U weet dat de wetenschap verdord is door specialisatie, dat zij geen ziel meer heeft, leefden we nog maar in den tijd [6] van Plato. En dat is wat mij zo onbevredigd laat zijn met zuiver wetenschappelijk werk, het is me te zeer ingesteld op een praktisch doel, liggend buiten ons geestelijk leven. En deze resultaten hebben mij er weer mee verzoend. Dit probleem zal ik te zijner tijd filosofisch uitwerken, … voor het ogenblik is het voldoende dat ik de resultaten voor de praktijk tot in alle consequenties uitwerk. En die resultaten opzichzelf zijn niet minder, dan dat we de sleutel hebben van het geologisch gebeuren in deze streken, voorts doordat het mogelijk is geworden de tijd in stukken in te delen, die tezamen het beeld geven van de ononderbroken voortgang daarvan, is ook bereikt dat de petroleum-geologie een hulpmiddel gekregen heeft, dat haar miljoenen zal besparen bij hun boringen. Het voornaamste van alles blijft echter, het bewust worden van het mysterie van het Leven. – De volgende maand denk ik zover met het onderzoek gereed te zijn, dat ik er de praktische resultaten van kan samenvatten. Hopelijk zonder herries. Dat zal wel niet, omdat ik nu wat meer prestige heb. –
De kinderen van deze tijd moet u niet al te socialistisch opvatten. Het is een zuiver religieus stuk. Het wil weergeven de noden van ons. De jeugd heeft haar geluk gezocht in losbandigheid, in wetenschap, maar liet daarbij verdorren de liefde voor het Leven. Wat ze vonden was klatergoud, niet wat waar is, niets wat blijvend is en spreekt tot hun ziel. Die Liefde kunnen we niet verwaarlozen. Het leed dat in de wereld is, brengt tot inkeer. Zonder Liefde is het leven leeg; de oplossing die Henriëtte Roland Holst geeft, is terug naar religie. Niet religie in de zin van confessie, maar in de diepere zin, religieus zijn in de betekenis van onze nietigheid voelen tegenover een hogere macht, met deze macht in contact blijven. –
Bedankt voor correctie. Virulentie wordt hier gebruikt in de betekenis van levenskracht. Wordt ook gebruikt in de bacteriologie. Waarschijnlijk in afgeleide betekenis. Die bacteriën zijn zeer virulent, – scheiden zeer veel stof (giftig) af, dus zeer levenskrachtig.
Voorkomend = Engels occurrences.
Dag Hok.
De indruk van de voorlopige publicatie blijkt uit het schrijven van Umbgrove, die me met de reeds bekend geworden resultaten gelukwenst en dat het een prachtig stuk werk beloofd te worden.
[1] Terong = aubergine.
[2] Henriette Roland Holst (1869-1952) dichteres, schrijfster en socialistisch politica. Haar neef was de dichter Adriaan Roland Holst (1888-1976).
[3] Walther Ratenau 1867-1922, Joods insdustrieel in Duitsland, politicus en schrijver. Belangrijke voorstander van een politiek van assimilatie voor Duits Joden. Dat zou, naar zijn mening, uiteindelijk leiden tot het verdwijnen van het antisemitisme.
1931-02-24
EIDA
24/2 ‘31
Lieve Schatten –
Waarom schrijf jullie een vliegbriefje voor A. en Th. alleen? Wat hebben wij misdreven, wat hebben wij misdaan, ja-daan? – Wat afschuwelijk voor Mevrouw Kunst dat haar eigen kinderen haar verjaardag vergaten, echt zielig. Maar Jaap en Katy hebben altijd zoveel logé’s dat ik me voor kan stellen dat hun hoofd omloopt. – Henk Heyermans is daverend verkouden, een klein griepje, geen wonder als je van Soerabaja komt! Van Soerabaja gesproken, Zus en Dirk zullen op ’t ogenblik weer bezig zijn te puffen. Gistermorgen om half 7 brachten Hok en ik ze naar de trein en Zus zag bepaald geweldig tegen de hitte op. Als we geteld hadden hoeveel maal Zus ons klimaat heeft geprezen in die 4 dagen, zouden we zeker tot 1000 gekomen zijn! Wat zijn het aardige mensen, we zijn enorm verrukt van ze. Ze hebben ons gevraagd te komen op hun Koperen bruiloft, 14 mei (zet maar op je kalender, Paatje!). Als het ook maar enigszins kan, zullen we het doen. Het is alleen beter dat we voor die tijd Kuyer nog betalen! – Deze maand is het geld weggevlogen. We hadden op 8 februari al ƒ 800.- opgemaakt, kun jullie dat?! En nu gaan we zuinig worden. We hebben met de Rempten nu zoveel pret gemaakt, dat we voorlopig een tijdje zonder feesten zullen kunnen. Donderdagmorgen vertrokken we al om 7 uur met een 7-zits naar boven. Het was voor mij iets ongekends, zolang we nu in Bandoeng zijn, hebben we nog nooit een autotocht gemaakt. Norit[1] is een reuze uitvinding, de hele heenreis ging enorm, alleen de terugtocht werd ik wat naar, maar toch best uit te houden. Als je bedenkt dat we zeker een paar honderd bochten presteerden, is dit [2] resultaat bepaald fraai. We zijn daarboven enorm verbrand, m’n neus is bezig te vervellen en jullie hadt Zus en Dirk “voor en na” moeten zien, nee, onherkenbaar. Vooral Zus, die geel zag toen ze kwam, was nu opeens roodbruin, enig! We kwamen s middags om 5½ uur thuis om even te liggen en dan naar het Indisch Restaurant te gaan, waar Hok heerlijke Chinese spijzen voor ons uitzocht. We lagen daarboven bij een meertje en aten daar onze boterhammen. Het enige lastige was, dat het net m’n 2e dag van p.f. was, en ik de 2e en 3e dag veel bloed verlies. Hok had een paar pakjes opgevouwen verband bij zich en zo kon ik een paar maal verwisselen, het isje wat[2]! Toch tennisten we de volgende morgen alweer met Walter Smits. Het was enig, Walter speelt erg goed, en ik was er ook nogal in. – A. en Th. daarentegen kwamen om 10 uur uit bed, zodat Zus en Dirk maar samen erop uit waren gegaan, zaterdagmorgen dito! Ik heb nog niet verteld van hun eetpartij bij ons. Het was voor het eerst dat we met 6 mensen aan onze tafel zaten en bijna al het zilver was in gebruik, Zus ontdekte direct dat ze een spiksplinter nieuwe lepel had. Die dag had de kokki een slamatan gehouden en dus kon ik haar niet veel laten koken. Zo aten we soep, rissoles[3], huzarensla en geroosterd brood. Vlak voor ze kwamen, kwam eerst Henk met Voorhoeve om kleren te halen, die hij hier in enige koffers gedeponeerd heeft. Verder kwamen de anderen in Chris’ auto met Chris aan ’t stuur, zodat we met ons negenen waren, hoogst amusant. [3] Vrijdagavond naar Cor Ruys. Tamelijk vervelend, tot onze spijt. Het was weer het hele lichte genre en dan ook niet bijster amusant. Zonde gewoon. Zaterdagavond schijnt hij juist een leuk stuk gegeven te hebben of liever een goed ding. Hij komt ook nog afscheidsavonden geven, mogen die beter zijn! Hok had donderdag en vrijdag de hele dag vrij voor het zg. Inlands Nieuwjaar, dat geen Nieuwjaar is volgens hun kalender, maar het grootste feest van het jaar is.Onze bedienden hadden donderdag vrij en kregen ieder een riks. Zaterdagmorgen ging ik nog even naar “8 paviljoen”, waar de dames duetten zongen, erg leuk. ’s Middags goot het, maar toch kwamen onze nicht en neef nog even bij ons en daarna haalden we A. en Th. weer af naar Preanger Hotel. Het mooiste is nog het intermezzo ertussen in: om half 1 kwam ik zaterdagmorgen thuis, met fiets en al in Chris’ auto en even voor ons reed er een andere auto onze tuin in. Dit bleek Ho + vrouw + 4 kinderen + baboe + kebon! Hok was nog niet thuis. Chris ging genoeglijk mee naar binnen en converseerde met Ho, z’n vrouw zweeg in 7 talen, maar later toen Hok haar in ’t gesprek haalde, ging het best. De kinderen hadden daverende honger en toen ik ze een stopfles moet koekjes voorhield, graaiden ze er allemaal enige malen in! en namen de grootste! Opeens bedachten ze dat ze maar hier moesten eten en het toeval wilde dat we juist aardappels aten, omdat we al 5 dagen achterelkaar van rijst hadden genoten. In zo’n ogenblik is de kokki een juweel. Ze kookte rijst, bakte kroepoek en eieren, haalde van zichzelf Spaanse peper. Verder had ik vlees, boontjes en rijstsoep, zodat het wel voor elkaar kwam! Kasan had de tafel al gedekt [4] en moest er nog een blad in doen! De kinderen gingen bij voorkeur op de stoelen staan, zodat Hok gauw de houten tuinstoelen liet aanrukken. Het oudste meisje Eng genaamd vond ons bepaald “eng”. Ze wou niet binnen eten, maar de baboe voerde haar toen maar buiten, ze is een jaar of zeven. De jongste is een jongen, 2 jaar, was ook als de dood voor ons, voor Hok ook, erg merkwaardig. Bij zo’n gelegenheid is de conversatie het moeilijkste, maar toch hebben zij en ik al wat tegen elkaar gezegd, we zullen wel aan elkaar wennen. En toen ’s avonds naar Preanger, een merkwaardige dag, ze gingen pas om 4 uur weg. In Preanger was ’t erg leuk. Hok en ik waren er ’s avonds nog nooit geweest, maar alleen ’s middags toen we rijsttafelden met de Oliviers. Chris was er juist ook en verder Jan en Lientje Hupkes! verder nog een ergerlijke dame met hetzelfde goed van mijn jurk! Maar hij was lang zo mooi niet gemaakt. Mijn jurk droeg ik voor het eerst, hij is bijna tot de grond met een enorm wijde rok. Zaterdagmorgen maakte ik er ook nog even een onderjurk bij, dus ik heb niet bepaald geluierd! ’s Avonds werd het half 2. Dirk genoot ook erg. Hij wou beslist niet dansen omdat hij het zo jammer van ons vond als we nat werden! Zoals een dame vlakbij ons, wier rug doornat was, met jurk en al, bepaald onsmakelijk. Toch wou Zus graag dansen en toen kon hij niet weigeren. Ik danste één dans met Chris en verder niet. Hok en ik trappen elkaar teveel op de tenen! (HOK ??) Anneke en Thijs deden tot verontwaardiging van Dirk ook één dans. En zondagmorgen vroeg, brachten we dus onze feestgangers weer weg. En die twee hebben alles [5] betaald ook nog, hoe vind je, is dat geen heerlijke familie? We hopen erg naar hun koperen bruiloft te kunnen gaan, ze vertelden dat hun Eida op mij lijkt en nu willen we haar toch eens gaan bekijken. Jullie hebben dat nooit geschreven, vinden jullie het niet? – Zondagmorgen toen we thuiskwamen, zijn we weer in bed gegaan!, omdat we om 12 uur moesten rijsttafelen bij de familie Ter Haar. De Koolhovens en wij waren er, heel gezellig. We moeten nu ook eens mensen bij ons vragen, maar we moeten eerst nog een paar visites afdoen. – Toen Hok plaats besprak voor de Kunstkring trok hij als volgnummer 299 en 300 was het hoogste! Toppunterig hè! – Wat leuk dat Dien nu toch bij jullie geweest is. Wij zijn ook razend enthousiast dat ze hier komt. Ik hoop erg dat ze verlengd verlof vraagt, zodat ze een maand in Tjimahi zitten. Overigens zullen we zeker om haar vechten, Mevrouw Beudeker is dat ook wel toevertrouwd! – Marietje J.P. vertrekt overmorgen. Vanmorgen was ik voor het laatst bij haar. Wij hebben elkaar tot ziens over 1 jaar gezegd, maar ik houd mijn hart vast. Ze is overigens heel goed en wordt steeds beter, moge het zo doorgaan. Ze heeft een luxe hut op de Indrapoera en Zuster Heideman (mijn (!) nachtzuster) gaat met haar mee. Erg leuk, vind ik, want ze kan erg goed met iedereen omgaan. Marietje voelt zich absoluut gezond, gelukkig. Ik hoop erg dat het zo blijft, en dat Sparmann zich vergist. – Ik kreeg een brief van Bepje van Douwe. Ze hoopt al voor de grote vakantie doctoraal te doen! En er zijn nog meer P.S.sters met dat plan. Bep wil graag naar Indië, als apothekeres krijgt ze misschien best een plaats. – Wanneer is Tante Trien jarig, ze staat niet op onze kalender. [6]
Hierbij een stukje van m’n nieuwste japon. De Celanese[4] zij is als bovenstuk en biesjes. We zullen heus eens kieken, want we moeten er ook nog 3 nemen om de 6 vol te krijgen. Ik heb aan Oom Johan en Tante Lyda geschreven en zal nog even Emmy Olivier feliciteren met haar verjaardag. Wat zal Tante Jenne verrukt zijn van het viertal en Oom Arie? – We stuurden Jop Burgersdijk vingerkomkleedjes + middenkleed. Ze trouwt al in april. – Bepje schreef nog een uitgebreid verslag van het P.S. Lustrum dat niet bar geslaagd was, nu “de kern” zoals Bep, Dien en mij noemt, er niet waren. – Donderdag krijgen we bezoek, vrijdag tennissen, zaterdag Pierre, Trude + Heleentje, zondag tennissen! Dag Eida
HOK
G. Na dit uitvoerig verslag van onze fuiven en uitgangetjes de laatste week heb ik niet veel meer te schrijven. Alleen dat Dirk en Annetje erg aardige mensen zijn. We zijn dan ook ernstig van plan met mei naar Soerabaja te gaan, om de fuiverij voort te zetten. Alleen zal het er wat warmpjes zijn. – Ik heb niet veel kiekjes gemaakt. Omdat ik zo weinig tochten maak, en door dit weinig kieken verlies je de kijk op de belichting, alsook dat de platen bederven. Dat het resultaat niet fraai is, is niet te verwonderen. Een volgende keer beter, herhaal ik mezelf dan maar weer.
Van Umbgrove kreeg ik antwoord op mijn brief, waarover ik indertijd sprak. Het was in kalme toon gesteld. O.a. feliciteerde hij mij met de nu reeds verkregen resultaten. Het definitieve stuk zelf is wat betreft het onderzoek van het materiaal bijna klaar. Rest nog de theoretische doorwerking. Als dat stuk verschijnt, zullen ze wel verbaasd zijn over de resultaten. Dag Hok
Op 18-2-31 was het 3 jaar dat we elkaar kennen, op die avond hadden we de Rempten bij ons te eten.
[1] Norit is actieve kool, dat gemakkelijk stoffen aan zich bindt en onschadelijk kan maken. Gebruik bij vergiftigingen, bepaalde vormen van jeuk, diarree.
[2] “Het isje wat”, kennelijk familie uitdrukking.
[3] Opgerolde gevulde flensjes met hartige vulling.
[4] Celanese zij: eerste kunststof (1924) soort viscose.
1931-02-16
EIDA
16-2-‘31
Lieverdjes –
Vanavond hard aan ’t mailen, want morgen komen de Rempten! Enig, we zijn er alle 6 enorm enthousiast over. Wat zijn ze gezellig familieziek. (Ik begin opeens groot te schrijven, denkende aan Vaders woorden dat we al wat op ’t goede pad waren!) –
Morgenavond gaan we ze begroeten, want ze logeren bij A. en Th. alhoewel in ons bed! Ze wisten blijkbaar niet dat wij een telefoon hebben, dat ze A. en Th. door het telefoonkantoor hebben laten waarschuwen. – Een reuze leuk ABC, Paatje. Natuurlijk had je er enorm succes mee. Begrepen Waf en Appels je mooie Latijn wel! Ik ben benieuwd of Polak werkelijk eens zal schrijven of dat hij alleen wat enthousiast was door de wijn! In dat laatste geval is het wel duidelijk dat jullie in die 1½ jaar nooit samen wijn hebben gedronken, als hij er nu pas op komt! Wat is die Van Aalst een krasse ouwe heer, vroeg hij je niet naar “Ben”! Hoe is ’t mogelijk dat Cannegieter al 60 is. Het is werkelijk waar, zoals dingetje Groeneveld Meyer zegt dat er tegenwoordig geen oude mensen meer bestaan. Galant tegenover zijn Ma hè! Ze zijn inderdaad erg aardig samen. – Dit doet me opeens denken aan Moeders opmerking over de Thijsse’s, als zouden ze mager geworden zijn doordat de ouders bij hen logeren! Laten we liever zeggen “ondanks dat”, Annie leeft hele dagen alleen op vruchtensap, daar ze misschien (! ze heeft nl. geen dokter, maar een med.kand. die met suggestie werkt) spru heeft in haar maag. Ondertussen tennist en zwemt ze lustig, hoogst merkwaardig. – Jaap’s lezing [2] over Flores had enorm succes. Hij voelde zich zo thuis voor zijn publiek dat enige malen groter was dan dat voor Prof. Huizinga! Jaap’s vlotheid komt hier zo tot zijn recht. Hij zong zelf allerlei melodietjes, soms met pianobegeleiding. Deze had hij daar allemaal direct van één maal horen zingen opgeschreven. Want, zei hij, ze improviseren telkens bij het zingen en dan klinkt het weer heel anders. Hij is zeer verrukt over de Katholieke Zending, die zich aan de mores van ’t volk vasthoudend, hun de Christelijke leer bijbrengen.
’t Tegenovergestelde gebeurt er in Nias waar de Prot. Rijnlandse Zending hen leert hoe zondig zij wel zijn en hoe volmaakt wij. Daar moet je de schilder Bonnet over horen. Die was enorm verrukt b.v. over die kleurige klederdrachten van die mensen, die nu langzamerhand door de meest vieze, gescheurde broeken en jassen vervangen worden. En een aparte kerk gebouwd in helemaal daar niet passende stijl, en die mooie dansen, die Jaap ons per film liet zien, verdwijnen ook. Echt zonde. – Woensdag en zondag kwam de Jongh hier tennissen, de eerste keer waren we maar met ons drieën, maar gister was Henk Heyermans erbij. Ik kan alweer goed meedoen, het is reuze fijn, ik voel m’n krachten steeds toenemen. Ik kan zelfs weer vrij hard lopen en op m’n hurken gaan zitten zonder om te vallen. Wel doen m’n voeten nog pijn wanneer ik op blote voeten loop, maar ik ben nu zalig weer gezond. Het is meer dan heerlijk. Dat is wel het voordeel van een erge ziekte, je apprecieert het leven daarna zo bijzonder. Ik zal deze week nog eens naar Sparmann gaan. Het kalkwater, – dat overigens daverend vies smaakt, want voor m’n “lijn” wil ik het niet met melk drinken, – heeft succes gehad. Ik hoop dat dit het [3] hele zaakje daar beneden weer in orde zal maken. – Ik ben ontslagen bij de tandarts – Hok is nog echt bezig, dat schijnt bij hem de moeite waard te zijn! – Donderdag paste ik m’n nieuwe avondjurk, ik krijg hem eerstdaags thuis. Ik hoop maar dat Hok de lange rok hiervan mooi vindt, Thijs vindt de mode nog lelijker, zielig voor ons. – Vrijdag is Henk voor goed weer in Bandoeng. Hij geniet van de frisse lucht hier. Hij kan blijkbaar niet erg goed tegen de warmte, is broodmager. Vertel het niet aan zijn moeder. Mevrouw van Gilse gaat naar Groningen, weet je dat? Ze vindt het maar half, ze woont al bijna 30 jaar in Delft. Ik ben benieuwd of Jaap hier een baan krijgt. – De toekomst van Houw is nu niet erg fraai, zegt hij. Zijn contract loopt 1 juni af, we zullen maar het beste hopen. –
Henk was gister de hele dag bij ons. Voorlopig heeft hij zijn koffers in onze garage opgeborgen. We mogen hem beiden graag en ik heb hem gezegd dat hij altijd hier kan komen en dat ik hem niet telkens wil uitnodigen. Overigens houden we “open tafel” zoals Hok dat noemt voor enige vrijgezellen. Vrijdag kwam Jan Westerveld hier aanlopen. Ik was helemaal vergeten dat we elkaar bij de naam noemen en midden in de avond schoot het me opeens te binnen, zeer fraai! Er zijn hier nl. maar heel weinig mensen die me bij de naam noemen. Mevrouw ter Haar b.v. “Mevrouwt” ook nog steeds. Het is ook wel erg moeilijk, omdat ik niet weet hoe oud ze zich voelt, zodat ze misschien beledigd zou zijn als ik het voorstel deed, ze zegt wel “jij”. Evenals de Jongh. Maar die zegt ook “Meneer Tan”, dus dan kan ik me moeilijk bij de naam laten noemen. Moet Hok eigenlijk zeggen, dat hij niet hoeft te “Meneren”? – Westerveld kwam hoogst ongelegen, want ik moest ’s avonds naar de Vivos. Maar hij was [4] niet van plan weg te gaan en had er blijkbaar vast op gerekend dat ik hem zou vragen te blijven eten. En Hok was juist van plan om te gaan werken, en die zat nu de hele avond met hem en Henk, die ook nog aan kwam zetten. Midden onder tafel moest ik er vandoor, dus niet overdreven beleefd! Op de Vivos werden plannen besproken voor de a.s. Jaarvergadering, die hier in Bandoeng zal zijn. Ik heb me ook opgegeven voor 2 logées, maar Hok wil alleen maar 2 aardige meisjes hebben, ik ben benieuwd wie ik krijg! Het is 14 en 15 maart. – Vrijdagmorgen was ik enige uren bij Marietje J.B. – ze ziet er erg goed uit en wandelt lustig rond. In geen tijden of liever nog nooit heb ik haar zo goed gezien. Maar ze moet plotseling de volgende week naar Holland van een Prof. uit Batavia. Ze denken dat ze niet meer beter kan worden. Gelukkig weet ze zelf niets en verheugt ze zich zeer dat ze weer zo goed is. Ze is per vliegtuig naar Batavia heen en terug geweest, 2 x 40 minuten, in de trein 2 x 5 uur! Ze vindt het vreselijk naar, haar man alweer alleen te moeten laten. Hij was al 4 jaar hier voor ze kwam en zij is in ’t geheel 3 dagen goed geweest van haar anderhalf jaar hier. Ik vind het ook jammer dat ze weggaat. – Ik heb voor Jop Burgersdijk vingerkomkleedjes gekocht – ze trouwt al in april. En Dien houdt in maart al receptie, dus m’n verzoek om voor bloemen te zorgen, kwam niet zoveel te vroeg. Zorg je vooral voor erge mooie bloemen, iets aparts! – Woensdag zal het 3 jaar geleden zijn dat Hok en ik elkaar voor het eerst zagen 18-2-’28 vermeldt onze ring. Het is prettig aan dat feest terug te denken! – Hok kan me maar niet vergeven dat m’n krullen op die avond niet echt waren, verborgen gebrek! – Over [5] m’n haren gesproken, ze komen alweer enorm hard bij. En nog steeds wrijf ik m’n hoofd met alcohol + castorolie[1] + rozenolie! Het nieuwste is, dat ik Hok’s hoofd er ook weer leven mee tracht in te blazen, wie weet! – Gister kregen we toen we net aan onze rijsttafel wilden beginnen, enige etensdragers uit een deleman bij ons thuis. Het bleek eten van de sembajang (offerfeest) voor Hok’s vader. We breidden dus ons menu wat uit. Gelukkig was Henk er, maar ook vandaag eten we er nog van en nog lang is het niet op. Ze vonden dat wij ook zelf wat van “ons” (!) feest moesten mee eten. We hebben ook pisang, djeroek en spekkoek gekregen en nog andere koekjes. – Zaterdag maakte ik ruzie met de kokki. Ik was altijd erg beminnelijk tegen haar, zodat ze zich nu verbeeldde dat ze kon doen en laten waar ze zin in had, en ’s morgens deed ze haast niets meer. En nu heb ik er maar wat van gezegd en later Hok nog eens. Goddank, is ze niet weggelopen, misschien omdat haar Nieuwjaarsfooi (19 februari) haar dan ontgaan zou, maar misschien ook omdat ze ’t hier prettig vindt. Het is toch een enorm makkelijk mens wat betreft het werk, dus ik kon wel juichen toen ze zondag verscheen, hoewel ze ’t niet mocht merken! – Ik stuurde Emy enig zaad als peterselie, sla, radijs. Ze schreef dat ze daar moeilijk groente kan krijgen. – Woensdag plaatsbespreken voor Cor Ruys, ’t Cafeetje! Enig.
Dag Eida [6]
HOK
16/2 ‘31
G. Vandaag is het oudejaarsdag volgens de oud-Chinese tijdsrekening. De Chinezen vieren in het algemeen niet op de 1e januari hun Nieuwjaar, maar volgens de oude kalender, berekend volgens de loop van de maan. Ik weet dat ze thuis er op rekenen dat we hen morgen met het nieuwe jaar gelukwensen, maar ik zal schitteren door afwezigheid, omdat ik er niets voor voel om voor die dag te gaan reizen. Het kost allemaal zoveel, want mijn moeder is in Buitenzorg – 4½ uur van hier. U ziet veel enthousiasme toon ik helemaal niet. – Naar mijn ouderlijk huis gaan, d.i. Tjipadang staat ook al evenmin op mijn kalenderblad van morgen. Het hoort eigenlijk wel gedaan te worden, niet alleen voor de familie, maar ook voor de afgestorvenen, die ook op die dag de gelukwens van nakomelingen verwachten. De grens tussen de wereld der levenden en die der doden is bij ons zeer vaag. Zo werden bijv. verleden zondag nog allerlei lekkere spijzen geofferd aan mijn reeds in 1910 overleden vader; de blijken van dat offerfeest, waarvan de kosten dit jaar door huize Tan-Schepers gedragen worden, hebben wij ontvangen in de vorm van twee grote etensmanden met de uitgezochtste spijzen, resten van de offerande. Aangenomen wordt dat de ziel van de beofferde zich tegoed doet aan de essence dier spijzen. – In de gedachtewereld van de Chinees betekent dit offeren aan de afgestorvene, een herdenking, een blijk van dankbaarheid voor het Leven dat ze ons hebben geschonken. De zielen hebben even goed verzorging nodig, materiële verzorging: weliswaar hebben ze het niet dagelijks nodig, maar toch wel enige malen per jaar moeten ze iets hartigs binnenkrijgen, anders moeten ze verhuizen naar de inrichting voor minderbedeelden en dat zou voor hen minder aangenaam zijn, en voor hun nakomelingen een grote schande. (Ideëel betekent het natuurlijk, dat de nakomelingen de voorouders dank [7] moeten betonen, zij het dat het voldoende is deze dank te geven in de vorm van materie.) De verzorging der zielen is opgelegd aan de zoons, de dochters gaan immers met hun huwelijk over in een andere familie. Vandaar dat het voor de Chinees van essentieel belang is een zoon te hebben, vandaar ook dat dochters minders in tel zijn in de Chinese families. De schoondochters hebben natuurlijk te zorgen voor het klaarmaken der spijzen, met de consequentie dat men van Eida verwacht, dat zij dit doet, wat natuurlijk niet mogelijk is, al was het om het feit, dat Eida die spijzen niet klaar kan maken. Overigens zou ik het niet onaangenaam vinden, indien ze die kunst wel verstond, omdat, al wordt aangenomen dat de essence de ziel ten goede is gekomen, de spijzen voor ons, levenden, hun smaak toch nog altijd behouden hebben. – Hartelijk gelukgewenst met Vaders verjaardag.
Dag Hok.
HOK
Beste Vader, van harte met uw verjaardag gelukgewenst, nog vele jaren en het volgende welkom in ons huis. Afgesproken. Eida verkeert in de “blakendste” gezondheid. Tennist reeds; gisteren heeft ze al drie sets gespeeld, en als men bedenkt dat ze in een double met drie mannen speelde, en heus niet een der slechtsten was, moeten we concluderen, dat ze gezond is. Wanneer zij er niet op bedacht is, blijkt ze zich ook snel te kunnen verplaatsen; d.w.z. dat ze dan goed op haar tenen kan lopen, u weet dat in andere gevallen, dit haar nog altijd minder goed afgaat. We zijn ook al verscheidene malen uitgeweest. Zij in japonnen volgens de nieuwste mode – overigens geen vooruitgang wat betreft dameskleding. Enfin, over smaak en mode valt weinig te twisten; de een vindt kort mooier dan lang, de ander juist andersom; een derde doet het ter wille van de afwisseling. Ik heb niets in te brengen, en voel mij daarbij ook wel. Veel plezier met uw verjaardag.
Dag Hok.
[1] Castor olie ook wel Palm of Christ genoemd. Therapeutish gebruik in oud India, .Perzië, Egypte, Griekenland, Rome, Amerika, Europa in de 17e eeuw. Gebruik tegenwoordig voor huidproblemen.
1931-02-10
EIDA
Het is nu 10/2 ’31.
Geliefden –
Om het nuttig effect van dit papier tot 100% op te voeren, begin ik maar op de bovenste regel! – Dit woord “nuttig effect” schiet me zeker te binnen door de blik die ik net op de kiek van de Huishoudschool sloeg! Dit leerden we nl. in verband met het gebruik van steenkolen in de kachels! Je zult zeggen niet erg toepasselijk voor Indië, maar dit bewijst dat er nog iets bij me is blijven hangen van het geleerde op de HH-school. – Welbedankt voor de kiek. Ik zal vast schrijven aan de dames Kleerebezem en de Groot, meteen een goede reden. Overigens staan er nog veel meer mensen op m’n schrijflijstje en wel erg noodzakelijke zoals Oom Johan en Tante Lyda. We kregen van Tante Lyda een schattige kiek van Napje. Dat schreef ik jullie trouwens al. Ja, we hebben hier ook zoveel aan ons hoofd (hm! hm!). O, liefjes, jullie moesten ons eens aan de boemel zien tegenwoordig! We worden nog frivool! En daarbij gaan we ons begeven in het gezelschapsleven, lach niet! Woensdag gingen we op visite bij collega Bothé. Hij is heel aardig, alleen wat zwaar, zij een fijn poppetje, beeldschoon, prettig om naar te kijken, hetgeen ze uitstekend weet. Waar dienen de spiegels ook anders voor!? – Vrijdag at Walter Smits bij ons, nadat ik eerst de Vivos-kas had helpen nakijken. Walter is een beetje een ouwe heer, maar hoogst verrukt van zijn zoon. Het ergste is dat hij er niet bij was dat Lenie het zaakje volbracht, hij had koorts. Overigens vond Lenie er niks aan, het alleen te presteren! Moet je mij hebben!! Ik genoot zeer van Walter’s eetlust en Hok toonde steeds stijgende verbazing als Walter nog een boterham at. Hok at zeker 1/3 van zijn portie! Zelfs ik, was veel eerder klaar, maar uit beleefdheid at ik nog een kroketje, hetgeen me bijna te machtig bleek!! Echt gezellig, zo’n eetlust, Hok [2] is misschien doorvoed, – net een kippenmaag! [HOK ik weeg nog altijd 74 kg, waar blijft het pakje voor dit jaar]. Die dag was ik bijna voor het laatst bij de tandarts. Nu moet alleen m’n verstandskies eruit. Hok is nog steeds voortdurend onder handen, het was heel erg nodig! – Zaterdag hadden we groot feest. Oppenoorth werd 50 jaar. Hij kreeg van de Java- kartering + Hok een draaibare boekenkast [HOK = boekenmolen] die even in 3 dagen werd gemaakt! Kunnen ze dat in Holland!? ’s Avonds waren zeker zo’n 15 ingenieurs + vrouwen bij elkaar. Vreselijk leuk. Al die mensen die elkaar goed kennen. Later dansten we nog bij de grammofoon tot 1 uur. Als Hok en ik samen dansten noemden ze dat “familiedrama” omdat we steeds op elkaars voeten trapten! Er zijn nl. bijna geen heren die figuren dansen, en nu ben ik het volgen afgewend, zodat Hok veel moeite met me had! In een enthousiaste bui vertelde Hok, dat ik wel zou solo dansen en toen werd ik niet meer met rust gelaten. Tenslotte heb ik het maar gedaan en nog wel op een jazz-grammofoonplaat, die ik niet eens kende, dus je begrijpt! Enfin, men vond het wel aardig. Onze de Jongh was er ook. Hij kon niet dansen, Hok deed me aan de hand hem voor een schrikkeldans te vragen! Maar geen succes. Toch had ik later succes doordat hij graag eens met ons komt tennissen. Hij bedacht meteen een dag en komt donderdag! Hok schrok zich een hoedje toen ik De Jongh zo mooi òp hèm gevraagd had! Ik heb zeker ook nog een uur met hem zitten praten. Ik vind hem nog steeds zeer bijzonder, maar Hok kan niet vergeten dat hij zijn chef is. Zaterdagmorgen was ik ook bij Sparmann op ’t spreekuur. Hij wil me nu van m’n diarree afhelpen. Je moet weten dat ik al sinds enige weken geen lijnzaad meer nodig heb, waarover [3] ik zeer verrukt was. Alleen kwam nu het tegenovergestelde, hetgeen erg lastig was, daar m’n kringspier nog niet voldoende werkt. Ik weet niet of ik dat jullie al eens schreef. Ik heb steeds dagelijks “ongelukjes”! Hetgeen erg lastig is als we uitgaan. Sparmann keek me na, maar snapt niet dat die spier het niet doet, want hij knijpt zo stevig dat S. zijn vinger er haast niet in kon krijgen! Je ziet hoe wonderlijk het is dat die doorgeknipte spier alweer zo sterk geworden is. Hij zal wel weer helemaal goed worden. Ik moet nu zelf met mijn vinger masseren, niet erg smakelijk! – Overigens was de bedoeling eigenlijk dat Sparmann keek of ik van binnen weer ganselijk geheeld ben, en daarvoor moest hij me in ’t Ziekenhuis hebben. En tot m’n plezier, kan ik je vertellen dat alles weer in orde is, kijk hoe heelzaam ik toch ben! Hok vond het een fuifje waard! – Nu is werkelijk bijna alles weer normaal. M’n enorme honger begint af te nemen, gister tenniste ik alweer een stuk beter, echt zalig. Jullie weet niet hoe verrukkelijk het is, dat ik niet meer op mezelf hoef te passen, ik fiets bergopwaarts weer net als vroeger, meer dan menige vrouw hier in Indië presteert! – Overigens ben ik vanmorgen “een kiesje kleiner” gemaakt. Bij zo’n gelegenheid merk ik nog dat ik m’n zenuwen nog niet geheel in m’n macht heb, waarover ik me daverend erger. – Je ziet ik begin weer over mezelf, maar dat zal nu niet lang meer duren, hoera! – Vanmorgen ging ik even naar Hok, we worden steeds meer tortelduifachtig!!!! Iedereen heeft er pret om dat wij naast elkaar gaan zitten, en samen dansen! – Kindertjes, nu wat anders! wat zeggen jullie van Anneke! Ik feliciteer jullie bij voorbaat, Sparmann: verrukt van Anneke, ze [4] is ook enorm goed. Jullie zult misschien of liever vast wel verbaasd zijn dat ik er nooit eerder over schreef. Maar ik had eerst geen permissie!, en later vergat ik haar steeds te vragen of ze ’t nu al geschreven had, want ik wou haar natuurlijk niet vóór zijn! Ze vindt het echt heerlijk, je begint het al wat te zien, zag ik gister. Al een klein buikje! Het zal echt fijn zijn als ze het hier nog in Bandoeng kan presteren. Ze eet alles met smaak en werd in de 300 bochten naar de Gerlings niet eens misselijk-met-uitwerking! Ik ben werkelijk benieuwd hoe of Thijs zal zijn als vader! – Jullie houdt toch je hart niet vast hiervoor, hè lieverdjes. Sparmann zegt dat wat je eens overkomt, onmogelijk een tweede keer kan, dus dat geldt ook voor jullie! Anneke is ook zeer gerust. –
Chris at gisteravond bij ons. We hadden van Van Raalten, die Hok nog uit Delft kent, 2 waterhoenders gekregen, die hij geschoten had en dat was meteen een geschikte gelegenheid om Chris eens te vragen, want na z’n terugkomst van verlof, at hij nog nooit bij ons! – Vanmorgen was ik even (1½ uur) bij Mevrouw Harting (Jr.) een praatje maken. Ze worden over 2 maanden naar Borneo overgeplaatst. Goddank, hebben wij er geen kans op: verhuizen is niets voor ons! – Dien komt met onze P.C. Hooft, hun hut is vlakbij de ex-onze! Ik vraag aan iedereen, die al “buiten” geweest is, wat Dien moet meebrengen. – Ze zeggen zelfs Waschstelle en bedden. – Hok en ik zijn tegenwoordig verslaafd aan het “racen” met kaarten, Hok wint steeds en zoveel.
Alles moet in … [HOK opened by censor. Opmerking bij onleesbaar gemaakt woord] betaald, ik raak failliet! Dag Eida
We kregen erg gezellige brieven van Mevrouw Kunst, Mevr. van Gilse en Emmy en Jan. Emmy schrijft niets over mijn brief. Ik zal haar nu een aangetekende sturen.
Vanavond houdt Jaap een lezing over Flores voor de Kunstkring. [5]
HOK
G. Ook hartelijk gelukgewenst met de familie v.d. Laan. De kans dat iets zich herhaalt is zo gering, dat er geen reden mag zijn tot ongerustheid en bovendien is A. in handen van een gynaecoloog, die zeker in de allereerste plaats na heeft gegaan of ze dezelfde aanleg heeft als Eida. – Vanavond naar een lezing van Jaap Kunst geweest, erg interessant, hij is een zeer vlot lezer. De lezing werd opgeluisterd door lantaarnplaatjes, film en muziek. Wat gek dat kunstenaars alleen letten op de vorm en niet op de inhoud. Dit slaat op Max, die zoals u schreef die mening verkondigd heeft over de film. Antonie Donker is t.a.v. de literatuur ook van dezelfde opinie. In Davos heb ik heel breedvoerig hierover met hem gedebatteerd. Ik ben van mening dat bij de keuze van een onderwerp de smaak ook een woordje moet meepraten. Neemt u bijv. romans van Tolstoi, dan zult u vinden dat alles wat hij beschrijft van goede smaak is, niets aanstotelijks ontmoet men bij hem. Maar bij de tegenwoordige kunstenaars schijnt het juist het tegenovergestelde te zijn! – Zondag gingen we weer naar een stille film, met Greetje Garbo. Ja, ze begint mijn hart te veroveren. Ze verdient het! We hebben nog altijd geen goed talkie (sprekende film) gehoord. – Ze zijn nu druk bezig met te beraadslagen of de ambtenarensalarissen niet verminderd moeten worden. Een zeer moeilijk probleem. Zeer juist werd opgemerkt, dat het schijnt dat ze de salarissen als afsluitpost voor de begroting willen beschouwen: klopt de begroting niet, dan maar de salarissen naar beneden. Dat is de “vaste” positie van de ambtenaar! – Ook maakt de krant groot gewag van de handjesgeverij door de regeringsgemachtigde voor Algemene Zaken.[1] Men blaast het zo op tot zelfs geschreven wordt, dat de G.G. nu maar aftreden moet. Onze krant is heus in dat opzicht zeer onsympathiek; zij geldt toch voor één van de goede. – Wij krijgen net een brief dat Henk a.s. vrijdag voorgoed weer in Bandoeng komt. Prettig voor hem. Dag het is al laat. Hok.
[1] Betreft: Herman, Jacob Kiewiet de Jonge (1885-1933): Regeringsgemachtigde voor Algemene Zaken bij de Volksraad (1928): trad het Indonesische emancipatiestreven steeds met begrip en sympathie tegemoet. (Uit: Biografisch Woordenboek van Nederland, B. Hering). (Zie ook brief 1931-01-06).
1931-02-04
EIDA
4 febr. ‘31
G. –
Anneke belde vanmorgen op, uit een of andere verte, waar ze bij de Gerlings zitten. Ze vertelde dat in de vliegbrief van jullie niets ter beantwoording was. – Ze hebben het daar in de rimboe blijkbaar erg plezierig. – Onze tennismiddag is vandaag verregend helaas. Verleden week op Anneke’s trouwdag, speelde ik voor het eerst weer, de dokter vindt het prachtig. Of eigenlijk spelen kun je het niet noemen, want na 10 minuten, lag ik al op apegapen. Maar het zal nu wel telkens beter worden. M’n voeten worden ook al bruikbaarder en ik doe elke morgen wat gymnastiek, erg leuk, en Hok kijkt toe! Aan al dergelijke dingen, die ik doe om m’n jeugd te behouden, wil hij niet meedoen. Zoals ook m’n hoofdhuid masseren, wat Hok nog meer nodig heeft dan ik. M’n haar valt al heel weinig meer uit en er komen al korte plukjes weer tevoorschijn. – Hok bewaart zijn jeugd ondanks: gymnastiek en massage! Morgen gaan we bij een collega op bezoek, die van verlof terug is gekomen, vrijdag moet ik als commissielid de Vivos-kas nakijken. Zaterdag is Oppenoorth jarig, Hok’s geliefde vriend. Achter zijn rug om krijgt hij een cadeautje van de Java kartering + ons en nu zijn we ook stiekem door z’n vrouw op de bowl gevraagd. Wij hadden juist de Smitten te eten maar misschien willen ze het wel uitstellen. – Anneke schreef zeker ook dat Lenie Smits een zoon heeft. Ze maakt het enorm goed volgens de Zuster. Een bewonderenswaardig mens, 4 dagen voor de bevalling zat ze op haar hurken en bukte alsof het niks was! en ze zei altijd, met mij is alles natuurlijk weer even best. Ik hield mijn hart vast [2] gedachtig aan: “Der Mensch versuche die Götter nicht!”. Vandaag belde Marietje J.B. op dat ze voor 14 dagen naar Batavia gaat morgen, per vliegtuig, ze komt dan een poos onder behandeling van een Prof. – Ze is opeens weer enorm goed, erg prettig. En ze is weer het toppunt van joligheid, een wonder, als je denkt dat ze nu bijna 1½ jaar ziek is. Maar ze kan weer helemaal beter worden, volgens de dokter. – ßWe lazen net een zeer bewonderend stukje over de vertaling van onze de Jongh van de werken van Krishnamurti. Is Krishnamurti eigenlijk al eens in Den Haag geweest of houdt hij het bij Ommen? Hij schijnt ook van plan te zijn hier te komen. Ik hoop het zeer.ßß – Ik heb een enorm huishoudelijke brief aan Dien geschreven, zelfs zeer onbescheiden doordringend tot het a.s. ondergoed van Nico! Ik zie Dien die passage al lezen, met een kleur als vuur! Ja, als je getrouwd bent, kun je je moeilijk meer in de ideeën van een jong meisje indenken. En toch, blijf je jong volgens de kokki, zolang je maar een man hebt. Daarom is zij oud, omdat ze er geen heeft! Ze draagt nu geen versieringen meer, is n.b. 35 jaar!! – Ze zijn hier ellendig aan het knallen met vuurwerk, het zweet staat me telkens van schrik op het voorhoofd en ik denk aan de arme zieken in Borromeus. Het is nu vastentijd en die knallen schijnen een prettige vervanging voor eten te zijn. Ze eten niet van zonsopgang (6 uur) tot zonsondergang (half 7), lang hè!
Dag, nu Hok Eida
HOK
Nog een beetje voor me opengelaten. Zoals u ziet, alles wel. De vorige week Cor Ruys gezien in M’n zuster en ik. Een snert stuk, maar goed gespeeld. Deze week wat visites voor de boeg.
Dag Hok.
Met de gewone mail stuurden we ter delging van de vele schulden per aangetekend 3 couponnetjes à ƒ 22.50. Eida houdt zich aanbevolen voor
EIDA
een aardige jurk (maat 44) als je er eens een ziet en voor een modeplaat, en voor gemarineerde haring of garnalen in het zuur. Dag!
1931-02-02
EIDA
2 febr. Maandagmorgen
G. – Daar de winkel niet van plan schijnt te zijn, mij het schrijfblok te sturen waarom ik al 2 maal opbelde, zal ik me maar op dit fraaie papier van Hok werpen. Het is wel pas maandag, maar we zullen nu inderdaad de couponnetjes insluiten, dus moet de brief morgenvroeg, in plaats van morgennacht weg. Om nog even met zaken verder te gaan, Maatje, wou ik je verzoeken op Dien’s receptie die misschien pas in april plaatsvindt, voor ons voor ƒ 2.50 tot ƒ 5.- bloemen te sturen. Het is wel erg lang van te voren, maar misschien wil je het wel zolang op je kalender schrijven, dat handige ding dat bij ons ook geregeld geraadpleegd wordt. Als het te lastig is, vanuit Den Haag, wil je het Tante Leidie dan vragen? Ze zal zelf ook wel bloemen sturen. Vindt jullie het niet te dol dat ze 29 oktober al in Priok aan wal zullen stappen. Woensdag was ik bij Mevrouw Beudeker. De trein doet het in 20 minuten, en ik voelde me weer als vroeger wanneer ik even naar Dien ging. Ondanks dat ik getrouwd ben, dorst ik nog alleen in de trein! Ik ging om 9 uur en was om 1 uur weer thuis. Leuk om zo even uit te knijpen, ik ben er gek op! – Mevrouw Beudeker was erg aardig. Ze vertelde ook van de vele narigheden en ziekten, die ze al gehad heeft en zo zei ik haar ook wat ons overkomen was verleden jaar. Het leek me maar beter dat zij het weet, dat ik niet van die vervelende vragen uitlok als: hebt u geen kinderen?, wat me verleden week overkwam. – Ze zei me ook aan Dien te schrijven wat ze allemaal mee moet brengen. Het gekke is dat ik daar nog helemaal niet aan gedacht had; alleen maar aan het feit dat ze hier kwam. – Dien schrijft een overgelukkig brief, we zijn enorm blij voor haar, en ook voor onszelf! – Donderdag vierden we bij A. en Th. hun trouwdag en vrijdag speelde Cor Ruys [2] zeer toepasselijk “m’n zuster en ik”. We wilden eerst niet gaan omdat we al zo enorm aan de fuiverij waren, maar we konden deze gelegenheid om weer eens echt goed toneel te zien spelen, niet voorbij laten gaan. We gingen met de Koolhovens en Ter Haars; de 3 dames zaten voor, onze mannen achter ons! Tot m’n spijt, kan ik wel zeggen, zat m’n man achter me, niks leuk! Volgende keer gaan we samen! Het stuk zelf was nu niet erg hartverheffend, maar van het spel hebben we zeldzaam genoten. Bijna 2 jaar geleden zagen we onze laatste komedie! Vooral van Eline Pisuisse[1] ben ik erg verrukt. Ze is echt thuis op het toneel, echt prettig. Ik vind haar sprekend Pimmetje, alleen blond, Hok vindt het niet. Heb jullie haar weleens gezien? Cor Ruys was natuurlijk weer schitterend, ook Piet Bron. Fijn, zulke goeie krachten. Speelt Tilly Lus eigenlijk niet meer. Ze is niet bij dit gezelschap. Van 9 tot 1 uur genoten we van dit schouwspel, ik vind de film er toch niet bij halen! – Zaterdagavond de opening van de nieuwste bioscoop, Oriental, Hok als gemeenteraadslid uitgenodigd, in de pauze werden sigaren en bonbons gepresenteerd, het prettigste van de avond!! De sprekende film kan ons heus gestolen worden hoewel we er al wat aan gaan wennen. Maar we hopen nu de hele week thuis te blijven. Alleen komen zaterdag de Smitten + Heleentje bij ons eten. – We hebben nog een poging gedaan een nette visitejurk voor me klaar te kopen, maar de gewone prijzen zijn ± ƒ 60.- en dan nog voor de grootste helft, kort, dus niet de nieuwste mode. Ik heb nu maar een modeplaat besteld, “La toilette moderne”. Het is wel naar dat ik juist in deze “betaalperiode” van ons zoveel nodig heb. – M’n voile jurk, van jullie stofje is nu klaar. Het geheel is wel geslaagd maar Hok kan de lange mode maar niet appreciëren, erg vervelend. [3] We kochten een paar leren schoentjes voor mij van Tsjechische huisvlijt, erg aardig, lopen heel plezierig, zonder steunzolen! Ik heb er een hele wandeling zo mee gedaan en ben niet moe geworden. Alleen had ik op bevel van Hok geen kousen aan en lijd ik nu nog aan een blaar op m’n hiel! – De Heer Neumann van Padang, een ongetrouwde collega van Hok heeft ons gister zijn auto laten zien, die hij pas gekocht heeft, ± de 6e Mijnbouw auto. Wanneer is het onze beurt? Hierdoor heeft Hok weer meer zin gekregen en het is met hem nu ‘hou me vast of ik koop een auto!’ en ik houd hem stevig vast! – Donderdag heb ik… getennist!!!!!! Ongeveer 10 minuten en nog steeds is m’n arm een beetje lam. Desalniettemin gaan we vanmiddag weer, als het althans droog blijft. – Het was echt raar. Een bal nalopen, kan ik absoluut niet en het racket is me ook erg zwaar geworden, hoewel het het lichtste damesracket is. Hok wil me geregeld een beetje trainen, m’n prestaties hopen dan iets beter te worden! Ik oefen nog geregeld “op m’n tenen lopen” en “huppelen”, maar “best” kan het nog niet genoemd worden. Overigens heb ik niet te klagen. Eerstdaags ga ik naar Sparmann. – Donderdag fietste ik weer naar en door de stad en weer terug naar boven, ’s middags m’n tennisproef en bij Anneke eten! Als dat geen goed bestede dag is weet ik het niet. Ondertussen was ik ook nog even bij Lenie. Ik maak maar pas iets voor haar, wanneer alles goed is afgelopen, ik houd niet meer van alles van tevoren. – Zaterdag betaalden we het Ziekenhuis af, echt fijn. Ik bewonderde de baby’s en de Zuster vindt dat ik maar gauw weer één moet “bestellen”, dat is nonnentaal! – Deze maand willen we al de [4] schulden afdoen. Dokter Kuyer, Zuster Heideman en dan de portefeuille ƒ 28.-! Verder valt in deze maand de levensverzekering ƒ180.- en hebben we net een brief van Houw gekregen dat het dit jaar onze beurt is, om de vereringsfeesten voor Hok’s vader te betalen en of we maar vast even ƒ 25.- wilden sturen. We hebben het tot ƒ 15.- verminderd, anders komen we deze maand niet uit, ik hoop maar dat we er geen herrie door krijgen. Aan het eind van deze maand, zal net ons “papiertje” o-p op zijn. Fijn dat we alles met maar 1 papiertje kunnen afdoen hè! Tenslotte hebben we de rest gespaard van ons salaris. – Ja het is de 2e van de maand, vandaar die financiële overdenkingen. – Maandagmiddag: Hok kwam net thuis van het tennissen toen ik gaan wou! Ze beginnen nl. al om ± half 5 en om 4 uur slapen we pas. – Hok was al vooruitgegaan en ik ben verder gaan slapen, met het gevolg dat Annie Thijsse me om half 6 nog slapende vond! Dieptragisch, maar enfin, we kunnen 4 middagen in de week en aan 10 minuten per keer heb ik al schoon genoeg. – Hok gaat enige morgens per week naar de tandarts, die man kan maar niet genoeg van ons krijgen! Ik ben misschien over een week klaar behalve dat dan nog een verstandskies moet getrokken. – Ik zal morgen even bij A. en Th. gaan kijken of er soms een vliegbrief gekomen is, want A. en Th. zijn juist zondag weggegaan naar de (hun) bevriende (!?) Gerlings. – Wat vervelend gezeur met Tante Eefje, overigens wel rustig! – Je mag gerust citeren, dat vinden we juist altijd zo leuk van jou. Ik heb blijkbaar niet duidelijk geschreven, maar niet de 65 jarige ziekenpartner, maar de 24 jarige was de citerende. Ze had 1 jaar in Davos gelegen en veel gelezen. Verder is de [5] herinnering aan het Ziekenhuis niet naar, omdat ik dan des te verheugder ben dat ik nu weer zo trots rondloop! Hok kijkt nog steeds met afschuw naar de kamer in Borromeus waar ik gelegen heb en dan moet ik hem weer enige vergoedende zoentjes geven, dat ik hem dat heb aangedaan! – We zijn erg benieuwd of Tek Bheng heus naar Indië zal komen. – Die uiltjes van Sinterklaas waren enorm lekkere chocola. Tot m’n verbazing had Anneke er nog een paar over toen de Oliviers hier kwamen. Bij ons waren ze de volgende dag al verdwenen! – Ik eet nu alleen nog maar een snippie yoghurt om Hok gezelschap te houden en verder nog lever. De rest is afgeschaft. M’n honger wordt gelukkig wel iets minder, maar ’s morgens is m’n maag na 3 boterhammen nog niet helemaal bevredigd, maar ik trek me daar maar niets van aan, anders word ik een al te dikke prop, ik durf me niet meer te laten wegen. – We kregen een erg aardige brief van Tante Lyda met een kiek van Napje, schattig. Ik zal haar ook eens schrijven, evenals naar Haarlem. – Hoe gaat het met oom Jaap? Hij schreef ons zo’n schattige brief in november. Hok heeft toen direct geantwoord, want we hadden na tante Martha’s dood nog niets laten horen. Wat doet Marietje Aalbers? – En Marietje Suringa? Hoeveel kinderen heeft ze nu in huis? En spreken jullie hen geregeld? – Doe ook m’n groeten aan de Kunsten. – Ik oefen vrij geregeld piano, behalve toen ik met koortsachtige ijver aan m’n jurk naaide. – Wat een leuk idee om op de Kerstfuif het publiek te laten raden wie de moordenaar was van het stuk. Dag liefjes, de rest is voor Hok. Eida
Fijn dat Vader zoveel privaatles kan geven! [6]
HOK
2/2 ‘31
Uit Eida’s brief leest u, dat we deze maand gepoogd hebben de laatste sporen uit te wissen van Eida’s logeerpartij in het hospitaal; helaas is het niet mogen lukken door de ƒ 180.- die we deze maand moeten uitgeven voor de levensverzekering. Anders zou het gegaan zijn. De economische depressie begint zich hier ook al geducht te laten voelen: de standplaatstoelage is al verminderd van ƒ 40.- tot ƒ 25.-; men wil de salarissen bovendien over de gehele linie verminderen, waarschijnlijk te beginnen met 1932. Alles goed en wel, maar dan als laatste hulpmiddel; men moet werkelijk overtuigd zijn dat de nood het hoogst is. De niet-ambtenaren hebben natuurlijk deze verlaging graag, zij zijn de eersten die schreeuwen om de ambtenaarsalarissen te verminderen, maar de laatsten om ze in hausse-jaren te helpen verhogen. Ze vergeten steeds dat de ambtenaar niet mee profiteert van goede jaren, terwijl zij dat wel doen in de vorm van tantièmes. Mogelijk dat we door deze financieel minder gunstige tijd tot verlaging van de levensstandaard zullen komen.
Vandaag met Thijsse getennist; schandelijk op mijn kop gehad, een volgende keer beter. – Over twee weken is Chinees Nieuwjaar, dan moet ik naar mijn familie. Een week geleden bleek dat mijn broers en ik nog recht hebben op een erfdeel, dat aan mijn vader (die in 1910 gestorven is) al had moeten zijn uitbetaald. Prachtige surprise, tenminste op papier! Hoeveel het bedraagt is mij niet bekend, maar nog problematischer lijkt mij of het ooit uitbetaald zal worden, evenals het legaat dat mijn vroegere voogd mij heeft bedacht. Gekke toestand! – Wat is de tegenwoordige mode dwaas? Een jaar geleden kon men nog lezen hoe verstandig de vrouwen eindelijk geworden zijn in hun kleding, die het summum van luchtigheid is, en nu schrijft men lange, nauwe rokken voor en alles is vergeten! En iedereen onderwerpt er zich aan.
Dag Hok
Hierbij ingesloten 3 couponnetjes à ƒ 22.50, ter bestrijding van onze uitgaven. We zullen in de loop der volgende maanden meer sturen.
[1] Eline Pisuisse (1905-1949), actrice, kleinkunstenares; dochter van Pisuisse, Jean-Louis (1880-1927) cabaretier. Beroemdste cabaretliedje “Mensch, durf te leven” (1917).
1931-01-27
EIDA
27 jan.’31
Liefjes –
We hopen zeer dat Emma weer gans in goede orde is, dankzij de druppeltjes en de room. Was het gezellig in Almelo, het was nu zeker te koud voor “two-seater” tochtjes!! Dat Moeder schrijft dat de a.s. patiënten van Em prettig hun hart bij haar kunnen uitstorten, zou zeker waar zijn, wanneer een verpleegster ooit daarvoor “tijd” had! Want dat is het juist wat hun ontbreekt. Zo is het hier in Indië, en in Holland is het zeker nog drukker. Laat ze maar eerst goed bij verpleegsters zelf informeren. Zus Schüller zal er ook van kunnen meepraten. Hoe gaat het eigenlijk met haar, doe haar eens mijn groeten. – Jammer dat Emma’s “Kerstnacht” zo “in ’t water viel”. Toch wel leuk hè om eens ’s nachts uit te gaan, eens wat anders dan anders. Daar zijn wij ook zo dol op tegenwoordig. Zaterdagavond gingen we naar de 2e voorstelling van de bioscoop, om 12 uur afgelopen! We zagen de “Spionne” van Greta Garbo. Een zalige stille film, van de sprekende hebben we voorlopig genoeg. Of nee, nu zaterdag is Hok als autoriteit uitgenodigd voor de opening van een nieuwe bioscoop. Ze geven nog wel Buster Keaton in “Kroningsfeest”; erg fijn. – Vrijdagavond is juist Cor Ruys in “m’n zuster en ik” en donderdag is Anneke’s trouwdag. Wel een beetje veel tegelijk. Hok wil nu volstrekt niet naar Cor Ruys, Pierre Smit heeft hem [2] geloof ik, ook wel een beetje opgestookt [HOK heb gelukkig nog eigen mening!], door te beweren dat het een snertstuk was, omdat hij het niet kende! Toppunt! Op onze tweede fietstocht (hoera!) sinds één heel jaar, zijn we bij de Smitten aangefietst. Ze zijn nl. al vele weken van plan eens bij ons langs te komen, maar Pierre doet niets dan werken, nog erger dan Hokje! [HOK Eid heeft gemerkt dat bij anderen het anders kan zijn.] Ik heb Pierre gezegd dat hij niet moet vergeten dat een vrouw weleens wat anders wil zien dan haar man over z’n schrijfbureau heen gebogen en hij ging er werkelijk op in. Het kwam eigenlijk doordat Hok me net verteld had dat “Einstein” voor het trouwen van zijn dochter een ½ uur vrij heeft genomen en geen minuut wil geven om b.v. zijn kleermaker de maat te laten nemen. Volgens mij moest zo’n man ongetrouwd zijn, want een goede verzorging krijgt hij makkelijk genoeg van een knecht of zo! Pierre heeft een prachtboek uitgegeven in ’t Oud-Hollands in verzen, een stuk van de Bijbel; die Revius ± 17e eeuw, is zijn heerlijkheid, daarover is hij ook gepromoveerd. – Op ons eerste fietstochtje kwamen we bij Ter Haar. Ze geven eerstdaags een “rijsttafelfeestje”. En dan zijn wij ook eens aan de beurt voor een diner of zoiets. Hok wil wel een bridgedrive. Maar we kunnen hier nooit meer dan 8 mensen aan tafel hebben. Meer eetstoelen hebben we ook niet in huis! – Je ziet, we komen weer echt in ’t leven terug. – De Vivos avond was niet “bar”. Af en toe heb ik zin om maar lid-af te worden, maar toch is het één van de weinige gelegenheden om eens over allerlei onderwerpen wat te horen. – In maart is er Jaarvergadering van de hele Vivos [3] bij ons in Bandoeng. Ik heb me, in ’t enthousiasme van het ogenblik, voor 2 logees opgegeven. [HOK ik mag dan gelukkig nog thuis slapen]. Het mooiste is, dat ons logeerbed nog bij Anneke staat. Overigens zullen we het toch eerstdaags eens moeten terugvragen omdat Mamma heeft aangekondigd, dat ze weer eens wil komen logeren. Ze verveelt zich in Buitenzorg een hoedje. Ze heeft daar niemand, als Houw naar het Lab. is en ze heeft geen enthousiasme voor lezen b.v. Nu wil ze, om de beurt eens bij haar zoons gaan logeren. Op ’t ogenblik zit ze weer bij Ho in Tjipadang en Houw heeft nog wel speciaal voor haar dat huisje gehuurd. Ze moet zich eigenlijk juist kalm houden om haar bloeddrukverhoging, maar dat kan ze niet. – ßIk ontmoette donderdagmorgen, de zuster van Roos Driessen in ’t IJzermanpark. Haar zoontje heet Bennie ten Raa. En ik vroeg of haar man familie in Staphorst heeft. Daar woont hij toch nog – was zijn vader eigenlijk een neef van opa? Ze kon zich iets dergelijks wel herinneren, maar ze weten ook niet veel van hun familie af. Ik was erg gezellig een morgen bij haar. Ze verdiept zich op ’t ogenblik in de leer van de reïncarnatie van de Theosofie. Ze denkt dat Krishnamurti een oplichter is. Maar ik heb juist groot vertrouwen in hem. Maar ik zal me toch nog eens in zijn verzen verdiepen, die de Jongh ons stuurde. Gelukkig begin ik me nu weer voor die dingen te interesseren.ßß – Volgende keer, als ‘t ’s middags droog is, ga ik mee tennissen. De dokter vindt het prachtig. Hij was juist zondag- [4]morgen hier en verjaagde de Groeneveld Meyers! – M’n blaasje is nu bijna weer helemaal in orde, de urine is zo goed als normaal. Ik hoef nu ook geen yoghurt meer en eieren, maar moet langzamerhand weer gewoon zien te worden. Hij vindt het best als ik eerstdaags naar Sparmann ga, zoals die me gevraagd heeft. Ik weet nog niet wanneer. Ik doe een schietgebedje dat bij mij alles van binnen geheeld is, want ik moet er voorlopig niets meer van hebben als er aan me gepeuterd wordt! De tandarts is voorlopig al genoeg. Een verstandskies moet er nog uit, maar hij wil liever nog een poosje wachten. Hok heeft hem ’t een en ander van m’n ziekte verteld. – Hok zelf is er gelukkig eindelijk toe gekomen ook eens naar de tandarts te gaan, ik had vast een uur voor hem afgesproken! En het blijkt inderdaad hoognodig, hij heeft af en toe nogal pijn. – De “Meyers” waren hier erg gezellig, heel aardige mensen. Ze kwamen van Jaap en Katy en nu “Mevrouwde” ze ook telkens bij vergissing tegen mij en zei er dan steeds goeiig Eida achter. – Morgenochtend ga ik alleen (let wel!) naar Tjimahi. Mevrouw Beudeker was hier op een morgen, toen ik juist niet thuis was en nu belde ze me op dat ze zo graag nog eens meer wou horen. Ik vind het echt leuk, want ik praat graag over Dien! Ik ga alleen met de trein, sinds m’n studententijd niet meer voorgekomen! – Jullie voile stofje, wordt heus langzamerhand een jurk! Het moeilijkste is om hem helemaal af te maken! Dag liefjes. Eida
Hok vraagt of je voor hem wilt gireren: ƒ 10.- aan no. 40517 te Delft van het Geol. Mijnbouwk. Genootschap, vóór 1 maart. De volgende week komen de coupons heus, het staat nu op onze heerlijke blokkalender, een uitvinding! [5]
HOK
27 I ‘31
G. De luchtmail maakt me absoluut in de war, bij het lezen van een gewone mailbrief denk je steeds: hè, het is net of ik dat alles al gedroomd heb, het komt me zo bekend voor. Ze moesten de luchtmail eens per week laten gaan. We hebben er best de meerdere kosten voor over. Deze week is er een nieuwe paleontoloog gekomen, een Berlijner: Dr. von Koenigwald. Mooie naam, geeft cachet. Oostingh heeft sinds een week difterie in huis, hijzelf is bacillendrager. Merkwaardig hierbij is, dat het de dienstleiding weinig kan schelen of hij op kantoor komt of niet. De collega’s met kinderen hebben erop gestaan, dat hij niet op kantoor kwam. – Overigens gaat het best. Mijn werk schiet me te langzaam naar mijn zin op. Er is nog zoveel op te knappen en uit te werken. Maar de resultaten zijn erg mooi. – Zaterdagavond zijn we genodigd voor de opening van een nieuwe bioscoop. Als openingsfilm wordt vertoond Buster Keaton’s Free and Easy. We hebben nu al twee talkies gezien, maar prefereren toch nog het stille spel, omdat je niet doorlopend dat blikken lawaai van de grammofoon in je oren hebt. De laatste stille film die we gezien hebben is Greta Garbo in de Spionne: een prachtfilm. – Eergister visite van Groeneveld Meyer met z’n moeder, die bij haar terugkeer in Holland u zou opzoeken. Ze werden weggejaagd door Kuyer, die alles best aan Eida aantrof. Eida hoeft nu niet dikker te worden; ze weegt al 124 pond. Dus in 2 maanden tijd 8 pond aangekomen. – Morgen weer Gemeenteraadsvergadering, gelukkig een korte. Van Dr. Thung, neef van Betsy en achterneef van mij, kreeg ik een berichtje dat er mensen [6] zijn die erg gebelgd zijn over mijn tegenkandidaatuur voor de Volksvergadering. Een van hen, een Dr. Ir. Han, neef van Kie, kwam op een zondag bij ons, blijkbaar speciaal om hierover te praten, eerst was ik blij dat wij toen niet thuis waren, maar nu ik hoor dat hij boos is, had ik hem graag te spreken gehad. Hij is namelijk iemand die niet kan begrijpen, dat mensen zelfstandig kunnen oordelen. Hij was nog in Delft toen ik er was, daar probeerde hij de jongeren steeds te bevoogden, vooral geestelijk. Niets voor mij! In Delft ontweek ik hem altijd, hoofdzakelijk om deze reden. – Betsy is voor een paar dagen hier geweest. Ze heeft net een meisjesinternaat in Weltevreden geopend. Erg veel succes. Maar haar persoon zelf heeft weinig succes. Er worden allerlei praatjes over haar rondgestrooid, zielig voor haar. Maar gedeeltelijk is het haar schuld, omdat haar doen en laten al zeer vrij zou zijn voor een Europees meisje. Nu, u kunt begrijpen dat in een conservatief Chinees milieu het nog meer hindert. In Holland was ze bij de Chinese studenten ook niet gezien. Ze denkt in de loop van dit jaar naar Holland terug te gaan. Ik hoop voor haar, dat het niet gebeurt, maar dat ze een man krijgt, die haar richting geeft, zowel in haar sociaal werk als in andere dingen.
Dag Hok.
1931-01-22
EIDA
22 jan.’31
Lieverds –
Hoewel ik het wel enigszins met Tine Schepers eens ben, dat de luchtpost de gewone mail bederft, zal ik toch maar jullie wens vervullen en de nieuwste berichten sturen. Het meest verse nieuws is dat Hok kiespijn heeft en naar de tandarts is, en verder erg verkouden is. Hoewel het midden in de morgen was, is Hok toch maar gegaan, een hele prestatie, hij wordt misschien nog weleens verstandig! – Ik masseer tegenwoordig m’n tandvlees met een bepaalde pasta. M’n tandvlees is nl. door slapte teruggezakt en nu ligt overal het tandbeen bloot, br.br. Nog nieuwer nieuws is dat ik nu 124 pond en 2 ons weeg. Ik kom net van Borromeus, waar Zuster Valencia altijd dolverrukt is me te zien. Ik drink niet eens meer melk, eet alleen yoghurt, ik zal nu ook maar met de eieren uitscheiden, want het wordt al te kras! De naaister is bezig met de nieuwe avondjurk voor me, aldus zal ik eerstdaags een leuk uitgangetje verzinnen. – Hok heeft gister voor het eerst weer getennist, met de Thijsse’s op de Technische Hogeschool. Ik ga ook gauw eens meedoen! M’n racket is voor niets (gratis) nieuw besnaard, omdat we het kochten bij een vroegere schoolvriend van Hok en een tegenwoordige vriend van Ho, en omdat binnen het halfjaar 4 snaren waren gesprongen. Toen Hok in de winkel kwam, vroeg de winkelbediende hoe het met mij ging! Je zoudt zeggen “kleinsteeds”, maar anders is het hier heus niet zo! [2] Gisteravond was de jaarvergadering van de Vivos tot Hok’s grote verontwaardiging! Hij vindt het werkelijk niet te pas komen dat ik alleen uitga en liet me beloven dat ik niet alleen terug zou komen, hoewel het bij Trude was. Mevrouw Ament was me uit zichzelf komen halen omdat het regende, maar ze moest vroeg weg, aldus had ik geen partner en drong me met geweld in een auto, op Roos Driessen’s schoot! Anders had ik bij Trude moeten overnachten! Lastig zijn mannen toch! – Dien schreef ons haar verloving net één vliegmail eerder, jullie zult m’n enthousiaste brief over haar komst hier al hebben. Haar schoonouders zijn alleraardigst. – Leuk dat jullie met Oudjaar naar Fritz Hirsch gingen. Die missen we hier erg! – Heleentje Rauws doet speciaal veel groeten aan jullie en ze verheugt zich erg met ons over Vader’s erelidmaatschap van de Bond! Wij feliciteren je, Paatje! – Hok is niet gekozen, hij vindt het prettig hier te blijven. Misschien wordt hij nog benoemd, maar waarschijnlijk zal hij bedanken. – Ik doe gymnastiek met m’n voeten, met het gevolg dat ik enorme spierpijn in m’n kuiten heb, maar ik zal ’t maar volhouden. Ik kan ook nog niet diep kniebuigen, althans niet meer overeind komen. De dokter zal de volgende week wel weer komen, als ik m’n urine gestuurd heb. Verder oefen ik 3 x daags mijn kringspier die er ook wel weer bovenop zal komen. Ik zal met Dr. Kuyer overleggen wanneer ik naar Sparmann zal gaan. – Jammer, dat Hok nu niet kan schrijven. Hij heeft morgen vergadering van de technische commissie van de Gemeenteraad!
Dag.
Hok en Eida.
We gaven Emmy en Jo: “een man van geld” mee van Melis Stoke.