1933-06-13

EIDA

13-6-’33

G. – Wat zijn we verrukt met Dirk’s telegram, waarin hij dat van jullie overseinde! Dirk zal op zijn kop staan van pret en wij niet minder. Je moet toch eens precies vertellen hoe jullie op al die brieven gereageerd hebben. Jullie schijnt er niet veel overdenkingstijd voor nodig gehad te hebben! Wij kregen vanmorgen een brief van Dirk met sombere en hoopvolle beschouwingen over het chapiter Emma en ik wist al niet waarmee ik hem moest troosten daar ik toch ook niet met zekerheid kon zeggen dat Em kwam. Em je bent geweldig en ik kan je niet anders toewensen dan dat je verwachtingen over de taak, die je zal wachten, in alle opzichten in vervulling moge gaan. En dat het werk dat je zo energiek en met vreugde op je wilt nemen, blij en vreugdevol voor je mag blijken te zijn. Maar nu Vader en Moeder, liefjes kan Vader nu niet hier aan het Christelijk Lyceum les komen geven, zou het niet enorm zijn als jullie hier ook woonden? Of ben je toch te gehecht aan ons lieve Vaderland, dat tenslotte ook altijd zijn aantrekkingskracht op ons zal blijven uitoefenen. Trouwens, over 1½ jaar ruim komen Anneke en Thijs al met verlof en dán wij; dat heeft ook weer z’n prettige kant, want wat zou anders onze reden tot verlof moeten zijn. Is het niet een merkwaardige samenloop van omstandigheden dat Em net 15 juni haar baan opzei en de 15e vele belangrijke vliegbrieven kreeg! Hok verdenkt Em ervan dat ze het al om die reden opzei! Geen onbelangrijke telepathie. Onze spanning over de in aantocht zijnde vliegbrief is dus vergroot. Jullie vindt het niet nodig dat Dirk Em komt halen. Vindt Madame die reis slechts een peulenschil!! Pas op voor “de Ruyssenaertjes”[1]! Jongens wát een sensatie – wij alle drie op Java, precies eerlijk erover verdeeld! Maar toch, alles in één dag te bereiken. Het zal fijn worden als jullie in Batavia komen, 4 uur rijden! We doen net of dat alles vlakbij is. Maar wánneer kom je? Enfin, die vraag kunnen we misschien zaterdag beantwoord krijgen. En die arme Hok moet dan wel lang op antwoord wachten, want morgen om 3 uur vertrekt hij voor 10 dagen naar Dago. Misschien kan ik hem wel schrijven, gek idee “zo vlakbij en toch zo ver”! – Dat To schrijft dat Dirk gebroken is en de kinderen er niets van snappen, is wel heel ver van de waarheid. Trouwens hij vertelde dat hij jullie ook die regel geschreven heeft die hij uit het boek van Pauli had, en daaruit heb jullie ook het tegendeel gelezen. Ik schreef jullie toch hoe Dirk de kinderen verteld heeft van Mammie’s gedachten die altijd bij hen waren en van Mammie’s hartje dat bij hen bleef kloppen. Als Dirk down is, mag dat niet van de kinderen want dan verwijzen ze daarnaar en zeggen dat Mammie toch niet wil dat hij bedroefd is. Schattig die kinderen, die helpen hem er altijd weer uit. – Dat Anneke c.s. hier kwamen is juist 6 dagen geleden, dus moet ik daar ook nog over schrijven, hoewel het lijkt of ze niet weg geweest zijn en alles dus alweer gewoon is. Ik haalde ze van de trein want Hok had kantoor. Ze zagen er wel goed uit vooral door hun verbranden op de zeereis. Anneke voelt zich ook goed en Wytje is zo schattig. We lachen de hele morgen om hem, want dan zijn we meestal bij elkaar. Hij is zo geweldig knap in het verzinnen van dingen, die hij niet mag. Hij begrijpt al haast alles en houdt zich dan van de domme. Zo kostelijk. Maar Anneke wordt wel gauw driftig, ze is nog niet laconiek genoeg, word je misschien pas als je er meer hebt. Maar we bewonderden Moeder al samen hoe ze met ons drieën toen we zo klein waren, door het leven is gekomen. Dat zal een zware tijd geweest zijn! Hij kan zo stralend lachen en heeft gezellige dikke wangen die laag hangen zodat zijn gezicht niet bol is, maar een peermodel heeft. We aten die dag feestelijk met ze nadat Wytje om 1 uur naar bed was gebracht. Hok en Thijs tennisten de [2] volgende dag leuk samen met De Jongh. Ze vinden het beiden erg jammer dat ze elkaar nu nog maar 2 dagen vóór Thijs weggaat zullen zien, nu Hok morgen al vertrekt. Vanmorgen dronken we een kopje koffie bij Bogerijen met ons drietjes + Wytje. Erg gezellig. Ze vinden zelf ook net of ze niet weg zijn geweest. Thijs heeft ook zo’n horloge als van Hok en Tek Bheng gekocht en Anneke een dito dames – geweldig hè!  Ik geloof dat zij nu ook per luchtpost geschreven hebben. Ik heb Anneke sterk aangeraden het ook te blijven doen, het scheelt haar maar 1 riks en ze hebben toch zoveel over kunnen sparen van Thijs’ dienstreisjes! Zelfs een auto kan er nu af. Dan heb jullie 3 dochters met auto’s en jullie moet kleumen in lijn 3! Daarom moet jullie ook hier komen, alleen al om in onze auto’s te kunnen rijden! – Axel is weer gewogen vandaag en steeds nog niet te licht bevonden! Hij is nu weer 580 gram aangekomen, in deze maand, dus wel heel wat minder dan tot nu toe, toen was het minstens 700. Hij krijgt nu ook met moeite genoeg van zijn Ma en ik heb ontdekt dat de kokki een kleinere hoeveelheid water door de pap doet dan moet, maar blijkbaar is dit alles nog voldoende om hem flink te doen groeien! – Dat kartelrandje van een vorige vliegbrief was inderdaad om de grammen. Niet omdat er iets in stond dat jullie niet mocht lezen, jammer hè! – Hoe vind je Hok als enthousiast padvinder, hij is tegenwoordig veel joliger. – Mammetje, wees toch wat voorzichtiger met je lichaamsdelen, eerst je been ziek en dan nog hete thee op je handen, dat is toch te erg. Wat doe je aan het been? Alleen warmte? Kom toch in de tropenzon! – Brengt Em m’n verjaarspak mee?!! Graag wil ik de ponnetjes proberen. En een klare jurk lijkt me enorm, vooral met schelle kleuren, blauw groen paars! Jullie vakantieplannen naar de Achterhoek lijken me enig, gaat het door?

Dag Eida. [3]

HOK

G. Ik ben mijn padvindersloopbaan begonnen. Mijn titel is kandidaat-verkenner 3e klasse, over enige dagen zal ik geïnstalleerd worden. Ik moet veel beloven, veel leren, want ik ben nog niet eens op de laagste sport van de padvinderlijke ladder. Momenteel loop ik (sinds zaterdag) een cursus, waar men leiders opleidt, en woensdag a.s. begint de Gilwell cursus wat mij – bij gunstig resultaat – de bevoegdheid zal geven een hoofdkwartier te leiden. Mijn aspiraties gaan dus wel heel hoog. – Het padvinderssysteem is geniaal in elkaar gezet. Ik geniet van de praktische lessen, je leert er veel en vooral de jongen in zijn puberteitsjaren kennen. Ik leer er organiseren, les geven, etc. etc. Alles gebeurt reuze vlug. Teveel om bij te houden. Met mij staan nog op de padvinderlijke begane grond: Mr. Meyroos, oud-burgervader van Batavia en Prof. V. d. Ley. Beide mensen die mijn vader kunnen zijn, en die evenals ik hoog opzien tegen padvinder 2e klasse, want deze weten wat de Morse-seintekens zijn, en wij kennen het niet. Weet u wat de mastworp, de platte knoop, de weversknoop is? – Het schreeuwen gaat mij nog niet goed af! – Anneke, Thijs en Wyt zijn er al. Door al deze padvindersdrukte, alsook de uitgaven voor uniform, cursusgeld en vooral doordat ik vrijwel nooit thuis ben, zullen we pas a.s. zondag over 2 weken kunnen filmen. Ik hoop dat het dan mooi weer is. Wat To over Dirk schrijft, kan niet juist zijn, op dit moment zeker niet meer. En ik geloof niet, dat To veel van Dirk afweet. En als To denkt dat Dirk haar alles verteld heeft, dan verbeeldt ze het zich! – We zijn erg benieuwd naar wat Emma zal doen. We zullen wel niet lang meer hoeven te wachten – Hoe is het nu met Moeder? Alles weer in orde? U hebt nu toch al een goede kiek van Axel. Deze heeft altijd pret in zijn leven. We hebben zo pas zo’n plezier met hem gehad. Hij schaterlachte aan één stuk door om een speelgoed wat Mevr. Gunning hem gaf. Het is een stok waarop aan de ene kant een kat en in het midden een muis. De kat kan heen en weer geschoven worden. Axel was niet tot bedaren te brengen, hij lachte en lachte om tenslotte te hikken. En hij lachte tot hij honger kreeg! Verder doet hij ook niet anders dan schateren over Tommy, als deze met een bot speelt. Tommy ligt dan vlakbij zijn box en Axel heeft dan voor zijn ouders geen tijd meer.  Hij begint al pogingen te doen om te kruipen.

Dag Hok.

Wyt is een aardige jongen, maar niet erg zoet nog. Misschien komt het door de reis. We hebben, of liever Eida, heeft een apartje met Tek Bheng gehad – Ik hoop dat het succes heeft; we mogen Jeanne erg graag, en zullen haar helpen. Tek Bheng heeft ingezien dat hij zijn vrijgezellen leven vaarwel moet zeggen. – We zijn erg tevreden over Emmetje. We zijn nu oud en wijs genoeg geworden, dat we geen herrie meer met elkaar hoeven te maken, hè Em, het zal wel gaan, denk ik. Tante Leidie zal jou nu wel niet meer willen zien. – Vader en Moeder komen toch zeker mee.

Dag Hok.



[1] “Ruyssennaertjes” = kennelijk verwijzing naar de bemanning van de Willem Ruys die op Indië voer, hier verwijzend naar scheepsbemanning in het algemeen.

Details

  • Plaats: Bandoeng, Berlageweg 3
  • Auteur(s): Eida, Hok
  • Pagina's: 3
  • Soort: Luchtpostpapier
More in this category: « 1933-06-06 1933-06-20 »