1934-05-08

EIDA

8 mei 1934

Geliefden –

Over 2 dagen hebben we jullie eerste snelle brief van 8 dagen, wat fijn – Jammer dat het weer mis is met jullie verhouding tot T. Leidie. Maar Mam, hoe kún je denken dat je T. Leidie nù nog kunt gaan opvoeden door met haar te redeneren. Als ze voor redeneren vatbaar was geweest, had ze nooit zó’n ernstig conflict met Dirk hoeven te hebben. ’t Is echt jammer dat je nóg eens die poging bent gaan wagen terwijl de zaak contra-Dirk toch al een hopeloze is. Enfin, ’t is nu eenmaal zo, jullie bent me toch een stel idealisten! – Eveneens idealistisch was gisteravond de presidente der IEVVO, ons mede-Vivoslid Ida Kolmus. Irene en ik hebben met haar gepraat en in zoverre succes gehad dat ze beloofde haar best te zullen doen niet op het terrein der IEVA te zullen komen; het lijkt er overigens veel op daar ze zelfs onze dokter gevraagd hebben ook voor hen een consultatiebureau te houden. Gelukkig heeft de dokter geweigerd. Maar ook willen ze een huishoudschool oprichten maar Ida beweerde van niks te weten. Overigens kwamen we dus niet verder, zodat we maar over Vivos gingen praten, tot Alex en Hok ons kwamen verlossen! [2] Vanavond gaat ook de brief “in zee” of liever “in de lucht” aan Juffrouw Buriks om haar te engageren. Ik hoop maar dat ze in die 2 maanden tijd nog geen ander werk gevonden heeft. Ik heb me er erg voor ingespannen en hoop nu maar erg dat het goed zal gaan. ’t Zal niet makkelijk zijn met die Indische meisjes om te gaan, waaronder heel wat pestkoppen. Ik hoop maar dat ze op haar examen juist een mooi cijfer had voor lesgeven. Als ze ’t niet doet, zou je dan een andere voor ons kunnen zoeken? We geven je dan “plein pouvoir” daar we er hier geen kunnen vinden. De acte N8[1] is erg geschikt voor ons. Ik heb de brief aan haar opgesteld maar weet niet of Irene er nog wat in veranderde. Ik hoop maar dat ze weer direct bij jou komt of misschien kan je haar even bij je laten komen (Goudsbloemlaan 161). Als ze dan niet wil, kun je meteen een andere zoeken en hoef je niet eerst wéér een brief van ons af te wachten. In geen geval kunnen we een overtocht betalen, maar ’t salaris is intern ƒ 75.- (tenminste als Irene dat niet veranderd heeft in de brief, vraag dat dus aan Buriksje). Aanvang nieuwe cursus 1 augustus. – Hoe is ’t met de nagel van de teen, is hij eraf en is dat een opluchting? Je hebt er zeker wat voor moeten liggen. Leni Smits is het ook gebeurd indertijd. Heb je nu geen last meer van het teentje, dat zou fijn zijn. Ik hoop maar dat je niet gewacht hebt tot na Axel’s pak, want dat is lang zo belangrijk niet als de teen. – Ik had juist de kiek van [3] Tante Masje’s feest gevonden toen je je twijfel daaromtrent schreef. Enig is hij, wat moet ermee gebeuren? Moeder is de modernste erop met een voiletje en Vader heeft zich gelukkig nog uitgerekt dat hij er ook op staat. Ik ken er ongeveer niemand van alleen Zus-Gerardje, Adrienne en Joos, ben niet op de hoogte met de vooraanstaande vrouwen, behalve met m’n Ma! – Fijn dat jullie de bloembollenvelden weer bezochten, was Vader ook nog in de Betuwe? Wij hebben vanmorgen ook iets dergelijks gespeeld, althans we versierden de auto der Buckjes met margrieten en klimroosjes. Hok was naar kantoor als altijd en Emiel en Letty namen mij mee naar een hooggelegen onderneming waar Emiel zaken moest doen. Het stond daar vol rozenstruiken zo schitterend en rijen bomen met een soort margrieten. Zo midden in het oerwoud hadden we die bloemen niet verwacht – de klimroosjes zijn mooi opgekomen en staan nu in een vaas als zoete herinnering aan vroeger Laan van Meerdervoort 349! Om half 10 vertrokken we en om 2 uur terug en direct daarna weer tennissen. Ik ben nu ook enigszins gammel! – We hadden vrijdag een collega van Hok te eten, zaterdagavond zagen we een toneelstuk van de Kunstkring “de Cirkel” van Somerset Maugham, nogal snert, zondagmorgen tennisten we met Zeylmans van Emmichoven, die volgende week eens komt eten. Zondagmiddag naar een Fancyfair van de padvinders ten bate der werkelozen. – Ik heb ook nog een avond met Emiel de IEVA notulen gerangschikt. Hij heeft ze ’t hele jaar [4] nog nooit gemaakt en we moesten vreselijk piekeren om er wat van te snappen. Ze zijn ook volkomen onvolledig maar ze moeten gemaakt want Irene heeft ernaar gevraagd! Je ziet we hebben nog veel respect voor haar! Vanmorgen naaide ze een jurk voor Möck en stopte kousen. Ze is ook veel dikker als vroeger, dat valt me steeds weer op. Ze heeft de “Kroonprins van Siam”[2] tot donateur gemaakt en gezorgd dat gratis in de bioscopen de IEVA onderdelen worden gepropageerd door projectie, mooi is dat. – Hok schrijft al veel over Axel. Hij heeft een paar dagen ’s avonds niet willen eten en dan heb ik hem vierkant in bed gestopt en dan at hij dáár wel! Vanavond en gister was het weer over. Hij kan ook niet eten als hij niet iets in zijn hand houdt, tegenwoordig moet het speeldoosje altijd op het plankje van de kinderstoel staan, hij heeft het nog steeds niet stuk gekregen.! Het panoramaboek daarentegen hangt helemaal uit elkaar. – Van der Pijl woonde vlakbij ons op de Dagoweg en we spraken hem af en toe, hij was erg bevriend met de Kreikens. Hij stuurde ons van zijn reis een paar briefkaarten. – Ik heb een nieuwe tondeuse moeten kopen, de oude bleek geen staal en kon niet geslepen – Gelukgewenst met Anneke, hoe is ’t mogelijk dat ze haast 30 is – Van Em steeds nog niks meer na 16 april – we zien ze vermoedelijk al over een maand, enig! Dag omhelsd, dierbaar tweetal.

Eida. [5]

HOK

G. De zending van Van Halem is gearriveerd, alweer verzwaard met allerlei NSA[3] lectuur. Met de Dempo[4] stuur ik hun een brief, dat ik in het vervolg verschoond wens te blijven van dergelijke propaganda lectuur. Het ergerlijke is, dat ik het vermeerderde porto heb te betalen. In die brief schrijf ik dan ook dat ik 50 Pf. van hun rekening aftrek. U hoeft dus maar 7 Mk 60 te betalen. Vermeldt u er dan bij: “Hinsichtlich des Abzugs von 50 Pf. sei nach dem Brief von Herrn Dr. Tan Sin Hok, Bandoeng, 7-5-’34 verriesen. Diesen Brief werden Sie bald erhalten.” Bij voorbaat mijn dank. Ergert u zich er maar niet over; zo zijn tenslotte de Duitsers, erg onhandig plomp. Onze Duitse kennissen hier verwonderen zich ook over die zendingen. – Ik hoop maar dat de teen weer getemd is, al is het dan kwaadschiks moeten gebeuren. – Wat uw wens betreft om Axeltje te zien wandelen met Tommy, het is ons nog niet gelukt dat tafereeltje op te nemen. Axeltje laat zich direct door het filmtoestel afleiden. Ook moeten we hem nemen, wanneer hij met zijn popo’tje[5] de luchtruimte afzoekt om zijn bankje te vinden. Dat is zo amusant dat het een film waard is. Maar helaas, heeft hij ons nog niet de kans gegeven. Overigens kan Axeltje al maat-slaan wanneer de grammofoon speelt; en met zijn voetjes trappelen, wanneer zijn Eitje een liedje zingt! ’s Avonds heeft hij erg ondeugende buien, wil plotseling niet meer eten, of niet naar bed. Nu is die periode weer achter de rug. – ’s Ochtends wandelt hij een eindje mee naar kantoor, of rijdt hij mee. – Hij is nu dikker met zijn mammie, dan met mij. Dat wisselt nogal eens. – De fascisten vormen hier een belachelijk troepje, met veel onderling gekijf. – Berretty[6], de baas van Aneta heeft volgens geruchten in de pot gezeten, wegens spionage ten gunste van Japan. De krant schrijft er natuurlijk niets over, want Berretty heeft hen in zijn macht.

Dag Hok.

 



[1] Acte N8 is een van de Nijverheidsactes.

[2] “Kroonprins van Siam”: Volksliedje [De kroonprins van Siam die had het zo koud / Toen heeft hij z’n hoofd in de kachel gedouwd 2x enz.]

[3] Lectuur over de Nationaalsocialisten.

[4] Dempo: een van de Indië vaarders.

[5] Popo’tje: billetjes.

[6] D.W. Berretty was een steenrijke krantenmagnaat die één van de markantste gebouwen in Bandung liet bouwen: de Villa Isola. Architect was de Nederlander Wolff Schoemaker, ook wel de Lord Wright van Indië genoemd wordt. Vanuit de van Hoytemaweg 4 (nu Sumur Bandung 4) heb je uitzicht op het  bouwwerk aan de heuvelkant van de Dr de Grootweg (nu (nu Jalan Siliwangi, hoofdweg naar Lembang),  met prachtige tuinen midden in een terrassenlandschap en op de achtergrond het vulkanisch massief van de Tankubanprahu (= omgekeerde prauw). Men zegt dat het gebouw tot stand kwam met Japans geld, als onneembare vesting van staal en beton met een bunkercomplex eronder. Het zou een vooruitgeschoven post van de Japanners zijn geweest.

Details

  • Plaats: Bandoeng, Berlageweg 3
  • Auteur(s): Eida, Hok
  • Pagina's: 5
  • Soort: Luchtpostpapier
More in this category: « 1934-04-30 1934-05-15 »