1935-03-05

EIDA

5-3-’35.

Geliefden – Jullie kleinkind groeit als kool! Ik bedoel no. 2 van ons. Maar eigenlijk kan dit op Axel ook slaan, die ziet er steeds gezond uit met bolle wangen. Tegenwoordig is hij ’s avonds vervelend. Een hele tijd heeft hij zonder licht geslapen, maar nu opeens kan hij er niet meer tegen. Bovendien gaat hij sinds 3 dagen n.b. huilen als hij al een kwartiertje in bed ligt en doet dan net of hij een plasje moet doen, dat hij net gedaan heeft. – Ziezo, ik heb hem even bars toegesproken en nu is hij al gauw stil geworden. Het zijn eenvoudig streken! Maar die no. 2 heeft het me deze week laten merken dat hij er was, ik ben echt lamlendig geweest, kon niet meer met Axel wandelen en als ik aan tafel moest zitten had ik honger maar niet in wat er op tafel stond. Een nieuw soort levertraan en 1½ blik kaakjes hebben me er bovenop geholpen. Ik ben nu tenminste niet meer zo slap, al zal m’n maag tot oktober wel niet meer normaal worden. Ik geloof toch dat ik er met Axel helemaal geen last van had dat de boel me niet smaakte tot op ’t laatst, trouwens toen at ik met smaak nog een groot stuk banketletter toen Hok Sparmann ging halen! Wat zal ik blij zijn als het weer zover is. – Sparmann + echtgenoot gaan deze maand en de volgende weer naar China, hij heeft aangeboden of hij er iemand voor Hok kan opzoeken, maar Hok kent er ongeveer niemand.  Deze week houdt zij eerst voor de Vivos een voordracht over Peking, waarvan ze mij al veel kieken liet zien. Het zal wel aardig zijn want ze spreekt erg vlot. [2] De regering heeft beloofd dat er volgend jaar allerlei mensen weer in vaste dienst mogen komen, zij die er vóór de crisis al waren. Het zou fijn zijn, al gaat er dan ook heel veel ons traktement af, en dan hebben we nog wel verhuisplannen. Hok heeft al lang zin in een huis waar Axel fijn kan spelen en een grote kamer heeft en nu de baby moet komen, is Axel’s kamertje wel wat erg klein, we hebben zo’n heel moderne op ’t oog met veel raam en een grote galerij om het huis, een overdekte. We moeten daar alleen veel meer huur betalen. Van het budget gaat het wel af, maar we houden dan natuurlijk veel minder over.

We hebben ook dure bedienden – de vrouw van de jongen helpt mee voor ƒ 5.- in de maand, dat is erg weinig hè, zonder eten, maar we hebben nu 3 bedienden. In het nieuwe huis hebben we voor hen geen plaats, helemaal geen bediendenkamer, terwijl we hier 2 grote hebben. Het is voor de jongen wel een strop als hij een huis in de kampong moet huren. Het lijkt ons wel heerlijk eens behoorlijke kamers te hebben – de zit-eetkamer is enorm, een haakmodel, alles is daar ook zo open en luchtig. Onze lelijke bedden kunnen we daar ook niet meer zetten en onze vloerkleden zijn ook eigenlijk af. Het komt eigenlijk precies uit daar we hier 6 jaar zijn! – Anneke kan dan ook makkelijk bij ons logeren, Axel’s kamer is daar groot genoeg. Maar we hebben nog niet besloten. Tegenwoordig roept Axel ’s nachts als hij een plas [3] moet doen maar het helpt niks want al is hij dan netjes droog, ’s morgens is hij het nooit. Dus ’t is eigenlijk zonde van m’n nachtrust om voor hem op te staan. – Hij heeft gister weer heel wat afgevochten met een jochie van 3, die beduusd was dat Axel hem aanviel, maar gelukkig terugsloeg toen ik het hem opdroeg. Ik had hoop dat hij door het teruggeslagen worden geïntimideerd zou raken, maar als een leeuw vocht hij door tot de ander huilde, hij krabt nl. zo gemeen, daarna zijn ze lief samen gaan spelen tot Axel zich weer bedacht en weer ging slaan. Dat andere jochie zei dat Axel niet meer terug mocht komen, zo mogen alleen grote mensen hem! Het zusje moet zich dus haasten niet alleen voor mijn plezier, maar ook zijn opvoeding!

Gelukkig dat Moeder niet ziek is geworden van verkoudheid, ik heb het juist ook erg te pakken gehad, op z’n Hollands; ik moest steeds denken aan “Pa – heb je geen zakdoekie meer in je la?!” Voor ik het vergeet: die marsepeinen lever en biefstuk hebben ons enorm goed gesmaakt. De biefstuk hebben we op de boterham gegeten en de lever bij de thee. – Ze waren keurig, ik snap niet hoe ik die vergeten kon te noemen! – Fijn dat je de brochure van Johanna Naber stuurt; ik had het al gehoopt. – Op de laatste vergadering van de Vereniging voor Vrouwenrechten “Waarom een vrouw in de Volksraad?” kon ik door de verkoudheid niet bijwonen. – Hoe is ’t met Mieke’s oog, wat vreselijk voor haar. Heb je haar dat geld voor de trouwbloemen al gegeven?

[4]

HOK

G. Ik heb vandaag de hele dag in letterlijke zin als een boer die kiespijn heeft gelopen. Mijn rechter bovenkaakhelft is nu kiesloos. Ik miste er toch al twee en nu is de rest ook weg, maar met heel veel moeite. Ik krijg er een vals gebit. Ik hoop dat ik nu in geen jaren last meer zal hebben van kiespijn, of van bouwvallige tanden. Morgen hoop ik weer in orde te zijn. – Eida doet niets anders dan kaakjes eten. In de auto, in bed, in huis, overal heeft zij haar blik mee. Ik hoop maar, dat zij niet teveel last krijgt van haar maag. – Axeltje blijkt gek te zijn op de dierentuin. Ik zal eens op een zondag er met hem heengaan. Het aardigst vindt hij de vogeltjes en de konijntjes. – Hartelijk gelukgewenst met Vader’s verjaardag. Nog vele na deze en moge deze in goede gezondheid en met herstelde knie gevierd worden. –

Dag Hok .

 

Details

  • Plaats: Bandoeng, Berlageweg 3
  • Auteur(s): Eida, Hok
  • Pagina's: 4
  • Soort: Luchtpostpapier
  • Bijzonderheden: Niet ondertekend door Eida
More in this category: « 1935-02-26 1935-03-12 »