1931-04-20/04-21

HOK

20 april ’31.

G. Even voor het bezoek van de vorige bewoners van dit huis, een paar krabbels. Morgen moet ik de hele middag op het stembureau zitten. Gemeenteraadsverkiezingen, tussentijdse, wel te verstaan. Het gaat om de Vaderlandse Club en een lid van de S.D. (Soc. Democr.). Er wordt al druk stemming gemaakt. De objectiviteit is bij de heren absoluut zoek. Er wordt geïntrigeerd en kwaadgesproken. Geen sympathieke bedoening. Ik heb er niets mee te maken, behalve dat ik de stembiljetten in ontvangst heb te nemen. – Vanmiddag van 2-6 uur op het stembureau, in een schoollokaal doorgebracht. Zeer vervelend, vooral in de tijden, dat er geen kiezers kwamen. Ik had niets anders te doen dan na te gaan of de kiezers wel op de kiezerslijst stonden en aan te tekenen hoeveel mensen er kwamen. Hoe verder de middag vorderde – u moet weten, dat mijn middagrust aan het gekrakeel over partijen opgeofferd werd, en zelfs mijn thee-uurtje – hoe slaperiger ik werd en hoe meer vergissingen. Gelukkig was er een tweede stem-opnemer. Onderwijl las ik de Duitse sprookjes, die soms zeer geestig zijn. Hoe de uitslag van de stemming zal zijn, is niet te voorzien. Ik zal groot plezier hebben indien de Soc. Democr. erin kwam, al was het alleen omdat zij in hun verkiezingspropaganda absoluut fair gebleven zijn, terwijl de andere groep teveel goeds heeft verzwegen of van de bekende “maar”s voorzien heeft. – Onderwijl vroeg een der Inlandse leden hoe ik dacht over het instellen van een huurcommissie. De salariskorting heeft namelijk als gevolg groter vraag naar goedkoper huizen met als verder gevolg, stijging van huurprijzen dier huizen, maar daling van de huurprijs der duurdere huizen. De kleine beurzen worden dan weer zwaarder belast. Ik ben er glad voor, maar mijn medeleden (Chinese) waarschijnlijk tegen, daar zij huiseigenaren zijn. – Overigens is de middag even kalm verlopen. – Leuk dat u de doek mooi vond. Was ook de bedoeling. [2] Mijn moeder is nog altijd hier; ze zal nog wel enige tijd blijven. Ze gaat geloof ik wat vooruit, dankzij de behandeling van de zenuwarts. Ze tobt over allerlei kleinigheden en kan zichzelf niet bezighouden. Eida moet altijd bij haar zijn. Erg moeilijk, maar Eida slaat er zich zeer kranig doorheen. 

Nu dag Hok.

Een volgend keer wat meer, het stembureau is zeer vermoeiend. [3]

EIDA

21-4-‘31

Geliefden –

Vandaag is Chris jarig – ik weet nog niet wat we met hem moeten doen. Hok heeft van 2 tot 6 uur zitting in het andere eind van de stad omdat er 2 nieuwe gemeenteraadsleden gekozen moeten worden en Hok op de stembus moet passen. We eten ook voor de bijzondere gelegenheid om 1 uur, hetgeen toevallig 4 dagen achtereen voorkwam, zaterdag en zondag altijd. Maar omdat de Prins zo onaardig was om op zondag jarig te zijn, en men dan geen vrij kan geven, hebben ze alles maar op maandag gesloten. Vind je ’t eigenlijk niet schandelijk dat jagen op vrije dagen! Maar nu moet ik weer even naar de keuken om te kijken wat er bereid wordt. De kokki leert alles gauw klaarmaken, maar ze heeft geen benul om nu eens iets nieuws aan de warong te kopen, wat ik nog niet ken, al verzoek ik het haar ook vriendelijk. Ik heb nu pas van Mamma geleerd wat een boel soorten bonen er bestaan, ik wist alleen maar van bruine bonen (katjang merah!). De kokki is weer bezig een schoteltje klaar te maken van iets waarvan ze weet dat ik het lekker vind. Maar ze snapt niet dat het niet zo lekker meer is, als je ’t elke dag eet! Ik had het haar ook niet opgedragen te kopen. – Hok wil ook als Mamma weg is, doorgaan met elke dag rijst eten. Ik weet niet of het ons op den duur zal bevallen. Je moet weten, Mamma heeft een enorme handigheid erin om steeds van eenzelfde groente weer wat anders te maken. Ze leren het ook vanaf hun 6e jaar en doen vrijwel niet anders. Maar enfin m’n kookboek is al met vele recepten [4] gevuld en dagelijks komen er nog bij. Er zijn enige brieven in de mail editie over de Indische “booienkwestie” . Hij vindt het zo goed dat je op de Koloniale School hoort over de mentaliteit van de Inlander dat je niet staat te kijken als b.v. je bedienden zonder dat je de reden weet, opeens vertrekken. Het is ook waar, dat ze af en toe eens een uitbrander nodig hebben en liefst van de heer des huizes, dat trekken ze zich erg aan. – Ik ben blij dat de P.N.I.ers veroordeeld zijn, want wat ze hier voor cursussen gegeven hebben aan analfabeten over de politiek is meer dan erg, werkelijk. Jullie, in Holland, denkt er zeker anders over, maar hier zie je andere dingen. Het is overigens ook fijn voor Oom Ru dat het Hooggerechtshof alles bekrachtigd heeft. – Op 15 april ben ik ’s morgens vroeg naar Anneke gegaan, die juist bezig was allerlei fraais voor Thijs te bakken. Wij brachten hun een stuk stokvis, waarmee ze erg verrukt waren. Ik kon nl. geen bloemen krijgen en toen heb ik dit er maar op bedacht. Later hebben we gedicht voor Zus en Dirk of liever we hebben het getracht, want we weten absoluut niets van ze, maar dan ook helemaal niets. Het refrein slaat op onszelf, hetgeen Hok absoluut afkeurt, maar we weten anders niet, tragisch.’s Avonds moesten we op visite bij een Duitse collega´s familie. Hok en ik voerden de conversatie, daar het hun moeilijk afging daar ze het Hollands toch al zo lastig vonden, al zijn ze al 9 jaar in Indië. – Marietje Jager Bruining zit nu in Den Haag. Ik heb Zuster Heideman nog naar boord geschreven om te vragen of ze jullie soms wou opzoeken. Maar geloof niet alles wat ze van m´n inwendigheid [5] 

zegt, want ze maakt het nog veel erger dan het was. Marietje is nog erg goed. Maar Zuster Heideman blijft toch bij haar die 3 weken voordat de Prof. in Utrecht haar kan onderzoeken. Ik stuurde haar nog bloemen naar haar hut, vlak voor haar vertrek. – Nu onze trouwdag. Omdat Mamma er was, kon ik niet een lekker dinertje in elkaar zetten, allereerst omdat Mamma alleen rijst kan verduren, in de 2e plaats omdat ik toch niet wat het eten-bereiden betreft, in Hok’s ogen tegen haar op kan. Hok vertelde dat ook aan Dirk, toen hij laatst hier was en hij was het absoluut met Hok eens dat je het bij je moeder het beste hebt, waarop ik niet kon nalaten te zeggen: “althans wat het eten betreft”! Je ziet, liefjes, dat het niet nodig is je blauw te werken op een Huishoudschool als je met een man trouwt die toch niet van Hollands eten houdt! Enfin, dat weet je ook niet vooruit. Klinkt dat niet tragisch! [HOK ze meent er niets van]. – Toen we niet wisten hoe we de viering zouden inpikken met ons vreemde element in huis (arme Mamma) kwam Henk te hulp. Hij kwam met een grote zak bonbons en drukte ons hartelijk de hand. Zijn moeder had hem onze trouwdag geschreven. Mamma is altijd erg verrukt als Henk komt, hij spreekt zo komisch Maleis en negeert haar niet in de conversatie. Na het eten speelden we op torentjes, hetgeen Mamma weer tranen deed lachen, daar Henk het altijd verliest en wel na een paar spelletjes is hij al op. Hij zit ook altijd na mij. – Jullie hoeft niet bang te zijn dat we om jullie zullen verhuizen. Bij nader inzien is het ook helemaal niet nodig. Overigens zijn we zo blij met ons huisje, nu iedereen op jacht is naar een huis beneden de ƒ 100.-, dat we hier met [6] geen stokken zijn weg te krijgen. Jullie zult het zeker in geen straat zo prettig hebben als hier, met ons mooie open land voor ons. Ik zie ons al samen in de tuin zitten, wat dol! – We zitten nu weer veel in de tuin. Het is goed voor Mamma om buiten te zijn. Eén dag heb ik de divan voor haar buiten laten brengen, net als toen ik pas uit het ziekenhuis was, ze vond het wel fijn. Die dag kwam juist Baukje Kreiken hier even telefoneren. Ze vroeg of mijn kokki ziek was. Ik begreep niet wat ze bedoelde, maar bij nadere uitleg, had ze Mamma zien liggen. Ik zei dat is m’n schoonmoeder: grote schrik! Je ziet hoe weinig Europeanen hier kunnen zien, wat voor landsman of -vrouw iemand is, die in sarong en kabaja loopt, en vooral van welke stand ze zijn. Niemand verwacht bij ons een familielid in sarong en kabaja, maar Hok denkt dat Baukje nooit meer hier zal durven komen. Moet je ook horen hoe Europeanen tegen haar [HOK Mamma] spreken. Zij is ongelooflijk beleefd, maar b.v. onze buurvrouw, spreekt over zichzelf als Njonja (zoals tegen haar bedienden) en piekerde zich een ongeluk wat ze nu tegen Mamma moet zeggen. Ze kunnen het ook niet weten, maar men ziet per se neer op iemand in Inlandse klederdracht. Als ik met Mamma bij de dokter ben, hebben we in de wachtkamer ook veel bekijks, Hok zou zoiets ontzettend vinden, maar ik heb dan juist neiging om me extra veel met haar te bemoeien. – We tennisten ook weer een keertje met Walter Smits en Henk, erg prettig. Zaterdag brachten we mijn stukke horloge naar Mevrouw Meyer Groeneveld, die het mee naar Sneek zal nemen. Ik heb haar gevraagd het als het klaar is, naar jullie te brengen, en als jullie het dan misschien aan Dien wilt geven om weer hier te brengen. [7] Wim Groeneveld Meyer kiekte ons met ons drieën, en later nam hun djongos ons gevieren. [Mevrouw Meyer belt net op dat alles mislukt is. Hij heeft een toestelletje als Moeder en er was geen zon.] Het mooiste was, dat ze ons glad vergeten hadden, hoewel ik er nog 2 keer over getelefoneerd had met haar. Mevrouw ziet blijkbaar erg slecht. Ik was even hun huis binnen gegaan om te kijken waar ze waren, en toen trof Mevrouw Hok buiten, die ze groette. Daarna kwam ik, en zag ze me met verbazing en vroeg of m’n man er ook was. Het was enorm komisch omdat ze Hok al vóór mij gezien had, om te gillen! Enfin, alles liep goed af. Er was ook een meisje, Mr. in de Rechten, allerliefst om te zien en pienter. We hopen zeer dat Wim met succes toe zal happen. – Dinsdagavond. We hebben net Chris gelukgewenst, nadat Hok naar de stembus en ik met Mamma naar de dokter was geweest. Ze ligt nu ook even telkens onder hoogtezon. Ze is werkelijk al heel wat opgekikkerd. Vooral vanmiddag toen de Dokter zei dat de hoogtezon niets kostte. Nu hoeft ze niet meer te piekeren. – Fijn dat jullie de kain van Vader’s verjaardag mooi vinden. Alle kleden heten “kain” want dat betekent doek, stof. Enig dat het 19 maart zulk mooi weer was. –

Leuk dat je Gonne Schutte in huis gaat nemen. Heb je nog niet genoeg van al die meisjes! Hok heeft net een lijst gekregen van de Arbeidsbeurs waar 14 Europese dames, hulp in de huishouding, om werk vragen en 6 kinderjuffrouwen. Als ze dus niemand heeft, die haar meeneemt, moet ze maar stil daar blijven. Aan de andere kant zijn hier veel aardige vrijgezellen! Alleen een erg rijke familie zal haar mee willen nemen, of ze moest de reis zelf betalen. Dat was ook het plan hè? – Er stond een mooie kiek in de mail editie van een zomerse dag op de pier, alle mensen in bontmantels, ik kon jullie er niet op vinden! 

Dag Eida.

Dien was erg blij met ons bloemstukje. 

 

Details

  • Plaats: Bandoeng, Berlageweg 3
  • Auteur(s): Eida, Hok
  • Pagina's: 7
  • Soort: Brief
  • Bijzonderheden: Pag. 1 op briefpapier Hok
More in this category: « 1931-04-13 1931-04-28 »