
Super User
1931-05-04
EIDA
4 mei ‘31
Liefjes –
Mijn eigen blok is al in de koffer, zo goed als alles is al ingepakt. Koffer pakken is één van de weinige dingen, waarmee we heel goed op tijd beginnen! Morgen vroeg om 7 uur gaat onze trein, de plaatsen zijn al besproken. We rijden aan één stuk door tot Kertosono, ± 1½ uur van Soerabaja, (per trein gerekend), alwaar de heer Liem Ghik Djien ons zal afhalen. Hij is ook ingenieur, zijn vrouw vroeger onderwijzeres, die Hok ook in Holland gekend heeft. Ik hoop maar niet dat ze al te erg geschrokken zijn dat ik met Hok meekom. Het schijnt een echt Chinese omgeving te zijn op hun suikerfabriek. We slapen daar één nacht, Meneer Liem brengt ons dan naar de plaats van Hok’s bestemming. Popoh, aan de zuidkust, per auto en ik rijd dan alleen (helaas!) weer mee terug en vertrek per trein naar Soerabaja. Leuk om eens wat van Java te zien, volgens Henk is het daar nu juist lekker van temperatuur, ik ben benieuwd. Onze koffers zijn niet erg zwaar, met onze allerdunste kleding! Jullie jurk is ook mee. Een voordeel daarvan is, dat hij absoluut niet kreukelt, fijn! Ik heb de hals heel wijd laten uitstaan, dat is flatteuzer, en ik denk de grote bloem midden op op m’n boezem te zullen dragen. Ook Dien’s kleed is mee, hoewel ik eigenlijk nog meer haast heb met allerlei babycadeautjes. Hok en ik hebben net een tjelana monjet voor Willempje Massink in elkaar gedraaid, d.w.z. Hok heeft een beeldige kikker getekend, die ik op zijn buik borduurde. [2]
[Tekeningetje hansopje]. Verhouding lijkt nergens naar!
Het model is zo: niet erg fraai! Maar het is opzij heel wijd, net als een clown! Hok moet de kikker er nog maar even op maken. Het is van roze zijde met rozerood omgefestonneerd, een rozerode kikker met blauwe ogen! Hij (de kikker) maakt er werkelijk geen aanspraak op dat hij, althans wat de kleur betreft, natuurgetrouw is! Ik hoop maar dat Pimmetje hem kan appreciëren. Hij gaat op de schouders dicht met een drukkertje. Het patroon heb ik van Annie Thijsse. – Gisteravond vierden we vast A.’s verjaardag. Een hartenwens van haar was een zakkam, dat schreef ik je al hè. In elk geval hij is zwart van buiten, net als haar hoed:
[Tekeningetje etuitje], opengeslagen aldus
[Tekeningetje open etuitje met kam] kam met zilverbeslag.
Ook maakte ik een keepje
[Tekeningetje keepje] lichtroze met rozerood omgehaakt en lint van die kleur. –
We bridgeden heel gezellig en Anneke had vruchtencompote en eigen gemaakte heerlijke cake. – Straks moeten Hok en ik nog even wat voor de kleine Remptjes kopen, we kunnen daar toch onmogelijk met lege handen aankomen – Hok wil meteen naar de film Napoleon, een stille film. Het nieuwste! als je de volgende morgen om 6 uur op moet. – Mamma is gistermiddag vertrokken, als wij weer thuiskomen, zullen we haar opbellen weer terug te komen. Ze zit nu in Andir bij een soort nicht. Ze vindt het niks leuk, maar daarvoor kunnen we toch niet thuisblijven. In theorie vindt Hok van wel! – Hoe vinden jullie dat Jan Erik in het geheim ook overkomt, enig. Heeft Tante Leidie daar ook schuld aan! Wij verdenken haar er sterk van. Het zal een leuk familie feest [3] worden. Hok komt de 12e of de 13e. Precies op Anneke’s verjaardag kom ik in Soerabaja. Het is wel jammer dat het net zo treft dat we 6 mei niet hier kunnen zijn. Maar Hok wou daarvan profiteren dat hij in de buurt was. Een geoloog blijft altijd en overal geoloog! – Ik heb net nog even enige piano accompagne-menten doorgespeeld van duetten die Anneke met Zus wil zingen. – Wat enig toch dat jullie hier komen. Telkens schiet het me weer door het hoofd met een vreugdeschok. Wat zullen we allemaal doen!? – Allereerst komt nu waarschijnlijk Jan Erik op het logeerbed, de 20e gaat hij met de Sibajak (!!!) terug naar Medan en dan gaat de Sibajak door om jullie te halen! Ik zal hem vragen goed naar hut 225 te kijken, dan kan hij jullie vertellen hoe die is. – Dacht je soms dat wij niet snappen dat jullie nú wilt komen, vooral om Anneke! Het was het eerste wat Hok zei, na het lezen van de brief. Dit punt zou je b.v. punt A kunnen noemen, net als lijn A, die vóór alle andere trams gaat. Nou, jullie hebt gelijk, wat zouden wij erop tegen kunnen hebben! – Marietje van ’t Hoogerhuys heeft laatst toen ze met verlof ging een kleine blikken koffer van ons meegekregen, misschien kun jullie hem gebruiken en zo weer mee terugbrengen. – Verder wil jullie misschien aan Mevrouw van Gilse vragen of ze wat voor Henk meegeeft. – Onze Hans gaat dadelijk weer uit logeren, evenals ons aquarium met 4 visjes, waaronder 1 goudvisje (nog niet zo lang als een halve pink). Alles gaat naar Mevrouw ter Haar, die heeft een harmonica huishouding. – Gelukkig dat oom Jaap nu weer gezonder is. – Het is Emmy Olivier’s schuld [4] niet, dat het net lijkt of Jo alles doet en zij niks. Het knapste van haar is, dat ze zich erin schikt, ze ziet in dat Jo, wat dat betreft een hopeloos geval is. Ze zijn het gelukkigst als Emmy net doet alsof Jo alles bedenkt en ze hem niet tegenspreekt. Jullie ziet het verkeerd in. Nu Jo zo praat over “zijn” inkopen en zìjn huishouding, nu moet je niet denken dat Emmy hem voor alles laat opdraaien. Hij is misschien te lang vrijgezel geweest en al te bemoeiziek, kan helemaal niet hebben dat een ander iets beter zou kunnen dan hij. Je moet niet denken dat Emmy niet mee helpt “dragen”. Ik geloof juist dat ze ideaal voor hem is, door al zijn merkwaardige hebbelijkheden te kunnen ”verdragen”. –
Hok doet pogingen zijn legaat los te krijgen, of althans het vierde deel ervan
(ƒ 267.50) dat ons is toegewezen. Die mensen doen alsof ze stokdoof zijn. – Het is wel ontzettend heet in de Dode Zee in juli. Vraag ook aan Dommering wat hij ervan vindt, als je in die tijd gaat.
Dag, ik moet eindigen.
Eida.
HOK
Even een krabbeltje in haast. De boel moet nog nagekeken worden – of alles compleet is – en een gedeelte moet nog ingepakt worden. Als de koffers maar dicht kunnen. Een rimboe uitrusting is geen ideaal om mee op reis te gaan.
Dag Hok
1931-04-29
EIDA
29 april ‘31
Lieve Engelen –
Wat een dolle vliegmail! Nooit gedacht dat het werkelijkheid zou worden dat we jullie hier bij ons zouden zien en dan nog wel zo gauw al. Het .....dan fijn. Verbeeld je dat we zouden protesteren als we zo’n zaligheid toegeworpen krijgen! Het zal meer dan verrukkelijk zijn! – Zonde alleen dat we Emma nu niet te zien krijgen, maar zoals ik ook al in de mail schreef, dan heb jullie nog een dochter over als je thuiskomt, voor wie al jullie verhalen nieuw zijn. – We jubelen steeds, maken dikke plannen. De 7 punten zijn onweerlegbaar juist, we kennen ze al uit ons hoofd. Het is werkelijk ondenkbaar dat we jullie aan onze tafel zullen hebben, niet te geloven. – Anneke stuurde de brief met een briefje van haar erbij en ik las de hare eerst en begreep niet waar ze het over had! Het is werkelijk een meer dan goed idee. – We kunnen jullie meteen fijn veel opgeven om mee te brengen. Allereerst ons glaswerk:
4 gewone waterglazen merk August Stift (ƒ 0.75)
1 groen wijnglas Hoying merk August Stift
1 champagneglas merk August Stift
1 vingerkom
2 kopjes en schoteltjes van “au bon goût artistique” (of hoe hij heten mag), schoteltje gemerkt MZ Altrohlau CMR Cjechoslovakia 29 1310, kopje gelijk alleen 19 i.p.v. 29 1 dekschaal van ons eetservies Fortmann (HNC Schlaggenwald 12655)
1 grote ovale-hoekige vleesschaal, kleinste van de 3
4 kleine ovale schaaltjes
12 gewone glazen staafjes om door te zuigen voor kwast
1 houten lepelrekje voor in de keuken
.. el gordijnstof (als ik nog een snippertje staaltje kan vinden) van ’t Indantren huis
2 paar dunne donkere (niet zo donker als brons of donkerbruin, maar toch vooral niet licht, want ze verschieten hier gauw) fils d’écosse kousen. Zijn er goedkopere dan ƒ 2.-. Maar liefst wel sterk en toch dun. Bestaan er nog geen van Indanthren? Maat 9½.
1 pakje stopnaalden van verschillende grootten. Als Anneke het misschien vergeet te vragen. Ze zal het ook graag willen hebben. – Bijenkorf.
1 pak dunne roestvrije naaldjes, die van de Bijenkorf zijn fijn, met gouden oog. [2]
Ziezo, ik ben uitgeput, althans wat betreft onze wensen. O nee, alleen nog verzoek ik jullie mijn horloge, op ’t ogenblik in handen van Mevrouw Meyer, die in Hilversum bij Willy Snijders (!) is, weer mee te willen brengen. En wanneer je denkt dat de “Tijd” het voor niks zal doen, is het misschien beter het daarheen te brengen. [HOK Het horloge zou Mevrouw Meyer voor ons in Sneek in orde laten brengen. Het beste zou zijn dat u dat horloge van haar opvroeg en het maar bij de Tijd in reparatie gaf. Anders wordt het zo’n heen en weer gestuur van Sneek naar Den Haag.]
Kindertjes wat een pret! En nu eerst naar Soerabaja. Zus vindt het erg leuk dat ik eerst een week alleen kom (arme HOK)!
De cheque van Tante Leidie is net gekomen, heerlijk!
Henk Heyermans moest juist zondag naar Soerabaja en toen heb ik hem laten opbellen en zeggen dat ze direct een verlanglijstje moesten sturen want dat we anders niet kwamen en met succes! Haar wens is…. een theezeef!!
Wat dol dat jullie mijn verjaardag hier zullen zijn. Ik tref het toch maar!
Je ziet, wij verheugen ons net als jullie. Laat Vader nog maar eens met zulke reuze ideeën aankomen! Dag – Hok moet ook even juichen!
O ja, heb jullie geïnformeerd of je reductie krijgt als je heengaat met de Rotterdamse Lloyd en terug met de “Nederland”. Je krijgt toch immers 10% of zoiets? Vooral vragen.
Eida
HOK
G. Prachtig dat u komt, het zal u hier wel naar de zin zijn. Erg lumineus idee, we zijn er allen zeer verheugd over. Alleen Emma zullen we niet zien. Jammer. Informeert u vooral of wanneer u met de Rott. gaat en met de Nederl. terugreist – zoals uw plan is – u ook korting krijgt op de reis. Ik weet zeker dat korting gegeven wordt, indien u met een boot van dezelfde maatschappij binnen 1 jaar – terugreist.
Nu even over onze glazen: het merk is August Stift, gekocht bij Hoying, tekening als volgt.
[Tekening 1 waterglas en gegraveerde bovenrand]
bovenaan zulke velden over de hele omtrek, onderaan met 13 facetten over de hele omtrek
[Tekening 2 wijnglas]
bovenaan zelfde tekening als op tumbler, onderaan met facetten, kantje voet
[Tekening 3 vingerkom]
mist bovenaan streepjes, toen wij ze kochten waren de kommen met streep niet in voorraad, onderaan met 16 facetten
U treft hier de droge tijd, wat erg prettig is. Alleen in de Rode Zee zal het wel warm zijn. In de tweede klas zult u niet altijd aangenaam reisgezelschap vinden. Meestal middelbare ambtenaren, weinig ontwikkeld. Maar dat is voor u geen bezwaar omdat u toch getweeën bent.
Dag Hok.
EIDA
Hok drukt veel te hard voor een vliegbrief. Ik hoop dat jullie het toch kunt ontcijferen.
[Randje pag. 2]
Ook a.u.b. 1 el van ingesloten stof van Indanthren huis, als het er is.
1931-04-28
EIDA
28-4-’31.
Lieve Schatten –
Wat dol, wat enig!!! We kunnen ons niet indenken dat we jullie over 3 maanden in werkelijkheid zullen aanschouwen. Verrukkelijk gewoon. Het idee dat we jullie zouden afzeggen. Al kwam je op de dag van heden, Bandoeng jubelt! We schrijven morgen een vliegbrief met vele zaken die jullie je in je oor moeten knopen. Nee, wat ongelooflijk, dat het echt gebeurt dat jullie komen en dan al zo gauw. Paatje, dat heb je knap bedacht! Ik zie jullie al vele inkopen doen en aan iedereen het grote nieuws vertellen! Ik heb Trude al jaloers gemaakt. Haar baby zal er wel al zijn, wanneer jullie hier arriveren. Wij zitten stikvol plannen, nu al! Wat een pretjes in ’t vooruitzicht; over een week gaan we al naar Soerabaja. Ik kan je in vertrouwen meedelen, dat terwijl ik dit neerschreef, ik opeens buikpijn kreeg! Je ziet, jullie zult me nog geheel als vroeger aantreffen! Van huis gaan is een enorme toer voor me. Vooral nu we jullie komst in ’t vooruitzicht hebben, hoef ik heus niks anders meer! Maar enfin, als we eenmaal in Soerabaja zitten, of liever ik, dan zal ik het wel enig vinden bij Zus en Dirk. Hok en ik moeten dan een week van elkaar scheiden. Gek, dat je daar tegen opziet als je getrouwd bent! Je bent toch maar een half mens in je eentje! – Alleen zonde dat Emmetje nu niet mee kan komen, dan is de familie toch weer niet compleet. Maar Anneke zegt dat jullie dan, als je weer thuiskomt van de reis, nog wat overhebt, of liever véél overhebt, want een beter toehoorster als Emma, is wel moeilijk denkbaar. En jullie zult dan veel te vertellen hebben! – Als we terugzijn van Soerabaja gaan we hard piekeren over de verandering van ons huisje. Wees niet ongerust we zullen geen uitgaven om jullie maken, alleen zoveel mogelijk plaats- [2]ruimte trachten te maken. Jullie zoudt best samen hier kunnen, maar het is fijner als we steeds één van jullie bij ons hebben, en niet een poosje zonder hoeven te zitten. Eerst maar Moeder bij Anneke en Vader bij ons! (Een Trojaan juist; een Griek!!) of andersom), zoals Vader’s “Ome“ en Moeder’s Natuurkunde (?-)onderwijzeres zei, wat een pret! – Als Soerabaja maar eerst achter de rug is. Ik heb 2 dagen een naaister om 5 onderbroekjes voor Hok te maken, van drill[1]. Ik heb ze zelf geknipt en Hok vindt ze heerlijk koel. Hok had vroeger zulke hemdjes en toen ik dit goed erbij kocht, heb ik dat oude hempje in de winkel laten liggen. Hok geneert zich om het terug te vragen! en zo is het gedoemd, weet ik het wàar terecht te komen. – We weten nog niet wat we met Mamma doen, zolang we naar Soerabaja zijn. Ze is nogal veranderlijk. Het ene ogenblik wil ze wel alleen hier in huis blijven, het andere is ze doodsbenauwd. Ze slaapt met de lamp aan, omdat ze het in ’t donker zo griezelig vindt. En dát terwijl wij thuis zijn; hoe kan ze dan alleen? – Ze is alweer een stuk opgeknapt. De hoogtezon doet haar erg goed en ze heeft voortdurend honger; maar ondertussen last van zure oprispingen. Ik heb al gezegd dat het wel lijkt of ze zwanger is! Oergrappig, n’est-ce pas! – Gisteravond droeg Anton Verheyen van de Volksuniversiteit, Adam in Ballingschap voor. Pierre Smit hield een keurige boeiende inleiding. Ongelooflijk enthousiast is hij over Vondel, die vroomheid is ook echt Pierre’s sfeer. Het was werkelijk een mooie voordracht. Het minst vond ik de samenspraken van Adam en Eva, hoogdravend en zoetelijk; Lucifer erg goed. – Is hij in Holland eigenlijk een bekend toneelspeler. Ik verbeeld me dat ik hem weleens gezien heb maar niet in een hoofdrol. – Cor Ruys geeft deze week zijn afscheidsvoorstelling. Hij schijnt eindelijk een goed stuk te geven, in plaats van dat hij dáár nu mee begonnen is. Hij zal nu zeker niet zoveel publiek meer trekken. We weten nog niet of we gaan. – Zondag zullen we vast A.’s [3] verjaardag vieren, nu we op 6 mei in Soerabaja zitten. We hebben een beeldig zaketuitje voor kam en spiegel voor Anneke gekocht. De kam met zilverbeslag, net zoiets als mijn zakkam. Dit was haar wens. Verder heb ik nog een klein zijden keepje voor haar gemaakt om de baby op zijn (haar) mooist aan de grootouders te vertonen! – Vast bedankt voor het goed van het Indanthren huis dat in A.’s pak zal zitten. Ik hoop van harte dat je nooit meer stokvis samen met iets anders zult verpakken. Al een maand lang heb ik de zij voor Dien’s tafelkleedje in een doek in de zon gelegd, maar nog steeds is de lucht er niet af. De jurk is ook op een afstand te ruiken ondanks de Maja zeep. Hopelijk gaat het toch nog over. – We hebben net een nieuwe hoed voor me gekocht. Diegene, die wij vlak voor ons trouwen kochten, is nu toch al wat minder fraai. (Em, weet je nog van “ik zoek met mijn lantaarntje”, en dan: een vrouwtje dat “2 jaren doet met ene hoed”!) Dit is een hemelsblauw klein dopje, allernieuwste mode, moet veel haar uit komen. Samen met Hok gekocht. Ik durf nooit meer alleen wat te gaan kopen voor m’n kleding, ik koop per se iets waar ik later spijt van heb. Vroeger deed ik wel voordelige boodschappen hè! Je ziet hoe je “verzwakt” door het huwelijk! Of komt het door het Indisch klimaat? Komt en ondervindt! Dit is geen “frase” meer! Wat een engelen die Cannegieter, van Poelje, van der Meulen, omhels ze van ons! Zit Jan Taas eigenlijk niet meer bij jullie? –Houw heeft zo goed als zeker zijn aanstelling als leraar aan de Middelbare Landbouwschool, hij vindt het heerlijk. We zijn er erg blij om, dat hij niet werkeloos zal hoeven te worden. Het is nu alleen beroerd dat de rijstpellerij van Ho zo beroerd gaat, en dat hij geen notie heeft van handeldrijven. Hij mist de energie ervoor. En wat kan hij nu voor een baan krijgen, alleen met eindexamen H.B.S., [4] salaris hoogstens ƒ 180.-, en 4 kleine kinderen. Enfin, we hopen maar weer het beste. – Vragen jullie Mevrouw Schüller of ze niets heeft mee te geven voor Jan. Ze wonen niet zover van hier. – Verder schrijven we per vliegbrief alles wat bij ons stuk is. – Mevrouw Meyer Groeneveld is met de vorige boot vertrokken. Zien jullie kans haar te vertellen dat ze vóór 10 juli mijn horloge aan jullie stuurt, als het tenminste weer heel is. Als jullie vindt dat het horloge weer naar de “Tijd” gestuurd moet worden, dan kun je haar dat direct naar Hilversum, naar Willy schrijven, want daar gaat ze direct van boord heen. Heeft de “Tijd” eigenlijk garantie gegeven, nee hè? Als hij het voor niks doet, dan graag! – Jullie krijgt nog een grote bagage alleen aan glaswerk van Anneke en ons. – Zus Rempt heeft de vorige mail al haar moeder bedankt voor haar engelachtig geschenk; dus je ziet we konden onze mond niet houden. Zus is er erg verrukt over, dus gelukkig dat we het vertelden. Ze vindt het ook leuk dat ik eerst een week alleen kom, dan kan ik haar mooi met de toebereidselen helpen, hors d’oeuvres maken!! Ons vers voor hen bestaat nu uit 5 coupletten, voldoet ons alleen nog niet. Hok zal alleen geen minuut meer hebben om er verder over te piekeren, vóór we in de trein zitten. Maar dan ook 12 uren! – Wat merkwaardig wat die helderziende van Opa vertelde, je ziet hem langs de “diek” gaan en over de ophaalbrug, hoe is ’t mogelijk. Het is toch in elk geval, wanneer het op telepathie berust, wel een heel diepgaand gedachtelezen, daar Moeder niet aan Opa en Grouw dacht en ook niet aan ’t Ziekenhuis. – Wat fijn dat jullie me niet te dik vindt op de Rempten kiek! – Wat een rust: geen kraampjesdag meer! Anders een strop voor de Vereniging! Zouden ze nog de helft verdienen?! – Katy Kunst is diep wanhopig over de salarisvermindering, ze hebben hun logees afgeschaft, Goddank! – Heleentje Rauws gaat pas 4 augustus van hier.
Dag Eida tot 30 juli!!!!!! [5]
HOK
28 april 1931.
G. Wat een buitengewone verrassing kwam met de laatste vliegmail! Wij zijn er erg blij mee en kunnen er geen bezwaren tegen hebben. De argumenten die u aanvoert om dit jaar te komen, zijn zeer krachtig. Waarom zoudt u ook niet gaan, wanneer er zich niets tegen verzet; zo kunnen we uit het negatieve geredeneerd, uw besluit nog versterken. Hoe we het logeren zullen regelen is van later zorg; in elk geval kan nu al gezegd worden, dat ook al konden A. en Th. u niet bergen, wat zeer onwaarschijnlijk is, wij voor 2 personen slaapgelegenheid hebben. Dus in een paviljoen of pension zal u zeker niet hoeven! Wat ook zeer ongezellig zou zijn. Financiële bezwaren bestaan er van onze kant evenmin. U komt juist in de droge tijd, dan kunt u ook eens het genoegen smaken, weken achtereen geen regen te zien. Warm is het dan niet, d.w.z. het zal ’s ochtends fris zijn en ’s avonds lekker. U zult de zwoele tijd zoals dat in de kentering het geval is, niet meemaken. Jammer dat Emma niet meekomt. Voor haar hebben we ook plaats. – We zouden vandaag de lange rok van Eida kieken, maar er is niets van gekomen, door allerlei boodschapjes, die we doen moesten, omdat ik de 5e aanstaande weer op dienstreis ga. Het zal dan naar een klein vissersplaatsje, tevens badplaats zijn, in het zuiden van de residentie Kediri, aan de Indische Oceaan. Het kon gelukkig gecombineerd worden met de vakantiereis naar de Rempten. – De reis kost me bijna niets, omdat ik 1e klas reizen mag. [EIDA niet aan Tante Leidie vertellen; maar als we haar bijdrage niet hadden gekregen, hadden we ondanks de dienstreis het toch niet kunnen doen. Dus we voelen ons niet zo bezwaard, dat Tante Leidie ons dat cadeautje geeft, in elk geval zijn we dankbaar.] Maar dat doe ik niet, in plaats daarvan ga ik met Eida 2e klasse, dat scheelt ongeveer 1/3. Eida reist dan direct door tot Soerabaja en ik stap 1 uur voor Soerabaja te Kertosono, uit om de lijn naar de Zuidkust te nemen. Eida komt dan een week te vroeg in Soerabaja aan en ik kom daar de 13e. A. en Th. de 12e. De dienstreis gaat naar Popoh, een plaatsje waar veel haaien zijn, met mooie omstreken, maar zoals alle kustplaatsen met veel malaria: elke dag een lepel ketjap (soja). Ik stel me van deze reis heel veel voor; logeer dan in een passangrahan, d.z. slaaphuizen, zeer primitief ingericht voor ambtenaren die het binnenland in moeten. Het is natuurlijk veel gerieflijker dan de [6] gewone wijze van reizen, zoals de meeste geologen doen. Desondanks zal ik een uitrusting meenemen, die berekend is op het allerprimitiefste, d.w.z. meenemen van veldbed, huisjongen, proviand, etc. dan ben je op alles ingesteld. – Van het bezoldigingskantoor is er bericht gekomen dat er geen bezwaar bestaat om mij 14 maanden meer voor praktijk te geven, dat wil zeggen, dat ik, mocht dit door de regering bekrachtigd worden, nog ƒ 700.- in handen krijg en dat mijn eerstvolgende opslag al in februari ’32 komt. Dan zou ik nominaal ƒ 600.- per maand verdienen; hiervan gaat nog de beruchte 10% af. –Onze kokki heeft met ingang van 1 mei haar dienst opgezegd: de juiste reden is ons niet bekend. We laten haar pas de 4e of 5e wanneer we zelf op reis gaan, vertrekken. Het is jammer dat ze verdwijnt. We vinden het erg jammer én om haar eerlijkheid én om haar kookkunst. Erop aandringen dat ze blijft, doen we niet, omdat daardoor de mensen – indien het wat zou geven – erg ongezeglijk worden. Mijn moeder is nog altijd hier en nog altijd onder behandeling van een dokter, die haar om de twee dagen injecties geeft. Het is jammer, dat ze zo weinig ontwikkeld is: van conversatie is meestal geen sprake. Vader zal zijn Maleise kennis kunnen tonen, wanneer u hier bent. – Onze Hans is nu een grote poes, die allures heeft van een hond. Met alle genoegen wandelt hij met ons mee; elke boom waar we langskomen, moet hij beklimmen. Op straat wandelt hij met een zeer dikke staart, ik geloof dat het zijn ijdelheid is nl. om er mooier uit te zien dan die al is, door een pakje aan te trekken van een angorapoes. Zo ziet u, dat er in de poezenwereld ook plaats is voor mode. – Verder hebben we in huis nog 4 goudvisjes: echte Chinese met sluierstaart, die mijn moeder meebracht. Zij zijn al net even verwend als de poes. Brood eten ze wel, maar al heel gauw beginnen ze ermee te spelen: inslikken, weer uitspuwen. Ik weet niet of ze eens niet van tijd tot tijd vlees moeten hebben. – Wat Tek Bheng scheelt, weten we ook niet. We hebben elkaar zeker een jaar niet geschreven. Hij had indertijd ook al mythische neigingen, maar sprak er niet veel over. [7] Met mijn werk schiet het matig op, ik schijn nu een vakantie nodig te hebben. Ik moet er eens weer stoom achter zetten: geleidelijkheid schijn ik nog altijd niet te kunnen leren. Heeft zijn vóór en zijn tégen! – Wat bijzonder van die helderziende. Al was het slechts telepathie, maar daarmee is nog niets verklaard. Alleen een naam, een rubriekje waarin we een verschijnsel hebben ondergebracht, zonder het fond ervan te begrijpen. Tante Jenne heeft wat dit betreft met haar “och, ze willen ’t zo graag geloven”, weer eens blijk gegeven van tante Jenne te zijn. De afstand heeft mij nog niet nader tot haar gebracht!!! – Hoe gaat het nu met de voet en met Murks Jansen! – We hebben de Rempten verteld dat Tante Leidie ons geld heeft gezonden, met het verzoek het Tante Leidie niet te laten weten, dat ze het weten, met het gevolg, dat met de eerste beste vliegbrief Annetje haar moeder haar blijdschap schreef. – Onze buren vertrekken binnenkort. Wie volgt? – Bedankt voor uw dronk op mijn welzijn in City op mijn verjaardag. Het volgend jaar kunt u zich beter indenken hoe wij het hier vieren. [8] Inderdaad schijnt virulentie niet juist te zijn gebruikt. Degene die hem voor het eerst bezigde, heeft het in latere publicaties niet meer gebruikt. –
Dag Hok.
[1] “drill”: zeer dicht geweven katoenen keperweefsel (P.H. Vos, P.H. Vos, H. v. Lieshout “Textiel” pag. 869, 1988)
1931-04-20/04-21
HOK
20 april ’31.
G. Even voor het bezoek van de vorige bewoners van dit huis, een paar krabbels. Morgen moet ik de hele middag op het stembureau zitten. Gemeenteraadsverkiezingen, tussentijdse, wel te verstaan. Het gaat om de Vaderlandse Club en een lid van de S.D. (Soc. Democr.). Er wordt al druk stemming gemaakt. De objectiviteit is bij de heren absoluut zoek. Er wordt geïntrigeerd en kwaadgesproken. Geen sympathieke bedoening. Ik heb er niets mee te maken, behalve dat ik de stembiljetten in ontvangst heb te nemen. – Vanmiddag van 2-6 uur op het stembureau, in een schoollokaal doorgebracht. Zeer vervelend, vooral in de tijden, dat er geen kiezers kwamen. Ik had niets anders te doen dan na te gaan of de kiezers wel op de kiezerslijst stonden en aan te tekenen hoeveel mensen er kwamen. Hoe verder de middag vorderde – u moet weten, dat mijn middagrust aan het gekrakeel over partijen opgeofferd werd, en zelfs mijn thee-uurtje – hoe slaperiger ik werd en hoe meer vergissingen. Gelukkig was er een tweede stem-opnemer. Onderwijl las ik de Duitse sprookjes, die soms zeer geestig zijn. Hoe de uitslag van de stemming zal zijn, is niet te voorzien. Ik zal groot plezier hebben indien de Soc. Democr. erin kwam, al was het alleen omdat zij in hun verkiezingspropaganda absoluut fair gebleven zijn, terwijl de andere groep teveel goeds heeft verzwegen of van de bekende “maar”s voorzien heeft. – Onderwijl vroeg een der Inlandse leden hoe ik dacht over het instellen van een huurcommissie. De salariskorting heeft namelijk als gevolg groter vraag naar goedkoper huizen met als verder gevolg, stijging van huurprijzen dier huizen, maar daling van de huurprijs der duurdere huizen. De kleine beurzen worden dan weer zwaarder belast. Ik ben er glad voor, maar mijn medeleden (Chinese) waarschijnlijk tegen, daar zij huiseigenaren zijn. – Overigens is de middag even kalm verlopen. – Leuk dat u de doek mooi vond. Was ook de bedoeling. [2] Mijn moeder is nog altijd hier; ze zal nog wel enige tijd blijven. Ze gaat geloof ik wat vooruit, dankzij de behandeling van de zenuwarts. Ze tobt over allerlei kleinigheden en kan zichzelf niet bezighouden. Eida moet altijd bij haar zijn. Erg moeilijk, maar Eida slaat er zich zeer kranig doorheen.
Nu dag Hok.
Een volgend keer wat meer, het stembureau is zeer vermoeiend. [3]
EIDA
21-4-‘31
Geliefden –
Vandaag is Chris jarig – ik weet nog niet wat we met hem moeten doen. Hok heeft van 2 tot 6 uur zitting in het andere eind van de stad omdat er 2 nieuwe gemeenteraadsleden gekozen moeten worden en Hok op de stembus moet passen. We eten ook voor de bijzondere gelegenheid om 1 uur, hetgeen toevallig 4 dagen achtereen voorkwam, zaterdag en zondag altijd. Maar omdat de Prins zo onaardig was om op zondag jarig te zijn, en men dan geen vrij kan geven, hebben ze alles maar op maandag gesloten. Vind je ’t eigenlijk niet schandelijk dat jagen op vrije dagen! Maar nu moet ik weer even naar de keuken om te kijken wat er bereid wordt. De kokki leert alles gauw klaarmaken, maar ze heeft geen benul om nu eens iets nieuws aan de warong te kopen, wat ik nog niet ken, al verzoek ik het haar ook vriendelijk. Ik heb nu pas van Mamma geleerd wat een boel soorten bonen er bestaan, ik wist alleen maar van bruine bonen (katjang merah!). De kokki is weer bezig een schoteltje klaar te maken van iets waarvan ze weet dat ik het lekker vind. Maar ze snapt niet dat het niet zo lekker meer is, als je ’t elke dag eet! Ik had het haar ook niet opgedragen te kopen. – Hok wil ook als Mamma weg is, doorgaan met elke dag rijst eten. Ik weet niet of het ons op den duur zal bevallen. Je moet weten, Mamma heeft een enorme handigheid erin om steeds van eenzelfde groente weer wat anders te maken. Ze leren het ook vanaf hun 6e jaar en doen vrijwel niet anders. Maar enfin m’n kookboek is al met vele recepten [4] gevuld en dagelijks komen er nog bij. Er zijn enige brieven in de mail editie over de Indische “booienkwestie” . Hij vindt het zo goed dat je op de Koloniale School hoort over de mentaliteit van de Inlander dat je niet staat te kijken als b.v. je bedienden zonder dat je de reden weet, opeens vertrekken. Het is ook waar, dat ze af en toe eens een uitbrander nodig hebben en liefst van de heer des huizes, dat trekken ze zich erg aan. – Ik ben blij dat de P.N.I.ers veroordeeld zijn, want wat ze hier voor cursussen gegeven hebben aan analfabeten over de politiek is meer dan erg, werkelijk. Jullie, in Holland, denkt er zeker anders over, maar hier zie je andere dingen. Het is overigens ook fijn voor Oom Ru dat het Hooggerechtshof alles bekrachtigd heeft. – Op 15 april ben ik ’s morgens vroeg naar Anneke gegaan, die juist bezig was allerlei fraais voor Thijs te bakken. Wij brachten hun een stuk stokvis, waarmee ze erg verrukt waren. Ik kon nl. geen bloemen krijgen en toen heb ik dit er maar op bedacht. Later hebben we gedicht voor Zus en Dirk of liever we hebben het getracht, want we weten absoluut niets van ze, maar dan ook helemaal niets. Het refrein slaat op onszelf, hetgeen Hok absoluut afkeurt, maar we weten anders niet, tragisch.’s Avonds moesten we op visite bij een Duitse collega´s familie. Hok en ik voerden de conversatie, daar het hun moeilijk afging daar ze het Hollands toch al zo lastig vonden, al zijn ze al 9 jaar in Indië. – Marietje Jager Bruining zit nu in Den Haag. Ik heb Zuster Heideman nog naar boord geschreven om te vragen of ze jullie soms wou opzoeken. Maar geloof niet alles wat ze van m´n inwendigheid [5]
zegt, want ze maakt het nog veel erger dan het was. Marietje is nog erg goed. Maar Zuster Heideman blijft toch bij haar die 3 weken voordat de Prof. in Utrecht haar kan onderzoeken. Ik stuurde haar nog bloemen naar haar hut, vlak voor haar vertrek. – Nu onze trouwdag. Omdat Mamma er was, kon ik niet een lekker dinertje in elkaar zetten, allereerst omdat Mamma alleen rijst kan verduren, in de 2e plaats omdat ik toch niet wat het eten-bereiden betreft, in Hok’s ogen tegen haar op kan. Hok vertelde dat ook aan Dirk, toen hij laatst hier was en hij was het absoluut met Hok eens dat je het bij je moeder het beste hebt, waarop ik niet kon nalaten te zeggen: “althans wat het eten betreft”! Je ziet, liefjes, dat het niet nodig is je blauw te werken op een Huishoudschool als je met een man trouwt die toch niet van Hollands eten houdt! Enfin, dat weet je ook niet vooruit. Klinkt dat niet tragisch! [HOK ze meent er niets van]. – Toen we niet wisten hoe we de viering zouden inpikken met ons vreemde element in huis (arme Mamma) kwam Henk te hulp. Hij kwam met een grote zak bonbons en drukte ons hartelijk de hand. Zijn moeder had hem onze trouwdag geschreven. Mamma is altijd erg verrukt als Henk komt, hij spreekt zo komisch Maleis en negeert haar niet in de conversatie. Na het eten speelden we op torentjes, hetgeen Mamma weer tranen deed lachen, daar Henk het altijd verliest en wel na een paar spelletjes is hij al op. Hij zit ook altijd na mij. – Jullie hoeft niet bang te zijn dat we om jullie zullen verhuizen. Bij nader inzien is het ook helemaal niet nodig. Overigens zijn we zo blij met ons huisje, nu iedereen op jacht is naar een huis beneden de ƒ 100.-, dat we hier met [6] geen stokken zijn weg te krijgen. Jullie zult het zeker in geen straat zo prettig hebben als hier, met ons mooie open land voor ons. Ik zie ons al samen in de tuin zitten, wat dol! – We zitten nu weer veel in de tuin. Het is goed voor Mamma om buiten te zijn. Eén dag heb ik de divan voor haar buiten laten brengen, net als toen ik pas uit het ziekenhuis was, ze vond het wel fijn. Die dag kwam juist Baukje Kreiken hier even telefoneren. Ze vroeg of mijn kokki ziek was. Ik begreep niet wat ze bedoelde, maar bij nadere uitleg, had ze Mamma zien liggen. Ik zei dat is m’n schoonmoeder: grote schrik! Je ziet hoe weinig Europeanen hier kunnen zien, wat voor landsman of -vrouw iemand is, die in sarong en kabaja loopt, en vooral van welke stand ze zijn. Niemand verwacht bij ons een familielid in sarong en kabaja, maar Hok denkt dat Baukje nooit meer hier zal durven komen. Moet je ook horen hoe Europeanen tegen haar [HOK Mamma] spreken. Zij is ongelooflijk beleefd, maar b.v. onze buurvrouw, spreekt over zichzelf als Njonja (zoals tegen haar bedienden) en piekerde zich een ongeluk wat ze nu tegen Mamma moet zeggen. Ze kunnen het ook niet weten, maar men ziet per se neer op iemand in Inlandse klederdracht. Als ik met Mamma bij de dokter ben, hebben we in de wachtkamer ook veel bekijks, Hok zou zoiets ontzettend vinden, maar ik heb dan juist neiging om me extra veel met haar te bemoeien. – We tennisten ook weer een keertje met Walter Smits en Henk, erg prettig. Zaterdag brachten we mijn stukke horloge naar Mevrouw Meyer Groeneveld, die het mee naar Sneek zal nemen. Ik heb haar gevraagd het als het klaar is, naar jullie te brengen, en als jullie het dan misschien aan Dien wilt geven om weer hier te brengen. [7] Wim Groeneveld Meyer kiekte ons met ons drieën, en later nam hun djongos ons gevieren. [Mevrouw Meyer belt net op dat alles mislukt is. Hij heeft een toestelletje als Moeder en er was geen zon.] Het mooiste was, dat ze ons glad vergeten hadden, hoewel ik er nog 2 keer over getelefoneerd had met haar. Mevrouw ziet blijkbaar erg slecht. Ik was even hun huis binnen gegaan om te kijken waar ze waren, en toen trof Mevrouw Hok buiten, die ze groette. Daarna kwam ik, en zag ze me met verbazing en vroeg of m’n man er ook was. Het was enorm komisch omdat ze Hok al vóór mij gezien had, om te gillen! Enfin, alles liep goed af. Er was ook een meisje, Mr. in de Rechten, allerliefst om te zien en pienter. We hopen zeer dat Wim met succes toe zal happen. – Dinsdagavond. We hebben net Chris gelukgewenst, nadat Hok naar de stembus en ik met Mamma naar de dokter was geweest. Ze ligt nu ook even telkens onder hoogtezon. Ze is werkelijk al heel wat opgekikkerd. Vooral vanmiddag toen de Dokter zei dat de hoogtezon niets kostte. Nu hoeft ze niet meer te piekeren. – Fijn dat jullie de kain van Vader’s verjaardag mooi vinden. Alle kleden heten “kain” want dat betekent doek, stof. Enig dat het 19 maart zulk mooi weer was. –
Leuk dat je Gonne Schutte in huis gaat nemen. Heb je nog niet genoeg van al die meisjes! Hok heeft net een lijst gekregen van de Arbeidsbeurs waar 14 Europese dames, hulp in de huishouding, om werk vragen en 6 kinderjuffrouwen. Als ze dus niemand heeft, die haar meeneemt, moet ze maar stil daar blijven. Aan de andere kant zijn hier veel aardige vrijgezellen! Alleen een erg rijke familie zal haar mee willen nemen, of ze moest de reis zelf betalen. Dat was ook het plan hè? – Er stond een mooie kiek in de mail editie van een zomerse dag op de pier, alle mensen in bontmantels, ik kon jullie er niet op vinden!
Dag Eida.
Dien was erg blij met ons bloemstukje.
1931-04-13
EIDA
Weet je nog van “toen”?
↓ ↓
13-4-’28
13-4-‘31
Liefjes –
Als jullie deze brief leest, is het net Anneke’s verjaardag geweest, nog onze hartelijke gelukwensen! Misschien zijn we dan ook al op weg naar Soerabaja, of ben ik er al. Hok wil nl. trachten een dienstreis naar Kediri, dat vlakbij Soerabaja ligt, eraan vast te knopen. Dirk, die vannacht hier was (!), nodigde me uit dan 14 dagen bij hen te blijven en met Hok op ± 7 mei mee te reizen. We zullen zien wat ervan komt. –
Ik ben vandaag in een erg goed humeur. Je zou haast zeggen dat het bijzonderheid is! Maar nee, ik schrijf jullie toch maar eens in de week en moet jullie daar af en toe eens aan herinneren!! Vanmorgen had ik fijn het rijk alleen vanaf half 7 en ik heb heerlijk veel kunnen doen. Het is gek, maar als Mamma hier is, doe ik maar weinig. Allereerst ben ik ’s morgens ¾ uur met haar onderweg. Ze wil dan in het IJzerman park zitten, maar wil niet alleen (zeer vereerd). Verder moet ik de hele morgen achter haar aansjouwen als ze naar de keuken gaat, om te zien wat en hoe ze alles klaarmaakt. Hok is weer in Luilekkerland. We eten elke dag rijst, en nu wil Hok dolgraag dat ik alles leer klaarmaken. Het bezwaar is dat ik dan de hele morgen ongeveer niks doe. Ook ben ik nog 2 keer met haar naar de dokter geweest; waarmee ik ook 1½ uur kwijt ben. De dokter, een zenuwarts, Arndt, heeft geconstateerd dat ze sterk verhoogde bloeddruk heeft, met als basis neurasthenie en geeft haar injecties van arsenicum met nog wat. Hij heeft persoonlijk ook een goede suggestieve invloed op haar en ze voelt zich al [2] veel beter, terwijl de bloeddruk al is afgenomen. Ze was de eerste keer met een rijk familielid bij de dokter gekomen en toen ik vroeg hoeveel het moest kosten en hij van mij hoorde dat ze onderhouden wordt, deed hij er een riks per keer af (nu ƒ 5.-), dat scheelt wat op 20 injecties! Deze dokter wist ook alweer alles van me af, hoewel hij me nog nooit gezien had. Hij had van Kuyer een loftuiting op me gehoord zei hij! Ik zei al tegen Hok dat alle doktoren in Bandoeng me met eerbied groeten. Een beetje overdreven! – Henk heeft al 2 maal hier gegeten terwijl Mamma er is. Ze is zeer verrukt van hem, hij is zo absoluut niet verlegen en tracht alles in ’t Maleis te vertalen ook zijn plagerijen met Hok en Mamma lacht speciaal om zijn Maleis! – Zaterdag hadden we getennist en Henk bleef automatisch eten. Hij was in een zeer goeie bui (die is bij hem zeer veranderlijk) en na het eten speelden we op torentjes. Mamma heeft nog nooit zo gelachen, ze transpireerde er geweldig van. Het is zo’n leuk eenvoudig spel, dat iedereen het direct begrijpt. We hebben eerst getracht haar patience te leren spelen, opdat ze niet steeds met haar handen over elkaar hoeft te zitten. Maar het interesseerde haar niet. Ik heb alle sokken van Hok die ik té stuk vond om te maken, weer te voorschijn gehaald, want ze vindt het fijn ze te stoppen (niet bedoeld op de manier van “ze danken”![1]). – Mamma blijft dus bij ons tot de injecties klaar zijn of tot wij naar Soerabaja gaan. Jullie jurk zal net mooi van pas komen voor Soerabaja, fijn! Ik moet alleen de hals van achter wat verlagen en de bloem verzetten. Ik heb nu Emma’s lekkere Maja zeep [3] in de jurk gelegd want buiten gaat de stokvislucht er niet af. Nu ik dat woord schrijf, bedenk ik opeens dat ik de moeder van Anneke Harloff een pond beloofd heb. De meeste mensen schijnen er nogal van te houden en jij, Maatje, bent een uitzondering! Of houdt Vader er ook niet van? Ik “schikt nogal!”[2] [HOK ze vindt het heerlijk!] – Gistermorgen gingen Hok en ik zwemmen, de 2e keer in Bandoeng! We bleven er 2½ uur met het gevolg dat Hok vergaat van de jeuk op zijn rug. Ik ga eens op een morgen alleen; om mezelf duiken te leren. Je moet weten dat ik het nog steeds doodgriezelig vind om me maar zo op m’n hoofd in het water te laten vallen, maar ik wil toch weer durven, het is te gek.
Toen we thuiskwamen, waren Mevrouw Groeneveld Meyer en zoon juist hier geweest, echt jammer dat ze ons niet thuis troffen. Deze week zal ik haar mijn horloge brengen om mee te nemen naar Sneek, ik ben benieuwd of die man er wat aan kan doen. Ik zal haar vragen of ze als het klaar is, het aan jullie wil brengen. Dan kun jullie het misschien aan Dien meegeven. – Ho viel opeens binnen en bleef etc. Hij converseerde druk met Mamma over haar ziekte en zo, tot ik hem tot de orde riep. Hij beweerde zelf dat haar ziekte 100% suggestie is, en nu deed hij niets anders dan met haar daarover praten! Hij wou ook weer dat we haar naar Kuyer brachten, maar ik vind: één dokter tegelijk! – Ondertussen belde Dirk Rempt op uit Batavia of hij kon komen logeren. We zeiden natuurlijk direct dat het kon en piekerden ons toen een ongeluk hoe we dat moesten inrichten. We dorsten Mamma niet voor te stellen weer 1 nacht naar haar nicht in Andir te gaan [4] maar ze zei het zelf direct. Ze had een soort angst voor Dirk en smeerde ‘m gauw ’s middags. Daarnet keerde ze terug, na haar 9e injectie gehaald te hebben. Dirk had een halve dag vrij en besteedde die aan ons! Echt gezellig, en we konden hem meteen meedelen dat we kwamen. Ze krijgen ook een vriendenechtpaar uit Semarang, niet te logeren, maar ook voor het feest. - A. en Th. kwamen na het eten even hier en toen hebben we maar verteld dat we de reis van Tante Leidie krijgen. Vertel het haar nog maar niet, maar we voelden ons zo schijn-heilig, alsof we zoveel voor hen over hadden, terwijl het louter plezier voor ons is. – Dat zijn dus onze lotgevallen. – We zijn erg blij met Moeder’s beschrijving van Dien’s receptie. Leuk zo’n klein bloemstukje en het eerst bezorgd omdat het van de beste vriendin was, enig! Leuk dat jullie eraan mee gaven. Hier in Indië krijg je de grootste bloemstukken voor ƒ 5.-! Enig dat Moeder toch gegaan is, ondanks haar pijnlijke voeten. Fijn overigens dat de voeten nu weer beter zijn. Waren er maar meer Murk Jansen’s. – Op de kieken had ik al gezien dat Nico niet knap is, maar ik ben benieuwd naar de nadere kennismaking op het eetpartijtje. En enig dat Moeder in het midden van P.S. naar binnenging. Was Mientje ter Spill er niet bij? Kostelijk dat niemand werd voorgesteld. Heb je nog uitgevonden wie de man van Tante Zus was? – Griezelig dat bij Annie Dorama was ingebroken, had ze daardoor last van haar maag? – Enig zo’n mode revue, en dat jullie zo in de mode bent, met je hoed achterop je hoofd, geestig! – Misselijk van Greta Garbo dat ze toen iedereen door de radio op haar stem wachtte, niet is gekomen. Als je ook ƒ 6.000.- per dag verdient, kun je je dat veroorloven!
Dag Eida
[Randje pag. 4]
Hoe gaat het met Emma?
Henk houdt veel van een lolletje en maakte steeds gekheid met mij, hetgeen Mamma later deed zeggen: “wat is Henk van jou”?!! Ik had bijna gezegd “m’n minnaar!” als ik het geweten had in het Maleis.
[1] “Ze danken” gezinsuitdrukking ontleend uit het volgende voorval. De moeder van Eida kreeg eens een mevrouw op bezoek met 3 keurig opgevoede dochtertjes. Toen hen een koekje werd aangeboden zwegen zij stil en sprak hun moeder voor hen: ”ze danken”.
[2] Kennelijk citaat kindertaal: “ik schikt nogal” of wel “ik schrik nogal” of wel “hoewel ik schrik van de smaak, houd ik me flink en eet het”.
1931-04-07
EIDA
7/4 ‘31
Geliefden –
Het is bijna 2 uur, mijn echtgenoot maakt zich op naar huis te komen, alwaar zijn geliefde echtgenote en Moeder hem met vreugde zullen verwelkomen. Ja, vanmorgen om half 12 kwam Mamma, bepakt en bezakt met lekker eten aangereden, Goddank reden haar familieleden door en kwamen niet binnen, want ik houd er niet van met m’n mond vol tanden te staan! Mamma is hier gearriveerd om door ons geamuseerd te worden! Een lastige taak voorwaar! Ze is nu al bij 5 doktoren geweest, het geen haast nog niet genoeg is. Goddank heeft de laatste haar nu gelijk gegeven dat ze iets mankeert, en nu krijgt ze injecties, die haar al veel beter hebben gemaakt. En ze mag geen rundvlees, en nog een heleboel meer. Ik hoop dat de dokter haar op die manier beter krijgt. Overigens is haar “ziekte” niet anders dan verveling, waardoor ze zwaarmoedig is geworden. Dit zeiden de rest van de doktoren, aldus moet ze door ons opgewekt worden. Ze wil straks naar de bioscoop en daarnet heeft ze staan koken. Ik hoop dat haar zijn bij ons helpt, Houw schreef dat ik maar belang moet stellen in haar kookkennis en daarover met haar praten, dan wordt ze wel beter! Waar je een schoondochter al niet voor kunt gebruiken!! – Na deze woorden moet ik de soep opscheppen. – Daarnet kwamen A. en Th. ons gelukwensen met heden 7 april.
Al 3 jaar geleden, dat ik volgens Hok te veel Haute Sauterne gedronken had en niet [2] meer terug kon! Vandaag aten we als feestmaal stokvis. Het pak van jullie kwam vlak voor we naar Maswati zouden vertrekken en overal ruiken we stokvis, net als jullie vóór het pak vertrok! Het is erg lekker, Hok vindt het fijn, Mamma ook. De jurk is beeldig, hartelijk bedankt. Hij past me precies om het middel, enig, knap gedaan hoor! Welke maat is het eigenlijk? 44? Het kleedje voor Dien lijkt me erg leuk. Ik ben benieuwd of ik het voor elkaar zal krijgen. – We zijn allemaal erg verbrand. Het was zo fijn om samen op reis te gaan, we genoten echt. Het is hier ook zo mooi, overal waar je langs komt met de trein. Annie + zoon Jackie haalde ons van de trein. We hadden een beeldig chocoladenest van Paaseieren meegebracht. Gelukkig troffen we het, dat hij niet van het nest was af te slaan en aan niets anders meer dacht. Het is echt zielig voor hem dat hij enigst kind is en moet blijven. Hij is enorm jaloers op iedereen die zijn moeder aanraakt. Hij sloeg mij omdat ik met haar om het hardst naar iets toeliep en ik het won. Als Annie op Jan’s schoot zit (we deden beiden zeer “pas getrouwd”!), doet hij alle moeite haar eraf te halen. Hij is 2½ jaar, was dikke vrienden met Hok, vooral op het laatst toen hij Hok’s schoenen aan mocht en daar de hele morgen in wandelde. Van mij moest hij niets hebben en op het laatste ogenblik wist hij nog steeds mijn naam niet, hoewel Annie het hem 10 maal per dag voorzei. Met Hok’s naam leerde hij de “k”, en hij was er zelf trots op en zei het telkens weer. Annie was zelf ook buitengewoon aardig, we hebben haar nu leren waarderen. In je eigen huis, ben je op z’n best! ßJan is zeer enthousiast over zijn werk. Hij speelt piano, zonder een noot te kennen. Hij zegt [3] niet veel, is ook maçon, doet er helemaal niet geheimzinnig mee. We hebben het nog gehad over Krishnamurti. Jan en Annie zijn het absoluut niet eens over dat punt, lastig lijkt me.ßß We tennisten genoeglijk, reden ’s avonds in de maneschijn een eindje om met hun auto, en zwommen eens in de bak die Jan had laten metselen. Hok leerde me duiken, ik dorst eerst voor geen geld, een gekke gewaarwording als je opeens allerlei niet meer durft, ja ik word oud. Enfin, ik heb het dan toch enige malen gedaan en was razend trots. Hok is zo geweldig verbrand in zijn hals dat hij de hele dag “au” roept, als je er maar naar wijst. Annie is erg nerveus, daarom praat ze zoveel. We hebben elkaar enorm geplaagd. Ze gaat zo enig met Jan om, een leuk stel. – Ik ben wel van plan aan Mevrouw Schüller wat te schrijven, maar als je haar ziet, vertel dan maar van ons enthousiasme. – De dag voor we gingen, 1 april, was de gemeente Bandoeng 25 jaar. Hok werd met dame op “de Soos” genodigd, alwaar we de familie v.d. Bos ontmoetten, de schoonouders van Rein. Ze herkende ons met moeite, en danste lustig met de Burgemeester, die overigens niet danst, maar loopt! Ik danste ook met zo’n snuiter, die alleen kon walsen, een dokter van middelbare leeftijd. Het beroerde was dat de muziek 3 maal herhaalde, zodat je wel een kwartier achter elkaar dat moest uithouden; ik ben nog minder moe van een uur wandelen! Bepaald ongetraind! We bleven daar van half zeven tot 10 uur en moesten toen nog boterham eten. De meeste mensen bleven dan eten, wij niet vanwege de kosten. Achteraf moet het er een vreselijke dronkemansboel geweest zijn, Chris bleef wel. Ik ben blij dat we met de Tjen’s naar huis gingen. – De poes logeerde [4] bij de familie Ter Haar en kwam vanmorgen pikzwart terug, speelde daar steeds buiten. De kinderen daar hadden erg veel pret om hem gehad, vooral toen hij over de toetsen liep en zich niet liet afschrikken. – Hok genoot echt van zijn vakantie, was zo lui als wat, lag liefst, languit op de divan. Jan werkt van 7-9.30 en van 10-12.30 en van 3-6, en dan ook ’s zondags, zelfs met Pasen geen minuut vrij. Met moeite heeft Hok nog met hem kunnen tennissen, hij speelt erg goed en versloeg Hok, hetgeen Hok niet vaak is overkomen! – Ik zal trachten Mamma te leren patience spelen, ik zou ook duizenden kwalen krijgen, als ik de hele dag voor me uit zat te staren. – Goddank dat we de vliegbrief al hadden met het bericht over de voeten door Murk Jansen[1], ik schrok me eerst dood toen ik het las. Ik dacht dat het na Murk Jansen, weer was misgegaan! Maar gelukkig niet hè! – Bedankt ook voor jullie felicitatie met onze 7 – 4 – 18 – ’28. Ik ben benieuwd of jullie nog schaatsen zullen rijden, in april! Ik zit veilig op een afstand. Hok wilde Dien een theeservies geven, maar nu komt de salarisvermindering en heb ik gevraagd of P.S. mee wil doen. Dien schreef dat P.S. een vlalepel geeft, ik zou het een erge strop vinden, maar we zullen afwachten. – Voor het pakket betaalden we ƒ 3.39 invoerrechten, een aardig grapje! De modeplaat lijkt me beeldig. De jurk, net wat ik nodig heb, een tussenbeide, zonder mouwen. Het kon niet mooier! Zielig dat van de Haagen gestorven is, gelukkig dat hij toch zijn terugkomst en weer opbloei heeft beleefd.
Dag groet Jo maar terug.
Eida.
Hoe gaat het met Emma? [5]
HOK
7/4 ‘31
G. Hartelijk bedankt voor het pak met inhoud. Fijn de grote voorraad stokvis in huis te hebben. Hans, onze poes, was toen hij van zijn logeerpartij thuiskwam niet uit de studeerkamer, waar de kist van de jurk gelegen had, te krijgen: alles rook zo lekker. – Ook bedankt voor de gelukwens met deze dag. We hebben Haute Sauterne in huis! – Onze logeerpartij bij de Schüllers is erg geslaagd. Beiden aardige mensen; zij alleen wat al te nerveus druk. De omgeving is erg rustig, is vergelijking met ons huis mis je er de stadsgeruchten, die van tijd tot tijd ons huis bereiken. Veel verschil wat rust betreft is er dus niet. Een groot verschil is natuurlijk, dat wij alle gemakken van de stad hebben; ook is het bij hen aanmerkelijk warmer. Maar voor een weekend is het heel prettig, vooral daar het maar 1 à 1½ uur van hier af is. We zullen het bezoek waarschijnlijk nog wel herhalen. Wij zijn beiden duchtig verbrand én van het tennissen én van het zwemmen. Voor beide was er op die onderneming gelegenheid. – We kwamen gisterenavond weer thuis, begroet door onze bedienden, die op het huis goed gepast hebben. – Vandaag is mijn Moeder gekomen om van de Bandoengse lucht te genieten. Wat haar scheelt, is me een raadsel. Zo even belde ik de dokter op, bij wie ze in behandeling is, maar kreeg niets te weten, omdat hij geen inlichtingen per telefoon verstrekt. – Bij de Schüllers kreeg ik een boek in handen van Bo Yin Râ: Het boek van de levende God. Een mijns inziens prachtig boek, dat handelt over religieuze problemen. Het is absoluut vrij van dogma; het wil slechts oude waarheden, bewaard en ons overgeleverd door de “Stralenden van het Oerlicht” in een modern kleed geven. Het is zo anders dan de filosofische boeken die ik ken, het geeft geen filosofische spitsvondigheden, maar wijsheid. Het wil de God in ons laten leven. God is niet buiten ons, wij kunnen hem in onszelf vinden. Zeer juist is bijv.: de wetenschap onderscheidt, het splitst de werkelijkheid in eenvoudigere voor het verstand grijpbare delen, ze zal steeds minutieuzer gaan splitsen, steeds verder [6] gaan daarmee, het zal ons veel nuttigs geven, het zal onze zielenleven echter niet verdiepen. Verder: alleen wat wij aanvoelen als iets werkelijks, heeft waarde voor de ziel, niet dat wat we slechts hebben overgenomen. Wacht u voor gemeenten, zegt de schrijver, want wat zich tot een gemeente heeft geconsolideerd, al wordt er veel over “liefde” gesproken, heeft de levende waarheid niet… Er is er zoveel in wat de Jongh ons heeft verteld en wat ik volkomen kan delen. Het schijnt geen maçon boek te zijn, – mij is het per slot om het even – en zelfs vind ik dat het er tegen is, vide de passage over de gemeenten. – Heel eigenaardig is de passage: “zoek nog eerder schuld en zonde – doch wacht u voor de wil tot ‘heiligheid’ ”. Hij bedoelt hiermee, dat de wil tot heiligheid de mens doet afsluiten van de werkelijkheid. Ik ben blij dat dit boek me in handen is gekomen, ik had nog nooit daarvan gehoord. –
Misschien schreef ik u al dat men druk doende is me nog 14 maanden extra voor praktijk toe te kennen. Het houdt nl. verband met het feit dat mij nu mijn assistenten-tijd in Delft slechts voor 9/20 in rekening is gebracht, terwijl een collega het voor 9/10 berekend kreeg! Dat scheelt me ƒ 700.- en even zo vele maanden vervroegde traktementsverhoging. Voor deze tijd van bezuiniging en salariskorting is dit een buitenkansje.
Nu dag. Hok.
[1] Murk Jansen (1867-?) Orthopedisch chirurg Universiteit Leiden. Richtte in 1919 de Vereniging van Misvormden op.
1931-03-31
EIDA
31/3 ‘31
Liefjes –
We gaan overmorgen op reis! Hier leven we in de toekomst en met jullie in het verleden. Je zoudt je kunnen afvragen wat we dan met het “heden” doen; gelijk een gezegde spreekt carpe diem! Heus, de tijd vliegt hier om, de morgen van 7 tot kwart na 2 is zo om, zelfs nog tekort. Toch leven we hier niet zo intens, alleen op sommige ogenblikken. Gisteravond leefden we sterk mee met Greta Garbo in Anna Christi. In één slag zijn we verzoend met en zelfs verrukt van de sprekende film. Vier pracht hoofdpersonen, die intens leven, schitterend, heel mooi. Is deze al bij jullie geweest? Jullie schreven er nog niet over. Fijn dat het Duits is, voortdurend te verstaan. Ze werd aangekondigd als “de G.G. in Bandoeng”, een bulletin, waarop iedereen afvloog, denkende aan de Gouverneur Generaal, maar het bleek Greta Garbo, goed gevonden! – Maar het interesseert jullie natuurlijk meer hoe wij Hok’s verjaardag vierden. Het was een gezellige feestdag. Eerst om 6 uur geopend met cadeautjes. Hij kreeg van mij nieuw schrijfpapier, hetgeen jullie zullen aanschouwen; ik had er een portefeuille omheen gemaakt van terra cotta fluweel, geborduurd met paars, groen, oranje. Ik had de opdracht niet veel geld uit te geven. Je zult zeggen wat zuinig!, maar in dit geval moest ik wat ik overhield van het uitgetrokkene op de “Begroting maart ‘31” aan hèm geven als bijdrage voor een nieuw racket. Maar ik kon toch niet alleen papier geven, aldus dit erbij bedacht, want het fluweel was oorspronkelijk bedoeld voor een ceintuur, en de borduurzij had ik nog over van het [2] boekomslag dat ik verleden jaar of voor 2 jaar van Sophia Gemmeke haalde. Er is ook een zak in voor enveloppen.
[Tekeningetje boekomslag]
De tekening is aldus beeldige fantasie hè! Verder maakte ik Hok’s badpak af, dat ik hem verleden jaar gaf!!! – Dan nog bond ik om de poes een blauw lint met een tientje, hetgeen voor het racket bedoeld was. De poes is ’s morgens zo in zijn hum, dat hij uit zijn slaapkamer (de goedang) gehaald wordt, dat hij al spinnende zijn geschenk overhandigde! Nu kwam “hét” pak. De asbak keurig verpakt, in ongeschonden staat ontvangen en direct ingewijd. Daar kan wat as in! Hij is beeldig, houdt Holland in ere! Zeer bedankt. Groot was onze verrukking ook bij de rest, de zoute stengels (nog ongeopend, fijn!), de lunchtong (al op!, vanwege de Schüllers), de tonijn (nog niet aangeraakt, althans van binnen!), en Emma’s reukwerk, in erg goede aarde gevallen!! Hok zal wel verder erover schrijven. Toen Hok naar kantoor was, maakte ik uit wat ik nog moest hebben voor het menu, want de asperges, en de komkommers voor de hors d’oeuvre waren al in huis. De kokki kon helaas veel niet krijgen op de pasar, zodat het menu aldus werd: hors d’oeuvre, bouillon, asperges met eieren, slagroom met aardbeien. Alleen van de asperges wist Hok, maar de rest was een verrassing, die werkelijk veel succes had. Anneke was ’s morgens hier, te borduren, allerlei fraais. Van de reuk van de sardines en zalm werd ze erg hongerig en verslond enige vers belegde canapeetjes. Henk kwam eten, was net “afgezwaaid” uit Dienst, dus in het beste humeur. Vanwege het Kunstkringconcert van ’s avonds konden we niet uitgebreid eten met Anneke en Thijs en dus moest het maar om 1 uur en vroegen we Henk daarvoor. Hok en Henk genoten, er was ook nog Haute Sauterne [3] onze lijfdrank, zie kasteel Oud-Wassenaer! Het was enig, ze likkebaardden! Henk had ook gevraagd was Hok’s wens was en hij was niets enthousiast over mijn verzoek om een bijdrage voor het racket. Anneke bracht rode lelies, Henk dahlia’s en gladiolen, ik zelf had al vuurrode dahlia’s van Hasan, echt gezellig vol bloemen. Hok mocht zelf Anneke’s cadeautje openen, een mooie kalender van Jan Manke’s reproducties, Henk schonk stiekem ƒ 3.50. Hok toog direct naar de stad ’s middags, haarknippen. En kwam thuis met… een nieuw racket. Hij had nu precies genoeg geld, of liever ƒ 1.- tekort, die ik hem, let wel: leende!! Een beeldig ding dat racket. – Net kwam de vliegpost, Tante Leidie had het niet mooier kunnen uitmikken, met haar gelukwens. Verder schreef ze over een cheque! Zalig, nu kunnen we gaan! We verheugen ons er enorm op, een schat is ze toch hè! Jullie schreven beiden over Dien’s receptie. Wel bedankt voor je zorg voor orchideeën, ik zal Tante Leidie ook bedanken. Enig dat Moeder aan het hoofd van P.S. is opgetrokken, daarom krijg je een zoen ●. Ze had 76 bloemstukken en over de 200 mensen, vertelde Mevrouw Beudeker, die me speciaal opbelde om te vertellen. Mevrouw Beudeker was erg naar dat zij het niet meegemaakt had, sneu ook, maar enfin, wij feesten dan maar in oktober, heb ik haar getroost. – Het is gek dat jullie onze vliegpost van 18 februari later kregen dan Tante Leidie, terwijl we ze precies gelijk behandeld hebben. Die post is nog niet geheel safe blijkbaar. – Anneke en Thijs en Henk ’s avonds op de boterham en naar het concert, waarvan wij beiden niet konden genieten. Een klavecimbaal is me te weinig zeggend, te ijl, en dan in een grote zaal. De viool en cel konden ook hun toon niet laten klinken, om de cimbaal niet te overstemmen. – Bij thuis- [4] komst vonden we de mail; Mevrouw van Gilse was ook keurig op tijd. – Verder voor mij een brief van Mevrouw Kunst, erg gezellig, wil je haar bedanken. – Verder ontvangen in vreugde (?) je afrekening. Keurig als altijd. Wederom ons doodgeschrokken van het grote debet. Maar enfin, in augustus komen er weer nieuwe couponnetjes, alleen zielig voor ons dat dat buitenkansje weer onze neus voorbij gaat. Dus dat kleedje enz. voor Dien was toch ƒ 12.50? Het is werkelijk enorm dat wij kans gezien hebben in één jaar bij jullie nog ƒ 177.- op te maken, bepaald sterk. Ik hoop nu dit jaar op minder hoewel we ook nog ƒ 25.60 aan de Chinese Vereniging moeten betalen. Maar daarmee zullen we dan maar tot augustus wachten, want anders moet jullie ons zoveel voorschieten. Wil je ons nog krediet geven o.a. voor Grutterink? Gaarne. –
Merkwaardig ook dat Chris’ brief aan Gonne ook al niet op tijd kwam. De luchtmail is dus allesbehalve betrouwbaar. We zijn erg benieuwd wat Gonne zal doen, ze hoeft hier niet op een andere betrekking te rekenen in deze malaise tijd. – Wij kregen ook net de kaartjes van Dien en Nico, het mooie papier viel mij ook direct op.
Bedankt voor het lekkere recept van de chocolaatjes. Ik ben benieuwd of ze hier ook hard worden. – Spreekt Dicky Suringa ook al Hollands? – Leuk dat je verhalen van Annie Salomons las, ze schrijft erg goed hè, maar of alles waar is? – Ik kreeg net 2 boeken van Dien, ik geloof nog voor mijn verjaardag! “Unter Tieren” en “Neue Tierengeschichte” van Manfred Kyber[1]. Ik geloof zoiets als La Fontaine. De opdracht die Dien erin schreef is enorm grappig, ook een woord van Kyber: “Nur der Teekessel denkt dass es keine Märchen gibt. Und sowie der Teekessel denken sehr viele Menschen. Seit also nicht so [5] als wie den Teekessel, wenigstens heute nicht!” Vooral het slot is enig hè? –
Het lijkt me niet zo erg als Tek Bheng wat vermagert. Heeft zijn nieuwe leer wat te maken met Krishnamurti? Erg bedankt voor Krishnamurti’s geschriftje. Wat zegt hij toch ware dingen. Ik zou me dolgraag op het Sterbulletin abonneren. Misschien het volgend jaar? Wat hij zegt is eenvoudig, het ei van Columbus zou je zeggen. In onze krant staat ook vaak wat over hem, erg prettig. Maar het is werkelijk de vraag, zoals je zegt, of “men” hem ook in zijn leven zal navolgen. Het is toch moeilijk om niet de “zijwegen” des Levens belangrijk te vinden en geen hulp van anderen nodig te hebben. Dat hij het huwelijk als een steun ziet, vind ik ook zeer juist. Hij bedoelt dit als een middel om hoger te komen. Merkwaardig vind ik dat hij zo zelfbewust is. Hij weet absoluut zeker dat hij er al is. Dit blijkt ook wel uit zijn woorden. En toch vind je hem geen pedante kerel als je het leest, vind je wel.
Maar jullie weet nog niet eens waarheen we op reis gaan, naar de Schüllers, die we gister toevallig in de bioscoop ontmoetten en die ons thuisbrachten en als dank bij ons aten (vandaar de opgemaakte lunchtong!). – We gaan donderdagmiddag, Hok heeft “Goede Vrijdag” vrij en neemt zaterdag erbij. We hebben dan 4 vrije dagen! Jan vinden we steeds aardiger als je hem weer spreekt. Hij geeft je zo’n gezellig gevoel, net een broer, zo gewoon. Annie kakelt teveel en te luid, alleen maar zenuwen, wel jammer. We hebben al veel getennist, met een nieuw echtpaar, Zwitsers, Esenwein, van onze leeftijd. Dag Eida [6]
HOK
31/3 ‘31
G. Bedankt voor de prachtige gaven; de asbak is mooi en praktisch. Er kan heel wat as in en de rand is door zijn breedte zeer handig. De blikjes zijn ten dele al op. Lekkere dingen moeten niet belegen zijn, behalve wijn. In Eida’s brief vindt u het verslag van de dag. Prachtig is mijn nieuwe racket; mijn oude was te erg verwrongen, zodat je er niet meer mee spelen kon. Een echt plezierige dag geweest. Geen visite van buiten mensen, behalve Henk, gehad. Echt prettig.
Met de Witte Donderdag gaan we naar de Schüllers. Ik vind hem zeer aardig. Het bleek gister dat hij maçon is. We troffen elkaar nl. in de bios (slaat niet op mijn vorige zin!!) bij Greetje Garbo. Ik heb het natuurlijk direct gehad – na de ontdekking van zijn maçon zijn – over het maçonnieke ideaal; ik vind het zeer interessant, hoewel ik nog weinig drang gevoel om mij bij de Vrijmetselaars aan te sluiten. Hij vond dat de opvatting, die ik van de Jongh heb, zeer zuiver hun idealen benaderde. Het is een zoeken naar waarheid, een bouwen in alle vrijheid van de waarheid, wat identiek is met levensbeschouwing. De levensbeschouwing is tenslotte onze norm voor het leven. De beweging is eigenlijk een religieuze, afgescheiden van elke confessie, in die zin, dat men niet a priori de juistheid en waarheid van een confessie vooropstelt. Zeer interessant om over deze vragen van gedachten te wisselen. –
Ik heb met 1 april ƒ 50.- opslag; maar de salarisvermindering zal die opslag er wel weer afhalen. Ook heb ik kans dat ik nog 13 maanden voor praktijk meekrijg; dat zou minstens ƒ 650.- in het laadje brengen. Dan zullen we er gauw weer bovenop zijn. – De komende salarisverhoging hebben we gisteravond gememoreerd door naar de film van Greta Garbo te gaan. Wat een prachtfilm is dat; een geweldige actie. En zo duidelijk als de stemmen waren! – Hoe vindt u dit postpapier. Verjaarspapier. [7]
Van Wanner uit Bonn kreeg ik een briefje over de voorlopige mededeling over Cycloclypeidea. Hij vond het een zeer interessante publicatie, en wenste mij bij voorbaat geluk met de resultaten. Als de mensen hier nog enige twijfel mochten koesteren t.a.v. dat werk, dan moeten ze nu toch al die twijfel opzij zetten. De definitieve bewerking is nog altijd niet klaar. Ik moet er nu eens tussenuit. Hoe interessant het werk ook moge zijn, men kan het niet zolang achter elkaar verdragen. Na Pasen zal het wel weer full speed gaan. –
Morgen viert onze gemeente in alle stilte haar 25-jarig jubileum. Ik zal de burgervader mijn gelukwensen aanbieden.
Nu dag Hok.
[1] Manfred Kyber (1880-1933), Duits schrijver over sprookjes, fabels,dieren. Beroemd om “Unter Tieren” 1912. Anthroposoof.
1931-03-24
HOK
24 mrt ‘31
G. Ik heb deze keer heel wat te beantwoorden, ik hoop dat ik voor de bussluiting ermee klaar ben, want straks is er bezoek. Bedankt bij voorbaat voor de gelukwens voor de 28e. Die dag voor 29 jaar om 14 of 17 uur aanschouwde de onverbeterlijke persfotograaf het levenslicht. Hoe laat precies wist mijn moeder niet meer. Het was op een vrijdag. Dat alles ben ik gisteravond uit een familieboek te weten gekomen. Mijn grootvader van Vader’s kant stierf of 5 oktober 1891; op 5 oktober ben ik gepromoveerd; mijn vader werd in 1871 geboren, gestorven in 1909; alleen de laatste datum was mij bekend. Bedankt voor de opsomming van al mijn hoedanigheden, ik zou haast vergeten dat ik ik was, en mochten de mensen mij aan mijn gewicht nog niet kunnen herkennen, zo zal ik de a.s. geurtjes van 28 maart er nog bijvoegen – bij voorbaat mijn dank aan Em – welk een combinatie: gewicht en geurtjes, à propos, heeft de stokvis die onze tongen binnen afzienbare tijd zal strelen ook gewicht (voldoende) en geur? Eida’s jurk zal met dank aanvaard worden, gezien de kleuren van Eida’s verjaarsjurk mag ik me nu wel voorbereiden op iets heel moois. – Het verjaarspakje is nog niet in mijn bereik gekomen, hetgeen niet hoeft te zeggen, dat het nog niet in huis is. Tegen 28 maart zijn er in huis dingen, waarvoor ik gepaste blindheid moet hebben.
Mijn werk is wat het analytisch gedeelte betreft al klaar; nu komt de synthese, dat zal nog wel enige tijd van voorbereiding kosten; de hoeveelheid literatuur die hier in Indië over dat onderwerp te krijgen is, valt boven alle verwachting mee. Ik haast me er absoluut niet mee; bij kleine brokjes smaakt het goede het best! Ieder die ik erover spreek is er enthousiast over. Byrd’s film draait ook hier momenteel. Wij gaan er niet heen. Ik vind die zelfopoffering van heren ontdekkers altijd even verbazingwekkend; ik geloof dat het de prikkel van het nieuwe is, die hun zo’n enthousiasme inblaast. We zien het hier ook aan onze geologen; er steeds maar op uit, en weinig lust tot bezinning. Mensen die meer op bezinning, synthese van het leven [2] zijn ingesteld, zullen niet kunnen begrijpen wat men in het avontuur zocht. Beiden hebben evenveel recht van bestaan, ze vullen elkaar aan. De ontdekkingsreizen zijn eigenlijk niets anders dan een analyse van wat de Natuur bevat. Utiliteitsoverwegingen zijn niet de hoofdzakelijke drijfveren voor het verrichten dier prestaties, althans niet materiële utiliteitsoverwegingen: alles is terug te brengen tot voldoening van het innerlijk. – Dit alles toegegeven is het slechts een kwestie van eigen aard, wat men hoger schat: analyse van de ons omgevende, dan wel de in ons levende Natuur. Van Krishnamurti weet ik heel weinig, ik heb nu nog zo weinig behoefte mij met deze problemen bezig te houden, tot nu toe heb ik me hoofdzakelijk beziggehouden met het leven als biologisch proces, wat het zielkundige daarvan betreft, heb ik me meer als belangstellend toeschouwer gehouden. Met de Jongh praat ik er wel eens over, ook met een bibliothecaresse Mevrouw Gonggrijp, die maçonne is en theosoof. De maçonnieke gedachte trekt me aan: de vrijheid in de levensbeschouwing; waarheid zoeken om de waarheid zelf; de maçonnieke organisatie daarentegen laat me koud, wat georganiseerd is, is niet meer vrij, het heeft bepaalde wetten die – het is menselijk – gedoemd zijn tot dogma. Dat is de Jongh’s opvatting. Voor hem moet een waarheid in de persoon leven, wil ze waarheid zijn, anders is ze precies als een dor blad, dat nog wel als blad te herkennen, maar zelf geen blad meer is.
Hoe dat zo… 4 avonden Krishnamurti, waarvan 3 in de bioscoop doorgebracht! Maurice Chevalier, kunnen ze mij stelen! Geef me een Greetje Garbo of een George Bancroft, de oermens. We hebben hem laatst nog zien vechten, ik geloof dat hij een slechte maar goedkope tandarts is. Voor niets doet hij een tandextractie: mijn tandarts is bij hem vergeleken een dure. Met de tandenrommel ben ik nog niet klaar. Zal ik ook nooit mee klaarkomen. Voorlopig nog maar één kies gelukkig!
Vandaag ben ik net terug van Buitenzorg, was naar Tiandjoer naar mijn oudste broer, waar mijn moeder ook was, om de erfenis van mijn vader te regelen, en toen door met hem naar Houw om de notariële acte te passeren. [3]
De bedoeling was dat wij Ho ons aandeel cadeau deden, maar om één of andere onverklaarbare reden wilde hij alleen van ons een generale volmacht, waarbij wij hem eigenlijk alles wat we bezitten, niet alleen de erfenis, ter beschikking gaven. Dat is tenminste de consequentie van zo’n volmacht. Het ligt ver van me om hem allerlei minder faire bedoelingen in de schoenen te schuiven; die consequentie wil ik echter niet op me nemen. Ook in geval van faillissement zullen zolang de boedel niet verdeeld is, de mee-eigenaren altijd betrokken worden. Dat is natuurlijk niet juist, en nog meer in deze tijd van malaise. Ho vond het minder aangenaam, dat ik de acte niet wou tekenen, hij begrijpt wel waarom ik het niet wilde doen, maar aanvaarden kan hij het niet. Hij is zo weinig zakelijk. Geen goed handelsman.
Te Buitenzorg logeerde ik bij Houw, zielig alleen is hij. Als gezelschap een jonge hond. Mijn moeder wil hij niet meer bij zich hebben, wat ik me levendig kan voorstellen: ze kan zich zelf niet bezighouden en denkt dat ze ziek is. Remedie is haar iets te doen te geven, en bezigheid heeft ze alleen bij Ho, waar ze kleinkinderen heeft, die al zo vertroeteld zijn, dat er niet veel meer aan te bederven is. Gelukkig heeft Houw erg goede vrinden: een Dr. Koolhaas, Dr. Went (zoon van de prof.) en een Prof. Donath, die alle moeite doet Houw aan een leraarsbetrekking te helpen, en wiens moeite waarschijnlijk met succes bekroond zal worden.
Dag, de tijd is om; nog welbedankt,
Hok.
EIDA
[Randje pag. 1]
!!!! Het pak is al gekomen!!!!
1931-03-17
EIDA
Liefjes –
Net terug van een ommetje met Mevrouw van de Ban, en van een daarna genoten kopje koffie. M’n buurvrouw zit nl. ’s morgens al om half 8 op haar platje te naaien en als ik dan uitga, troon ik haar vaak mee: als dank krijg ik dan een kopje koffie. Overigens ben ik meer dan snipverkouden, hetgeen ik opliep op het Vivos-feest, vandaar dat Hok weer een reden heeft om me in ’t vervolg Vivos-uitgangen te verbieden! We hebben overigens verbazend leuk gefeest zaterdag en zondag. Om 8 uur begon de vergadering in het gezellige zaaltje van de Theosofische Loge waar Baukje Kreike (Fries!!) voor tafelkleedjes, bloemen en lekkers gezorgd had. Dit is een nieuwe buurtgenote van Trude en mij, ze woont schuin tegenover Trude, en liet haar man ons beiden naar de vergadering taxiën! Ik kende hem helemaal niet, maar geen bezwaar! Hij vond het blijkbaar fijn, want hij had pas leren chaufferen; hetgeen uiterst goed merkbaar was en Trude de uitlating ontlokte: “zouden we het er heelhuids afbrengen?” Hij racete nl. geweldig, scherpe hoeken en met schokken, zodat ik na 2 minuten al haast wagenziek was! We zouden iemand te logeren hebben, eerst uit Soerabaja, maar die kon niet komen door zieke kinderen, toen één uit Batavia. Maar ze kwam die nacht pas met me mee, want direct van de trein werden ze naar de vergadering gebracht, nadat ze zich een fraaie avondjapon hadden kunnen aandoen bij iemand die vlakbij woonde. Het was werkelijk een soort modeshow! Zelfs iemand met een sleepje! De Batavianen [2] houden veel van zich uitdossen. Overigens had ik ook mijn fraaiste jurk aan, werkelijk een beeldje. Om die jurk is het jammer dat we maar zelden uitgaan! De Batavianen voerden een operette op, een parodie op de Oosterse opvatting: Allah zal wel zorgen. Muziek van Wagenaar, echt geestig. Ik herkende nog een stuk uit de Mattheus Passion, toen het erg tragisch was. Ze hadden de beeldigste zijden kostuums aan, echt werk van gemaakt. Onze logée speelde de vrouwelijke hoofdrol. Een Duitse die al negentien jaar in Indië is, en heel best Hollands spreekt. Te mooi eigenlijk “har-te-liek” zegt ze b.v. Er was uit Soerabaja een Mevrouw Hartelust, Feddo is een neef van haar man, die weer de huisdokter van Zus en Dirk is! – Om over 11 uur togen we naar Hotel Homann, waar we tot 2 uur soupeerden. Als jongsten zaten Roos Driessen en ik, ieder aan het onderste eind van de tafel, hetgeen toch leuk was. Naast me zat het nieuwste Vivos-lid, een Mr. Juris, van mijn jaar, vegetariër, nichtje van Rientje Janssen van Raay, genaamd Lientje J.v.R. Eindelijk eens iemand, die zich voor me interesseert zie je, want dat vind ik het bezwaar van de Vivos, dat je je zo alleen voelt. Het lijkt overigens wel dat ze het speciaal, wat dat betreft op mij gemunt hadden. B.v. mijn menu was net zoek, toen we weggingen had iedereen een plaats in een auto, alleen mijn logée en ik niet; zondagmorgen bij de autotocht, kwam net de auto, waar ik mee moest, te laat op het verzamelpunt. Is dat niet sterk. Daarom voel ik me er nooit zo thuis, hoewel ik wel veel pret had, zelfs heel veel. Onze logée vertrok zondagmorgen [3] weer met de eerste trein. Om 2 uur thuis en om 5 uur weer op! Gelukkig was Hok ook zo vroeg. Want hij ging met Chris en Thijs naar het leeggelopen meer, vlakbij Tiandjoer kijken. Ik stond ook even op, maar toen ze weg waren heb ik weer wat geslapen tot 9 uur. Want de Vivos-tocht begon om 10 uur en was maar een 20 minuten rijden. De voornaamste bedoeling was om slagroom met aardbeien te eten op een mooi punt boven de stad. Wij zullen jullie daar ook brengen wanneer je hier bent! We wandelden ook nog een eindje, hetgeen de meeste Batavianen niet durfden, uit angst voor de zon, die hier even warm is als in Batavia, maar in de schaduw is het hier véél koeler. – Zondag zaten Anneke en ik, ieder met een rijsttafel op onze mannen te wachten, maar om kwart voor 2 nog niks, hoewel ze om 12 uur thuis zouden zijn! Anneke heeft natuurlijk de kwaal dat ze niet meer met eten kan wachten en ze belde mij op, om maar bij haar te komen. Bijna waren we klaar, toen de mannen rood en wel aan kwamen zetten. Chris heeft nu een beeldige nieuwe two-seater en vindt het erg jammer dat hij geen dame heeft, om knus naast hem te zitten. Op ’t ogenblik zoekt hij een meisje om als vierde mee te bridgen, als hij naar Pengalengan, of liever nog daarboven naar een onderneming gaat weekenden! Ik weet wel een paar jonge meisjes, maar het is wel een beetje een merkwaardige uitnodiging hè! – Enfin, ik had bij Anneke Chris’ rijsttafelportie opgegeten en nu hebben wij Chris mee naar ons huis genomen en heeft hij mijn portie op mogen eten, terwijl we nog een fles bier van Anneke meekregen.’s Avonds belde Henk [4] op, of hij kon komen eten om meteen een brief van zijn moeder te halen, die hierheen gestuurd was. We waren enorm melig; gelukkig Henk zelf ook, die niet anders doet dan afgeven op de Dienst, die hem geweldig laat sjouwen, waar ze hem nu “de kankeraar” noemen. Zelfs tegen een Kapitein laat hij zich in die richting uit. – Nog weet je niet alles, wat we dit weekend deden, want zaterdagmorgen kwam Betsy Thung opeens aanzetten, bleef ook eten. Ze gaat aan ’t eind van de maand aan boord. Waarschijnlijk gaat ze ook nog Medicijnen studeren, dus voorlopig zien we haar niet terug. – Dus dit weekend hebben we bepaald wel gebruikt! – Zo hebben we de dag van Dien’s receptie gevierd. Ik heb nog even aan Mevrouw Beudeker geschreven om haar te feliciteren. – Ik voer een uitgebreide correspondentie met Emy. Het is enig zo vlug als ze antwoordt. Dat we steeds niets van elkaar hoorden, komt door de post, dat is zeker! – Het is nu half 12, ik moet nu even m’n dagelijkse programma afwerken: piano studeren (ik ben zo blij dat ik nog geen dag heb overgeslagen sinds ± een maand!), 2 geroosterde boterhammen met kwast verorberen, terwijl ik de Bijbel lees. Ik ben nu al een heel eind, tot en met Jozua. Al die voorschriften, die “de Here” aan Mozes geeft voor de “Ark des Verbonds”, heb ik gedeeltelijk overgeslagen, dat is vrij taai.
Er staan hier aldoor overstromingen in de krant. Drie van de bruggen waarover we met de Rempten reden, zijn stukgeslagen. Het zijn heus geen kleintjes, het is werkelijk erg. Ik vind dat het aardig op de zondvloed gaat lijken! Dag Eida.
[Randje pag. 4]
Op de Vivos-avond heeft er een Mevrouw vreselijk mooi op “onze Moeders” gespeecht, velen pinkten een traan!
HOK
17/3 ’31.
G. Wat zal die Gonnie Schutte het vervelend vinden, dat het plannetje van Bandoeng niet doorgaat. Ik vind het eigenlijk gek van Tante Lida om een jong meisje zomaar aan te raden naar Indië te gaan en gezelschapsjuffrouw te worden bij ongetrouwd iemand. Het is praktisch een uithuwelijken! Overigens, indien dat de bedoeling van tante Lida is, bestaan er nog eenvoudigere wegen. Hier in Indië is er nl. een teveel aan Europese mannen; er zijn hier zoveel jongelui die gaarne zouden willen trouwen, maar die het niet kunnen door het niet aanwezig zijn van de onmisbare tegenpartij; er zijn hier vrijwel géén Europese ongetrouwde meisjes. – Bedankt voor de annonce van Silvikim. We zullen het eens proberen. Veel vertrouwen in haarmiddeltjes bezit ik niet. – Het is nu verschrikkelijk met de regens, echte kenteringtijd. Het zijn meestal regens die je in Holland wolkbreuken zou noemen. Er zijn hier in de Preanger deze laatste twee weken al heel wat bruggen bezweken. Zondag gingen we naar Sindanglaja, een vakantieoord boven Tiandjoer waar een afdammingsmeer leeg was gelopen – de afsluitdijk bezweken. Dat meer diende als zwemplaats. Heel zielig was het gezicht op de springplank, die nu op de rand van een zeker 30 meter diepe afgrond staat. Chris’ nieuwe Ford – een two-seater – moest worden geprobeerd, na wat oponthoud, –de auto wilde in Tiandjoer niet meer verder, de carburateur was losgetrild, – kwamen we er toch. Ik koop nooit een Ford, het is me een té onsolide afwerking!
Met mijn werk schiet het goed op. Ik ben al druk aan het uitwerken.
Dag Hok.
Wil je ƒ 2.50 gireren op nummer 174440 Delft, Ir. J. de Vries.
1931-03-14
EIDA
Geliefden –
Wat Marietje J.B. zegt, dat je hier overal stokvis en gemarineerde haring kunt krijgen, daarin heeft ze groot gelijk en blijkbaar heb ik niet duidelijk genoeg geschreven dat ik jullie door o.a. die dingen op te sommen wou helpen aan iets om in Hok’s pak te stoppen; het was niet omdat we dat nu zo beslist nodig hadden! Maar wees gerust, ik zal makkelijk een deel van die stokvis kwijt kunnen, Anneke en Thijs houden er misschien ook wel van [HOK ook zonder dat zal het gauw genoeg op raken], ook omdat het hier ƒ 1.15 per pond kost en dan lang niet echt lijkt. – Wat je schrijft over die jurk lijkt me reusachtig, ik verheug me er erg op en hoop dat hij er binnen 14 dagen zal zijn, want dán is het Pasen en we moeten toch op ons “Paasbest” rondwandelen. Hok heeft nl. een mooi plan om op Witte Donderdag ’s middags te vertrekken naar, Lampegan, waar een vroegere schoolvriend van hem woont, in de buurt van Tiandjoer, halverwege tussen Soekaboemi en hier. En dan komt Houw daar ook. Hij heet Wim Tan en wij waren in september verleden jaar op zijn bruiloft in Buitenzorg. Je weet wel, waarvoor we speciaal daarheen zijn overgekomen en bij de Pimmen hebben gelogeerd. Het plan is bedacht door Wim’s Pa, dus Wim moet eerst ingelicht! Hij had ons al vaak uitgenodigd. Hij woont op een grote theefabriek, eigen tennisbaan enz.! – Met deze berichten kwam Hok net thuis uit Buitenzorg. Hij heeft me maar weer eventjes 2 nachten alleen gelaten! Zaterdagmorgen belde Ho op of hij mee wou gaan naar Buitenzorg om daar een algemene volmacht te tekenen dat Ho vrij zou zijn alles te doen en te laten met de rijstpellerij [2] wat hij wil. Hok wou maar liever zijn hele aandeel aan Ho overdragen. Het bleek echter dat dit zo algemeen gesteld was, dat als Ho failliet gaat, wij meegaan en dat vonden Hok en Houw niet verstandig (en niet prettig!). Aldus werd niet getekend! Hok logeerde de eerste nacht in Tjipadang bij Mamma, die ook mee naar Buitenzorg ging de volgende dag. Hok bleef toen een nacht bij Houw. Houw gaat weer verhuizen. Mamma heeft zich dood bij hem verveeld en nu wil hij haar niet meer terug hebben en in een klein paviljoentje gaan wonen bij de zoon van Prof. Went. Wij hopen erg dat hij kans heeft op een nieuwe baan, daar deze met juni eindigt. – Mamma wou nu voor de variatie maar eens bij ons komen logeren, maar Hok zei haar dat ze zich bij ons ook zal vervelen, hetgeen ze direct toegaf. Ik weet niet of ze nog zal komen, maar in elk geval na Pasen. Op de 2e Paasdag is de 2e Sembajang voor Hok’s vader en vanuit Lampegan gaan we daarheen; dan hebben we ons dáár ook eens vertoond. Het is goed voor Hok om weer (!) eens wat te veranderen van klimaat. – Hok heeft daar bij zijn moeder zo lekker gegeten, ik vind het zo naar dat ik hem niet eens wat lekkers kan voorzetten, want Hollands eten vindt hij niks. Gisternacht ben ik gezelschap (op deurafstand) gehouden door Jan en Annie Schüller. Ze moesten naar een trouwpartij en belden zondagavond op of ze één nacht mochten komen. Hun auto moest buiten blijven staan, daar de garage vol koffers staat, ook van Henk! – Eerst ’s middags, gister, namen de buren me mee – de eenzame stro weduwe! – naar de stad, en ’s avonds [3] kwamen de Schüllers, die me meenamen naar de tweede voorstelling van de bioscoop. Alles erg genoeglijk. Je ziet, jij gaat 3 dagen achter elkaar naar de bioscoop, maar wij zijn er ook weleens! Hok en ik gingen nog een keer buiten ons boekje door naar George Bancroft, onze held (film) te gaan kijken. We waren van plan nu helemaal niet uit te gaan deze maand, maar het kostte maar ƒ 0.50 per plaats! We hebben nog niet veel getennist deze week of liever helemaal niet. Eén keer zijn we naar de baan gegaan, alwaar het begon te stortregenen; de Jongh is onderweg weer omgekeerd en naar huis gegaan, anders was hij drijfnat geworden. Cas Ortt zag ons op de tennisbaan zitten en haalde ons met zijn auto af om droog thuis te brengen, is hij geen engel! Hij bleef nog wat theedrinken, waarbij we erge pret hadden, Hok plaagde hem steeds met zijn oude auto. Hij zei dat wie hem er ƒ 50.- voor geeft hij dankbaar zal omhelzen! Hok wil wel ƒ 25.- zonder omhelzing. – Diezelfde avond togen we naar George Bancroft, toen het droog was geworden en weer mooi weer. ’s Morgens waren we naar Mevrouw Groeneveld Meyer geweest, zoals jullie gemerkt hebt, Anneke en ik. Dit keer leende oom Ru zijn auto!, aan auto’s geen gebrek, hoewel Hok het toch niet best kan verkroppen dat wijzelf er geen hebben!, die schooier! – Met 1 april krijgen we ƒ 50.- opslag!!!
Mevrouw Meyer is een echt gezellig mens. Ze heeft aangeboden mijn horloge mee naar Sneek te nemen, waar Repko een horloge beroemdheid is! Ik zal het maar doen! Helaas [4] zal ik hem dan weer een half jaartje moeten missen. Misschien kan Dien hem dan weer meebrengen. Van Dien gesproken, de Heer en Mevrouw of liever Majoor en Mevrouw Beudeker zijn hier geweest. Zij kleedt zich reusachtig! En kwebbelt reusachtig! Dit laatste alleen van zenuwen, het eerste uit smaak! Op Vader’s verjaardag belde ze op of wij hen konden hebben, ja waarom niet. Thijs had het blijkbaar te druk (!) om samen met ons te vieren. ’s Morgens trakteerde ik Anneke op een aardbeien bowltje en later Hok; voor de feestelijkheid.
Woensdag zongen wij bij Mevrouw ter Haar, die ons eerst recepten dicteerde van kattentongen en kokoskoekjes! Ze heeft geen zangopleiding als Anneke, het zou goed zijn voor Anneke als ze iemand had, die het beter kan dan zij.
Vast bedankt voor de felicitaties met Hok, we hebben overigens nu nog 4 dagen. De volgende mail zal waarschijnlijk net één morgen te laat zijn.
Ik ben blij dat ik nu weet dat Bennie ten Raa een volle neef van Vader is. Ik zal het ze nog eens bij gelegenheid vertellen. Mevrouw ten Raa is helemaal geen theosofe dat ze Krishnamurti aanvalt. Ze vond dat hij altijd in de duurste hotels logeerde en in aparte coupés reisde. Maar nu pas stond er in de krant dat hij al zijn bezit heeft weggeschonken. Is dat eigenlijk wel praktisch als hij over de hele wereld wil gaan verkondigen! Hoe komt hij nu naar Indië? Of krijgt hij dat ook van vereerders?
We kregen het boekje van Anneke nog niet, maar alvast onze dank. – Grappig dat John Boumeester met een [5] nichtje verloofd is, hij is ook al familieziek. Hij was ook altijd dol op Annie de Jongh.
Je vraagt hoe ik dat goed verleden jaar op mijn verjaardag vind? Dadelijk zal ik hem aandoen, vanwege een collega-op-visite! Hij is dus tot deftige jurk uitgeroepen. Ik vind hem beeldig, die grote bloemen. Het maaksel is alleen niet helemaal in de haak. Ik maak nooit meer deftige jurken zelf, alleen morgenjurkjes. Onze smaak is blijkbaar dus nog niet veranderd! Alleen vind ik het jammer dat het gewone voile is, zonder iets zijïgs, hetgeen direct zoveel mooier staat. Zoals je aan Anneke stuurde, weet je nog?
Het is hier de laatste dagen enorm koud geweest. Eéns zat ik zelfs ’s morgens met m’n dubbelgeweven-zijden tricot met mouwen en niks te warm! Vanavond is weer zalig. We zitten met alles open aan het bureau, tegenover elkaar om het hardst te pennen en vechten om de brieven, om te kunnen antwoorden. Hok streept tegenwoordig blauw aan wat hij wil beantwoorden.
Dag liefjes!
Eida [6]
HOK
14/3 ’31.
G. Bedankt voor de goede vertegenwoordiging op Dien’s receptie, voor het verslag, voor de gelukwens met 16 april, met de vergeten getallen 13 en 14 april etc. etc.: april zit vol feestdagen! Gisteren kwam één van mijn vroegere schoolvriendinnen ons opzoeken: Erna Douwes Dekker, achternicht van Multatuli. Zij kwam met haar
1½ jarig zoontje Han geheten; zij bracht geen goede berichten mee, namelijk, dat ze gescheiden is van haar man. Erg naar maar beter zo, als het toch niet goed gaat. En het ging niet goed, het waren twee absoluut verschillende naturen. Zij, zeer literair en hij een sportmaniak. Ik heb haar altijd heel graag gemogen en schrok erg van het bericht. [EIDA viel mee, ze is weer verloofd]. Jammer dat ik maar een kwartiertje kon blijven: ik moest naar de Gemeenteraadsvergadering. Met Eida kan ze zeer goed opschieten. Haar zoontje speelde erg leuk met onze poes. Hansje vond het wat leuk met Han te kunnen stoeien, maar nog leuker moet hij het gevonden hebben, dat Han erg goedgeefs is. Alle koekjes die we hem gaven, verhuisden niet voor een gering deel in Hans’ maagje. Het gevolg van dit al was, dat toen Han weg was, Hans in het geheel geen lust had om thuis te blijven om op zijn bordje rijst te wachten. En door het stoeien was hij zo speels, dat hij het in huis niet meer uithield. De volgende ochtend vonden wij hem in de tuin van de bloemist naast ons, waar hij de hele nacht had doorgebracht al spelend met de blaren etc. Dat is het eerste avontuur van Hans die zich al zeer mannelijk voelt, wat hij nog lang niet is, want in bomen klimmen – stelt u voor, dat hij eens zijn vege lijf moest redden – kan hij nog niet. Han zullen wij nog wel vaker bij ons zien, want Erna vindt het bij ons blijkbaar gezellig.
De droge tijd is op komst. Het regent nu nog zeer veel.
Dag Hok