EIDA
31 augustus 1936
Liefjes –
Opeens bedenk ik dat we nu wel mogen schrijven als jullie op tijd iets van ons willen horen. We genieten geweldig van onze vakantie en doen de hele dag prettige dingen, terwijl we aan niets gebonden zijn. Vooral dat laatste is voor mij een genot op zichzelf, terwijl Hok Axel wel hier wenste. Voor mijn gevoel is dit dé manier om echt uit te rusten en dat kunnen we nu hebben dankzij Nanda. Woensdagmorgen zouden we vertrekken maar het werd over half 7. De Whippet deed het de hele dag schitterend en om half 2 waren we in Poerwokerto waar we aten in het Chinese restaurant dat Anneke en Thijs ons indertijd vóór 2 jaar aanbevalen. Onze eerste leeglopende band was juist vlakbij de autozaak waar Thijs altijd was, mooier kon moeilijk! Ondertussen dronken we koffie in de Soos waar A. en Th. menige voetstap hebben liggen. We hadden met ons beidjes een prachtige tocht en tegen donker om een uur of 6 kwamen we in Wonosowo dat het beginpunt is van de tocht het Diëng-plateau op, die we ook vóór 2 jaar deden. Het is daar een heerlijke temperatuur, frisser dan Bandoeng en een bijzonder prettig hotel met knaapjes die je wensen voorkómen. De volgende morgen maakten we een tocht van 2½ uur, waarvan [2] ik nú nog stijf ben, hetgeen we overigens volkomen negeren! Na de lunch om een uur of half 5 gingen we door naar Djokja waar we met Nanda hadden afgesproken in “Toko Oen”, die we direct vonden. Een grote plaats met grote winkels, heel plezierig. We waren er al om 7 uur en dronken een heerlijk Bolsje, mijn lijfdrank ook tegenwoordig, daar het heerlijk helpt als je duizelig en misselijk bent van al die kronkelwegen in de bergen. Dit deed Thijs aan de hand voor opkomende zeeziekte en paste ik toe op dito wagenziekte, klopt precies! We zouden met Nanda en Hiang naar de Boroboedoer, maar Nanda verscheen alleen en deelde mee dat ze naar een lezing moest en wij ons maar moesten amuseren. We aten dus weer samen, wéér Chinees en lekker en kwamen tegen half 11 bij Nanda, die al thuis was, daar wij een verkeerde weg hadden genomen. We waren doodmoe, 450 km achter de rug en nog een wandeltocht!, en ik was koud ook, hoewel het daar smoorheet moest zijn en bleef zitten met m’n jas aan. – De kinderen waren daar direct ingeburgerd. Lisaatje was in de trein volkomen zoet geweest en liet zich alles welgevallen. Alleen de volgende morgen toen Nanda haar uit bed wilde halen keek ze erg vreemd. Maar het is fijn dat Axel en zij samen zijn. [3] Voor Axel heeft ze een heel programma, hij mag Mady naar school brengen, die 10 jaar is. Bij haar slapen ze beiden op de kamer en ze kunnen ’t enorm samen vinden. – De volgende dag was ik dus jarig. Het pak van jullie en de brieven hadden we onopengemaakt meegenomen, dat was dus een prettige bijdrage tot de feestelijkheid. Ik was geïnstrueerd dat we niet eerder uit de kamer mochten komen dan wanneer we Axel zouden horen zingen van “lang zal ze leven”! Het bleek evenwel dat Axel nog steeds niet kon zingen en Mady was in tranen, dus zong alleen Nanda. Axel was enorm blij met ons en Lisaatje stak ook de armpjes uit hoewel niet met vuur. Op Nanda’s arm vond ze ’t ook best. Ze had in iedere hand een brief, één van Anneke en áán van Julie en Axel bracht een erg leuk stel kiekjes, waarvan ik later van Nanda en Hiang van de beste vergrotingen kreeg, geweldig geslaagd. Ik had nog een pakje van Julie bij me en Hok nog een paar pakjes, dus met dat alles togen we naar de tuin om alles uit te pakken. Mady hielp een handje en we juichten om het pak met vele pakjes van jullie. Heel hartelijk bedankt voor de beeldige handwerktas, dat lijkt me ook fijn aan boord en dat houtsnijwerkje ook bijzonder fijn. Em’s kaartjes kregen we nog niet maar ze zullen wel mooi zijn als ze hierop geïnspireerd zijn – de koekjes maakten we nog niet open, maar vast zijn ze lekker! En een hele hoop kleertjes. Lisa nieste juist en kreeg dat wollen vestje aan, past precies. Ik zal het als we thuis zijn allemaal uitzoeken en je er nader over schrijven. Van Hok kreeg ik een keurige vulpen en een plak chocola nog van Axel. Nanda zorgde voor een zalige appeltaart. Je snapt dat ik m’n dieet 14 dagen negeer, maar het gekke is dat dat uitstekend gaat vooral in de bergen, in Klaten minder. Het zal wel goed zijn dat ik hier zoveel beweging heb. – [4] Op mijn verjaardag maakte we nog een tochtje ’s morgens naar een meertje en ’s middag bezochten we Hindoese tempelresten en ’s avonds draaiden ze films van haar kinderen in Holland, van 18 en 20 jaar. Ik vergat telkens dat ik jarig was; het was ook een ongewone maar niet ongeslaagde viering. De volgende morgen bezochten we de Prambanan tempel, net zoiets als de Boroboedoer. Hier is alles veel meer vervallen maar ze zijn ze bezig te restaureren. Axel wilde beslist alle trappen met mij op, en zo moest ik wel hoewel ik zo stijf was in al m’n ledematen door autorijden en de wandeltocht, iets ongewoons voor stadsmensen! – Op ’t ogenblik ben ik nog steeds zo stijf of nog stijver als toen, maar toch doen we niets dan, met spijkerschoenen en beiden in een korte broek de bergen op en af te lopen. Gister vertrokken we om 8 uur en kwamen om 1 uur thuis. Een helling liepen we loodrecht naar beneden af en aan de andere kant weer op en ’t ging best. Maar als ik dan weer gezeten heb, kan ik de eerste stappen niet meer voort. Axel vond het wel erg dat we weer weggingen maar we kregen hem er toe ons na te wuiven en hij huilde niet. Het zal dus wel mee gevallen zijn. – We zitten nu in een zalig oord op de berg de Lawoe, kijk maar op de kaart, 1400 hoog maar een heerlijk klimaat. ’s Avonds laat, is het wel koud, maar dan kruip ik in m’n dekenzak, net als Lisaatje! – We willen straks naar Sarangan, dat Dirk goed kent. Het moet een zware tocht zijn over de Lawoe, maar erg mooi. We zullen nu paarden meenemen. Veel uitzicht hebben we niet in de droge tijd, maar wel mooi weer. We zitten nu op ons voorgalerijtje begroeid met witte rozen, buiten om half 7 ’s morgens en de zon schijnt en ’t is heerlijk weer.
[Randje pag. 5]
De Kreikens hadden juist een afspraak voor deze feestdagen en daarom zijn we eerst hierheen gegaan en gaan aan het eind van de week naar Kopeng met hèn misschien, om maandag met de eendaagse + kinderen terug te gaan. Hok moet dan alleen met de auto, maar hij kan dan ’s nachts weggaan en vrij vroeg in Bandoeng zijn, vóór de middag. Dag engeltjes, we moeten weer koffer pakken en naar Sarangan, “het” vakantieoord van Java.
Eida. [5]
HOK
G. We zitten aan de ochtendkoffie en genieten van de vakantie. Straks vertrekken we naar Sarangan laten de auto hier en blijven daar tot donderdag. De koffers zullen we op een paardje laden. Met de auto moeten we een 200 km omrijden om in Sarangan te komen. Te voet is de afstand nog weer 3 uur. We hebben nu al heel wat gezien. De Whippet heeft geen moment gefaald. Alleen vlak voor Tawangmangoe moest ik [EIDA wij] een achterband verwisselen. Er zaten er maar even 2 lange spijkers in. Een geluk dat ze dezelfde band uitkozen! In Djokja en Klaten was het puffend warm. Maar Axel en Lisa hebben er haast geen last van. Vrijdag gaan we naar Kopeng en hopen de Kreikens er te ontmoeten. Maandag over een week zitten we weer in Bandoeng. Als je het program zo uitstippelt, dan lijkt alles zo kort, maar we ondervinden zoveel, dat elke dag dubbel telt. We zagen ook de Prambanan tempels. Ze zijn naar onze mening niet zo imposant als de Boroboedoer. Axeltje was ook mee. Hij klauterde de ene tempel na de ander in en vond het reuze interessant. Het afscheid ging zonder moeilijkheden. Hij kijkt elke avond naar de maan. Wanneer deze niet meer “kapot” is, mag hij terug naar Bandoeng. Lisa is bij Nanda volkomen thuis. – Eidje’s verjaardag werd in Klaten gevierd, natuurlijk niet zo uitgebreid, als we dat thuis plegen te doen. Het pak werd toen opengemaakt. Dag groeten aan Em en Dirk,
Hok.