1934-07-09/07-10

HOK

Bandoeng 9/VII

G. Deze week zit ik alleen thuis. Eidje en Axel zijn naar Batavia en logeren bij Em. We gingen zaterdag plotseling naar Batavia om Houw op te zoeken, die blijkbaar een rustkuur nodig heeft. Van die gelegenheid dachten we gebruik te maken om de Rempten op te zoeken. We waren eigenlijk niet welkom, omdat er geen plaats in Bijl’s huis was. De afzegbrief kregen we echter te laat. Zodat we als onverwachte gasten kwamen. Het is gelukkig erg goed afgelopen. Het zal me erg benieuwen, hoe Eida en Axel er alles zullen vinden. Axeltje was direct thuis. Hij had zijn ouders, zijn box, zijn kinderstoel, zijn pot en zijn speelgoed. Nu, wat wil je nog meer? De eerste avond werd het wel erg laat voor hem. Het kon natuurlijk niet anders. Wij werden niet verwacht. En er was niks klaar ook, natuurlijk. Emma doet er de huishouding. Zij brengt het er keurig vanaf. Dat moet ook wel.

Annah zorgt erg goed voor me. Ze heeft natuurlijk van Eidje haar opdrachten. 

Wat plotseling is Prins Hendrik gestorven. De medici hebben het blijkbaar te licht opgevat; hoewel een hartvliesontsteking wel geen doodgewone ziekte is. En wat sneu voor Juliaantje dat ze hem niet meer levend gezien heeft. – Hoe vond u Axeltje? De film is niet erg helder. Het weer was erg somber. Erg gelukgewenst met de 11e  dezer. Het wordt tijd dat we Axeltje weer vereeuwigen. – Het diner van de Mijnbouw is niet doorgegaan. Een erge figuur voor de Chef, want niet allen, vooral in de hoge regionen, waren er enthousiast over. Wij moesten ook de eigen couvert + drank betalen, zo was de opzet. En dat zou per echtpaar wel ƒ 17.50 hebben gekost. Dat had men er blijkbaar niet voor over; vooral omdat die mensen erg krenterig zijn. Ze hadden tenslotte een receptie moeten geven. –

Dag Hok[2]

EIDA

10 juli ’34.

Geliefden – Op het platje van het huis van de familie Bijl zitten Axel en ik samen. Em is bezig met de huishouding, de kinderen zijn uit, de mannen naar kantoor. Dadelijk na het schrijven gaan wij drietjes naar Houw en Fanny die bij Dr. Kwa, een goede vriend van Houw, logeren. Houw moet als deze week om is, nog 3 maanden verlof nemen en daarna moet hij een kantoorbaan hebben zonder dienstreizen, omdat Dr. Kwa hem daar niet sterk genoeg voor vindt. Die reis naar Celebes heeft hem oververmoeid. Gezellig voor hem dat hij Fanny heeft. Dr. Kwa is zelf op reis en zij zijn nu de huisbewaarders voor een week. Ze hadden ook wel graag gehad dat wij dáár logeerden maar bij Bijl is het nu zó goed ingericht dat Axel en ik zelfs samen met Em slapen. Bovendien is het met dat dieet van mij nog te doen bij m’n zuster, maar bij anderen is het te ingewikkeld. Trouwens ik begin al wat af te wijken want sinds ik hier ben, is alles weer in orde en ik geloof zelfs dat ik al dikker wordt. Ik heb de yoghurtplantjes uit Bandoeng meegenomen en nu maak ik het hier tweemaal daags tot groot vermaak van de kinderen, die telkens de plantjes krijgen die ik kwijt wil zijn. Ik vind het hier zo’n zalige temperatuur. Jullie zult trouwens enorm verbaasd zijn dat wij nu hier zitten, want jullie maakten het voorspel niet mee. Woensdagmorgen kwam er een brief van Dr. Kwa over Houw en wij hadden toen direct zin naar hem toe te gaan – ik wist dat warmte goed voor me was en ook voor Axel die zich net van z’n darmkatarrh hersteld had. Maar we besloten pas donderdagavond omdat ik eerst Sparmann [3] wilde vragen. Dirk was toevallig vrijdag niet op kantoor en kreeg de brief pas zaterdagmorgen, antwoordde wel maar te laat en wij vertrokken direct na het eten omdat ik eigenlijk dacht dat het wel zou kunnen omdat we het er op Dago al over gehad hadden. We wisten niet eens waar Bijl woonde, maar ik vond een Nillmij naam in het telefoonboek en belde op vanuit Meester Cornelis . Na ontvangst wilden we toch maar naar Buitenzorg bij Mamma gaan logeren, maar met enig passen en meten hebben ze ons toch hier opgeborgen en mocht ik zelfs een week blijven. Doordat Houw Hok uitschold toen hij beweerde mij na 3 dagen alweer te komen halen, heeft Hok het maar goed gevonden mij hier te laten. – Hij wou anders 11 juli, de vrije dag weer komen. Hok moest zich nu maar zelf daar amuseren. Ik kreeg juist een brief van hem waarin hij zijn brief aan jullie opstuurt en waarin hij over ’t tennissen schrijft van gistermiddag. – Ik geniet hier van de gezelligheid en de vrolijke sfeer die hier heerst, al vechten de kinderen af en toe eens. Maar Em heeft enorm veel geduld met ze en geeft zich volkomen aan haar taak. Gelukkig kan ik haar nu wat helpen met eten bedenken en Maleis spreken. Axel is alleen erg lastig zodra hij mij uit het oog verliest – hij brult zodra ik maar uit de kamer ga en voelt zich nog niet thuis met één der anderen. Ik zou eerst met Loutje naar “De Jantjes” gaan, maar om een uur of 7 kon ik nu onmogelijk weg. Em en ik gaan nu naar de avondvoorstelling vanavond, erg gezellig samen. [4] Dinsdagmiddag: Dirk en Em zijn huizen zoeken, ze weten en dromen van niets anders meer! Het blijkt ongelooflijk moeilijk. Eida  en ik zitten bij de theetafel. Het bevalt me goed om thuis te blijven op dit uur. Het is hier zo heerlijk buiten zitten, zo stil en vredig, Axel speelt op de grond met de hond. Zolang hij weet dat ik stil zit en blijf zitten, durft hij even weg te lopen. Hij is overigens voor iedereen zowat bang, maar gelukkig zit hij nu op Eida’s schoot. Ik moet hem af en toe boos toespreken dat hij zeurt. Em vindt hem erg verwend maar hij vindt het hier zo vol en vreemd en ik ben het vertrouwde houvast.  Bij Houw was het gezellig, hij en Fanny zijn een aardig stel. Zij is zo blij en vrolijk en lacht steeds om Houw’s mopjes. – Verbeeld je dat Malie plotseling toch getrouwd is of liever overmorgen trouwt. Mijn pakje komt net te laat, zo jammer, maar niets aan te doen. – Wat vreselijk voor de Koningin, dat ze nu opeens zo alleen staat met Juliaantje, en dan ook nog die relletjes. – Em en Dirk hebben hoop een huis gevonden te hebben – het is nu weer 8 uur en Axel heeft al gegeten maar sjouwt nog rond in de kamer omdat hij nog zo wakker is als wat en ik op mijn ga liggen wachten tot hij is ingeslapen. Hij wil pas gaan slapen als ik in de kamer ben. Vind je ’t verwennen? Maar anders schreeuwt hij 2 of 3 uur, geen kleinigheid, en ik kan dan beter een kwartiertje wachten tot hij slaapt. Het is ook vreemd voor hem, hè. 

Dag jongens, Eida.

 

Details

  • Plaats: Eida: Batavia (bij Emma); Hok: Bandoeng, Berlageweg 3
  • Auteur(s): Eida, Hok
  • Pagina's: 4
  • Soort: Luchtpostpapier
More in this category: « 1934-07-04 1934-07-17 »