1930-08-05

EIDA

[Tekening schouder kimono] 

5 aug. ‘30

Geliefden.

De telefoon belt, maar ik ga net schrijven, dus laat ik me niet van m’n stuk brengen; Hok moet zich dus in zijn pyjama hijsen – gelukkig is het ook voor hem. Ik hoor hem over tochtjes spreken, en telkens tracht ik hem er weer vanaf te houden vanwege: de dure maand! Maar een vrindje van Hok moet hem er telkens bijslepen als fâcheux troisième! Af en toe moet ik ook bemiddelen, maar ik heb geen tijd. – De hele morgen naaide ik als een bezetene aan een nieuwe kimono, waarmee ik veel succes had bij Hok; maar waarin het me werd verboden buiten de slaapkamer te komen! De schouders zijn nl. opengewerkt en nu zal ik er weer netjes een stukje onder zetten vanwege de “geraffineerdheid” en dan moet je me zien met m’n puntbuikje! Overigens is het kimonomodel afkomstig van Mevr. v. Vianen en via Anneke bij mij gearriveerd – aldus verwacht je er geen “geraffineerdheid” van – maar enfin: mijn echtgenoot staat op zijn stuk en dan is het, punt. – Vanmiddag heb ik niet kunnen slapen vanwege het wiegvraagstuk. – Het is heus een ramp – al 3 maal zijn Hok en ik de stad in geweest – zonder succes. Gister wandelden we winkel na winkel af. Het vervelende is dat je hier in alle winkels moet staan, zodat ik het niet bijster lang volhoud. Wat moet daarvan worden … Ondertussen zit jullie misschien in de Harz, als de laatste berichten juist blijven. Als je maar goed weer hebt – het is nu in Europa wel een ellende, Italië is er wel het ergst aan toe, al laat Mussolini nu berichten rondsturen als was er niets te doen en alle verwoeste huizen alweer op hun plaats. [2] – Het babyraam zit ten tweede male in dezelfde muur, alleen nu enige centimeters hoger. Daar hebben we wat gezeur mee gehad – de aannemer was steeds een en al brutaliteit tegen mij, zodat Hok er een morgen voor van kantoor thuiskwam, al was ’t dan maar één kwartiertje. Vanmorgen heb ik Hok er 5 maal over opgebeld, binnen ’t halve uur! Ik moest eigenlijk een uitgebreid verslag aan Mevrouw Feher sturen, zodat ze zo’n medelijden met ons krijgt en ’t ogenblikkelijk betaalt. – Ik moet je nog vertellen dat Dirk Rempt zei dat Vader zo enorm Maleis sprak dat hij alle moeite had om het te kunnen begrijpen! Hoe volmaakt zul je over 1½ jaar spreken?! – Verder m’n gelukwensen aan het Haagse Gymnasium dat Jansen dan toch eindelijk 65 is geworden. Het is toch erg dat zo iemand zo lang daar vast zit zonder dat daar wat aan gedaan kan worden. – Ik wist niet dat Oom Johan ook al van school zou gaan, een mooi feest kreeg hij hè. Ik ben blij dat Tante Lyda ervoor overkwam, zou ze eindelijk Oom Johan gaan waarderen? Overigens is het juist ± T. Lyda’s verjaardag als je dit leest, dus alweer gelukwensen. – Emma’s beschrijving van Lily Bondam + echtgenoot is fraai – vooral dat Lily zich zonder dieren dood zou vervelen! Toch niet leuk als je vrouw zulke dingen in je bijzijn vertelt! – Wat reuze dat er zoveel mensen aan het pak voor 28 aug. meewerken – we verheugen ons er enorm op. – Er is al een aankondiging gekomen van een brief uit Groningen, maar de douane vertrouwt het zaakje niet en ik heb eerst toestemming moeten geven om het te laten openen. Aldus is onze nieuwsgierigheid nog niet bevredigd. – Het is tegen etenstijd d.w.z. ’t  is nu 7.15 uur,  en [3] dan eten we altijd zo wat boterham. Het zuur stijgt me al op uit de gronden der maag – deze beschrijving is overigens poëtischer dan de smaak van dat vocht. Het is heus ongelooflijk dat één maag, al is ’t misschien gesteund door een kleintje (!) zoveel zuur kan produceren. Ik heb enige nachten mijn rug + hoofd ondersteund door 4 kussens, d.w.z. 3+1 goeling en zo trachtte ik mij in dromenland te begeven op mijn rug liggend-zittend, waarlijk een statige houding! Overigens heeft mijn geliefd “stuitje”  daaronder geleden, zodat ik nu weer mij slechts tot één kussen moet wenden. M’n maag produceert nl. ook een soort gas, hetwelk mij niet toestaat plat te liggen. Het ergste vindt X-je het als ik me op m’n zijde gewekt heb. Ja, zo gaat het – maar als je overdag maar goed bent, n’est-ce-pas! Ik moet er overigens welvarend uitzien, Anneke verbeeldde zich een onderkin te kunnen constateren – maar wij mogen nu met ons tweetjes 2x zo dik zijn als een “enkel mens” – logisch of niet – O zo! – Ik heb voor ƒ 1.10 kranten en blikken verkocht – wat leuk is dat! Kranten zijn hier enorm veel waard 20 cent de honderd. – We zijn sinds 1 juli zelf op het A.I.D. (Algemeen Indisch Dagblad) de Preangerbode – we deden eerst tot nu toe samen met A. en Th., maar het is toch lastig, want dan krijgen we opeens van een paar dagen gelijk en zwoegen we een hele avond, en nu bij ’t ontbijt en de thee en als we tijd hebben. Alweer een riks in de maand. Wat een geldmaniakken zijn we hè! We hebben net ƒ 65.- opgeborgen in de linnenkast van rimboegelden; er komt nog ƒ 26.- bij en er gaat nog ongeveer net zoveel af aan langganan, wat Hok allemaal heeft meegenomen, dus waar het al niet goed voor is, als je man een poosje weggaat! Over dit [4] geval, denkt Katy niet zo, geloof ik. Ze praat tenminste steeds met een grafstem. Het is ook wel naar dat ze sinds Jaap weg is, nog niets van hem gehoord heeft. Er komt misschien ook maar eens per maand of zo een boot van Flores naar hier. Bovendien 8 weken is veel. Enfin, het is voorlopig maar voor 1 jaar. Heel wat geologenvrouwen hebben langer alleen gezeten! – Ik schreef nog niet, geloof ik, dat Mevrouw Ter Haar erg verrukt was van de roze schoentjes, die ik maakte. Gelukkig maar dat ze erkent wat een werk het is! Vooral om 2 gelijke voeten te maken! Dat doet me steeds denken aan jouw ongelijke poppenmouwen, Maatje! Aan Anneke Harloff  heb ik ze nog niet gebracht. Ze is nog steeds bij haar moeder en heeft plotseling een avond alle verschijnselen van een naderende bevalling vertoond, maar het bleek alleen een soort darmcatarre! Ook een mop. Gelukkig dat ze niet alleen thuis was. – We hebben net een neefje van Hok op bezoek gehad, 3e klas HBS, erg klein, nogal vlot. Hij zegt “Enko” tegen Hok: broer en u. Het mooiste is dat Hok niet eens weet hoe hij heet. Alleen zijn achternaam! Dus wij zeggen maar: “dag! en jij”. – Gister aten we zalige taart bij Lenie en Walter, er was een mooi gezelschap van A. en Th., Deetje ten Erp + man en wij. Thijs was de oudste der mannen en A. der vrouwen! Het was heel gezellig – maar ik voel me tegenwoordig helemaal niet meer thuis in converserende gezelschappen – ik kan me er moeilijk toe zetten om maar te converseren, over wat dan ook. Misschien komt het van de baby en gaat het weer over. – Onze portefeuille is deze maand al begonnen d.w.z., de tijdschriften moeten helemaal uit Holland komen, zodat we ze op zijn vroegst 1 sept. krijgen. We hebben ons voor een jaar [5] moeten verbinden. Het lijkt me reuze fijn en in februari krijgen we “opslag”. – De moeder van Marietje Jager Bruining is weer terug naar Holland – er is geen gevaar meer voor haar leven, in tegendeel ze wordt steeds levendiger, al loopt ze alleen nog maar van ’t bed naar de stoel. Maar ze heeft ook heel wat mee te dragen, van ’t liggen is ze enorm dik geworden, ze moet net als ik al haar jurken verwijden! Vanmorgen belde ze me nog op, we kunnen het heel goed samen vinden. – Als ze m’n stem maar hoort, begint ze al over de wieg – ze is erg begaan met ons kind in een kale wieg! – Moeder, zal ik staaltjes van de kant van de lakentjes insluiten, de entre-deux ± 10 cm van boven, de andere bovenaan de kant. Leuk dat er zoiets bij elkaar passends bestaat, al is het lastig dat je ’t alleen aan de deur kunt kopen. We hebben geen notie waar die kerels wonen. Eigenlijk stom van ze dat ze geen winkel hebben, dan zouden ze nog heel wat meer verkopen. – Hok is al heftig bezig over de vermakelijkheidsbelasting die morgen in de gemeenteraad behandeld zal worden. Hij zal wel niet veel tijd tot schrijven hebben – hij beweert zelfs helemaal niet. Hok hoeft overigens niet eens naar de zitting toe morgen, want zijn zittingen beginnen pas in september. Dag hoor Eida.

 

Fijn succes met de kraampjesdag! Reusachtig veel ƒ 600.-

 

Wat vinden jullie van:

Elza (naar Moeder: Elisabeth) Anthonia (naar Vader)

Elza  Aleida

Mariska, naar niemand, voor de mooiigheid

Melanie, naar niemand, voor de mooiigheid (voor mijn gevoel te Frans)

[6]

HOK

G. Bedankt voor de betalingen aan diverse boekenleveranciers in Duitsland. Voorlopig zullen we wel niet zoveel geld bij u deponeren kunnen, daar we nu zeer krap zitten of liever zullen zitten. Ten eerste de maand van de geboorte ?-je, dan belastingen. We moeten deze komende maanden onze belasting over 1½ jaar betalen – tot nu hebben we nog niets hoeven te betalen. Het geld dat ik in de 12 dagen rimboe verdiend heb, nl. ƒ 130.- is er een peulschilletje bij. Gelukkig krijg ik in het begin van het volgende jaar verhoging en ook is mijn voorschot dat ik bij mijn komst alhier ontving terugbetaald, zodat ik dan mijn salaris zonder enige korting in handen zal krijgen. Dan zullen we weer rijk zijn, weliswaar nog niet rijk genoeg om ons door een auto te laten rijden. – Morgen is een Raadsvergadering waarvoor ik uitgenodigd ben, ter kennismaking. Je maakt kennis met allerlei problemen die tot nu ver van mij lagen, maar toch zeer interessant. Ik ben maar weer Oom Izak’s boekje over economie gaan bestuderen. Je hebt er nu eigenlijk meer aan dan toen je het leren moest. –

X-je, wiens naam nog altijd niet definitief vastgesteld is – dat zullen we pas weten wanneer hij(zij) aangegeven is – is in de laatste tijd zeer roerig. Zijn wiegbekleding is er nog altijd niet. Zijn kamertje is ook nog niet klaar. Aannemers zijn grote boeven. Die ervaring hebben we nu al.

Dag Hok.

Details

  • Plaats: Bandoeng, Berlageweg 3
  • Auteur(s): Eida, Hok
  • Pagina's: 6
  • Soort: Brief, gelinieerd papier
  • Bijzonderheden: Pag. 6 op briefpapier Hok. Tekening pag. 1: schoudermodel kimono
More in this category: « 1930-07-29 1930-08-11 »