1930-08-11

EIDA

11 aug.’30

Lieve schatten –

We zitten met de wieg in de studeerkamer. We hebben nl. donderdag 2 soorten stof gekocht (en voelen ons nu 10 pond lichter! was ’t maar waar!) voor de bekleding van de slaapstede van onze – X-je. Dit was de derde maal dat we naar de stad trokken om stof te zoeken en ziet: binnen een half uur waren we klaar. Van beide stoffen heb ik maar een klein stukje over, hetwelk we jullie hierbij offreren. Het katoenige is voor de binnenbekleding, opdat het niet door het rotan heen zal waaien. Het is machinaal ingehaald en maakt zo een zeer bijzonder effect, iets waarop we, zoals jullie weet, steeds uit zijn! Vooral omdat het zo goedkoop is (55 cent per el!), verhoogt zijn schoonheid in onze ogen! Het klamboegoed is kunstzij, wel om voorzichtig mee om te gaan, maar het staat schattig (70 cent per el). Dan lint om de klamboe mee af te zetten, en het smallere om de binnenbekleding mee aan het rotan vast te strikken. Het lijkt me zo praktisch, dan kun je in 2 minuten de hele binnenvoering eruit halen, ook de klamboe zit er los overheen, zalig makkelijk.

[Tekening klamboe wieg]

De dikke streep is het lint, dat we er tussen in en aan de kanten in laten zetten, met uitslaan. Althans ik zal het zaakje zo eerst in elkaar zetten, dan mag Hok keuren, want er is geen voet op dit gebied die ik alleen verzet, Hok helpt met alles mee en dat is zo gezellig. Een vrij nette tekening hè (al zeg ik het zelf). Zondag hebben we het [2] hospitaallinnen geknipt in 4 stukken, 3 voor de babytafel, één voor de wieg. Hok heeft vreselijk zitten rekenen hoe al die getallen het best uit 1 m x 97 cm gingen, en het is zeer voordelig gelukt, dankzij het koperen maatstokje dat Hok voor de rimboe kocht. – De wieg zal dus eerder klaar zijn dan de babykamer. Vanmorgen was de verver hier om de kleur uit te zoeken voor het raam, waarover jullie wel verbaasd zult zijn, dat het nog niet klaar is. Hok heeft hem 10 dagen de tijd gegeven, waarvan nu een week om is en wanneer het dan nog niet klaar is, betalen we de helft. Dit is blijkbaar de enige manier om de mensen aan het werk te krijgen! – Maar we hebben nog maar 5 weken, althans volgens de tabel (19 sept.), dus ik mag m’n morgens wel gebruiken. En juist heb ik er enige van moeten afstaan: vrijdagmorgen werd de jongste Ter Haar geboren, inderdaad een meisje, waarop ze zo gevlast hadden; het heeft lang donker haar, dat volgens de moeder binnen een week wel weer licht zal zijn, hetgeen zij graag zou willen voorkomen. Ze heeft het weer in een net tempo gedaan, en de tweede dag ontving ze een regiment visite. Er waren massa’s bloemen en wij hadden haar behalve dat, kippenpasteitjes gestuurd, omdat ik me herinnerde dat ze gezegd had, na afloop zo’n zin in wat hartigs te hebben. Ze was er ook erg verrukt over. – Dat is één; “en heb je wel gehoord van de zeven, de zeven enz.”. Wanneer zal Anneke Harloff zeggen: dat is twee!? [1] En wie zal wel de derde zijn?... als we haar eens Catootje[2] noemden. Nog zo gek niet. We zijn nu zover gevorderd met onze smaak [3] voor namen dat we niet meer weten wat we mooi vinden. Net als bij de eetserviezen, weet je wel! – Vanmorgen had ik een andere visite af te leggen: Mevrouw Ludwig is nl. al 2 weken ziek. Ze heeft wondroos gehad en erg hoge koorts en daardoor een miskraam. Ze ziet er beroerd uit, wel zielig juist nu in deze tijd van Mevrouw Ter Haar en mij. Maar het was pas 2 maanden. Je schijnt dat van hoge koorts erg makkelijk te krijgen. Maar ze is er ook te vroeg mee, pas ruim 2 maanden getrouwd – en ze heeft nog de tijd. Ze is ook niet down, maar vond het zalig dat er visite kwam. Ook geen lolletje zo alleen in een vreemd land en je man steeds op kantoor – hoewel: hij had enige dagen vrij gekregen. – Ik zelf ben weer een nieuw stadium ingegaan: ik kan maar weinig (voor mijn doen dan!) eten. ’s Avonds 2 boterhammen en dan moet ik stil blijven zitten, want m’n maag kan dan geen beweging verdragen. Ik heb deze week dan ook weer ettelijke malen “Vesuviusje” gespeeld – maar ik doe nu met het eten m’n korsetje los, dat helpt ook, benevens de onderste knoop van m’n bustehouder, dewelke ik overigens al sinds maanden vrijaf geef. – Hokje heeft deze week al ƒ 6.- extra verdiend. Onze stoelzittingen waren nl. in hoge mate vol vlekken en de timmerman vroeg ƒ 10.- om alles eraf te halen en er later weer op te zetten. Aldus kochten we een nijptang en zaag en zijn onze 4 grote stoelen weer als nieuw: asjeblieft! De kokki heeft ze gewassen en gestreken en er is werkelijk geen vlek meer te bekennen! Een verjaarscadeau voor mij, vindt Hok! Dan hoeft [4] hij er weer een minder te bedenken! Ja, dat is een last van het huwelijk dat je ook nog je eigen verjaarscadeau moet bedenken! Dan is een Moeder toch maar makkelijk! –

HOK

Ik weet werkelijk niet wat voor de 28e te voorschijn gehaald moet worden: ik vind, dat we nog altijd compleet zijn, behalve dan de gebroken stukken van onze serviezen. Komt tijd, komt raad. Eén cadeau, de nieuwe stoelbekleding is er tenminste al. – De wieg wordt mooi. Mw. Ter Haar kreeg na haar bevalling van haar één na – nu twee na  – jongste kind, oud 3 jaar, een zeer lovende toespraak: “dat heb je ‘m gauw geleverd” zei dat ukje! – Verleden week als gast ter raadsvergadering geweest. Veel zwijgende mensen, weinig sprekende. De burgemeester is zeer vaderlijk en zeer tactvol. Hij weet voor de daarvoor in aanmerking komende mensen een zeer eervolle retraite voor te bereiden. Het gaat er zeer gemoedelijk toe. Consumptie (whisky, limonade) en roken vrij. De volgende week de 20e moet ik optreden. Er wordt dan de nieuwe Vermakelijkheidsbelasting-verordening behandeld. Moeilijk, maar interessant. – Het pakje of – te oordelen naar de vooruitgekomen berichten – het pak wordt met zeer veel belangstelling tegemoet gezien. – Morgen gaat Eidje met deze brief verder.

Dag Hok.

EIDA

Dinsdagmorgen. Omdat we een couponnetje mee willen sturen, moet deze brief nu vanmorgen klaar zijn, zodat ik dadelijk Kasan ermee kan sturen naar ’t postkantoor. – Ik heb de hele stad afgebeld om zeegras en kruizemunt, niet te krijgen. Aldus geen kussentje, tenzij Oma er wat op weet…? – We zijn erg benieuwd hoe jullie het in de Harz had en of je niet weggeregend bent. – Als wij jullie antwoord op deze brief krijgen, is de baby [5] er misschien al! Wat een vreemd idee, ik kan het me nog niet indenken. Marietje Jager Bruining stelde ik daarnet gerust per telefoon dat ons kind alvast geen kale wieg zal krijgen – op dat punt is ze nu gelukkig tevreden gesteld, maar ze zegt dat de baby vast voor mijn straf eerder zal komen omdat de babykamer nog niet klaar is. Je ziet, ze stelt er veel belang in, terwijl ze op bed liggend, telefoneert. Ze krijgt nu een orthopedisch korset dat haar rechtop zal houden. Ik ben benieuwd wanneer Mevrouw van Loon bij jullie zal verschijnen, ze is weer terug naar Holland tot haar groot genoegen. Ze zal een grote tegenstelling vormen met de Indië- enthousiaste Borgers. Maar je moet je er maar niets van aantrekken. Ze vindt nergens wat aan, en de Inlanders griezelig en minderwaardig. Misschien is haar oordeel onder het reizen overigens al wat verzacht. Ze is een beetje dom-burgerlijk, maar goeiig. – Wat m’n kousen en schoenen betreft, ik heb Hok’s hulp bij ’t aantrekken nog niet nodig. Kousen gaat heel goed, maar voor ’t knoopje van m’n schoen, moet m’n buik wat ingedrukt. – Natuurlijk loop ik op steunzolen, en ik draag zelfs de hele dag m’n “Bally schoenen”, zodat m’n voeten veel kunnen verdragen, want anders was ik in korte tijd al doodmoe. – Hoe is ’t mogelijk dat Albert May getrouwd is. Ik zou niet graag elke avond m’n man tegen een ander verliefd zien doen of gaat zij ook bij de operette?! Overigens leuk om Fritz Hirsch aan je trouwdejeuner te hebben, hij zal wel leuk speechen! – We hebben enige blikjes, die Hok over had uit de rimboe aan Westerveld overgedaan, bij die gelegenheid at hij meteen bij ons. Het is [6] een aardige gezellige jongen, ongetrouwd, is gister naar Benkoelen vertrokken voor 6 weken, in een absoluut onbewoond gedeelte. Hij vond het heerlijk! – We verheugen ons op ’t pak!

Dag Eida

Een schattig wit gebreid pakje, fil d’écosse stuurde Tante Jacq. Ik zal wachten met antwoorden tot hun kleinkind er is. – We kregen een standje van de douane voor de “onvoldoende verpakking” en kregen 12 cent invoerrechten en 25 cent inklaringsrecht. Ik zal het haar maar niet schrijven. Dag.

 Heleentje Raus is aangekomen. Ze zal deze week wel verschijnen!

 Ik hoop dat dit stukje papier voorlopig onze achterstand zal dekken. Vooreerst kunnen we niet meer missen!

 [Randje pag. 1]

Gefeliciteerd met Mevr. v. Gilse.



[1] Kinderliedje ‘De zevensprong”: “En heb je wel gehoord van de zeven, de zeven; heb je wel gehoord van de zevensprong? Ze zeggen dat ik niet dansen kan: ik kan dansen als een edelman: dat is één...” (herhalen t/m edelman): dat is twee... t/m zeven.” 

[2] Kinderliedje over Catootje: “... En wie zal wel de derde zijn? Dat zal wel onze kleine Catootje zijn!...”  

Details

  • Plaats: Bandoeng, Berlageweg 3
  • Auteur(s): Eida, Hok
  • Pagina's: 6
  • Soort: Brief, gelinieerd papier
  • Bijzonderheden: Pag. 1 tekening klamboe wieg
More in this category: « 1930-08-05 1930-08-19 »