1930-06-16

EIDA

16 juni ‘30

Geliefden –

Onze dank voor het lijfje. Het ziet er schattig uit. Moeder, of liever Oma (!) heeft er alle eer van. Leuk hè Maatje, dat breien. Toen ik Mamma het patroon voor het babykeepje leerde, kreeg ik de echte breiwoede, zodat als Mamma niet in de kamer was, ik gauw er het een en ander aan deed. Als ik klaar ben met alles, heb ik misschien ook nog eens tijd voor zoiets. Voorlopig zie ik er echter geen gat in. Ik heb met schrik bedacht: nog maar 3 maanden!  De dokter zei tussen 10 en 20 september, dat schreef ik zeker al. Ik knip vanmorgen de flanellen luiers, waarvan ik een paar als zakken dicht zal naaien, op aanraden van Trude, die dat ideaal vindt. Ik heb ook een blok katoen gekocht, 26 el en een molton deken om tot onderlegger te verknippen. Nu heb ik voorlopig weer wat te doen! Ondertussen maakte ik verleden week een strijklaken, volgens het model dat ik me van de Huishoudschool herinner. Keurig gelukt, al zeg ik het zelf! Verder moet ik noodzakelijk nog  nette jurken hebben waar ik in pas. Telkens geeft weer een het op om zich rond mijn slanke (?) leden te één spannen! Helemaal netjes zitten er nu nog precies 3. Verder zijn ze me hoofdzakelijk over m’n borst te nauw, hoewel de laatste tijd steeds m’n ceintuurs wijder moeten. Weet je wat m’n grootste prestatie is van de hele dag?: het in bed stappen! Ik heb nooit gerealiseerd dat je dan je benen moet optrekken en je buikspieren geweldig nodig hebt. En verder nog een krachttoer! “Het” noodzakelijke meubelstuk in de slaapkamer is op een voetstuk geplaatst. Hok zocht een stevig kistje uit. Een waarin de oorlog kogels (handgranaten) verpakt zijn geweest. Dus die ingesteld zijn [2] op lood! Het is toch wat! Ik snap niet hoe iemand, zoals sommige mensen, zo dik worden zonder het met alle macht tegen te gaan. Je kunt je kousen niet meer fatsoenlijk aan krijgen! Trude beweerde vanmorgen, toen ze even aankwam – wat ze overigens nooit doet sinds ze onze telefoon niet meer wil gebruiken – dat ik zo weinig dik ben voor 6 maanden. Ik geloof ook wel dat het niet zo erg is, maar toch hoef ik m’n buikje niet meer expres naar voren te steken om “en profile” m’n toestand te laten zien! –  Vanmorgen is m’n “paardjeslijst” naar de commissie teruggezonden met 53 handtekeningen. Ik heb nog een extra verlengstuk er aan moeten maken, omdat de lijst niet lang genoeg was. Hok was er eerst niet voor te vinden om de lijst mee naar G.B. te nemen. Maar toen er al één collega, Ter Haar + echtgenote, op had getekend, vatte hij moed en kwam thuis met een stuk of 10. Enorm! Maar die heren daar, zijn verre van idealistisch. De een deed het omdat het “niks kostte”, een ander (Rein) omdat zijn aanstaande vrouw ook van dergelijke acties houdt! Onze lieve chef, de Jongh, tekende ook, fijn hè! Die volle lijst deed Thijs vol enthousiasme besluiten om een ieder op de Landraad op te pikken, zodat hij vanmorgen ook met een stuk of 10 aankwam. En dan had je mij moeten zien lopen voor 1 handtekening!! Je ziet als “enige schapen over de dam zijn”..... Onze logees, Thijs en Kees, maken het best. Vanmorgen was ik bij Anneke die eerst heel apathisch was, maar die zeer spraakzaam was, nadat we een belangwekkend onderwerp entameerden! Zo was direct een uurtje om, en m’n borduurwerk, een hempje, onaangeroerd. Het is reuze makkelijk dat we zo dicht bij Borromeus wonen. Tijdens de operatie[1] gingen we ook even naar huis, een half uurtje en toen terug. De blinde- [3] darm, is een groot mormel, hoe is ‘t mogelijk dat je er niets van merkt of je zo’n instrument in je lichaam hebt of niet. –Vrijdag ging ik met Herr und Frau Ludwig op zoek naar huizen. We reden 2 uur lang door de stad en ze hebben nu – natuurlijk hè Paatje – het eerste gehuurd. Het mooiste en duurste (f 90.-) dat we gezien hebben. We waren net op tijd terug, dat ik niet te beroerd was, maar ik was anders wel gammel! Zij Ludwig, ik weet haar voornaam niet – is ook heel aardig. Ze ziet er stijf, ouderwets uit, met strak achterovergetrokken haar met een toetje, en pieken, maar beiden zijn ze heel aardig in de conversatie. We converseren samen als vroeger met onze Oostenrijkse Marie. Zij spreekt Duits, ik Hollands. Hij spreekt al heel aardig Hollands, maar zij durft nog niet goed. Hij weet hier nu al de weg in Bandoeng, spreekt wat Maleis. Ze zijn werkelijk enorm flink en zelfstandig in zo’n ver vreemd land. Ze zijn al een paar keer bij ons aangelopen. Toen Anneke net geopereerd was hadden we Chris, de Smitsen[2], Thijs en hen tegelijk. Net een verjaardag op het Papaverhof! – Dinsdagmorgen. Ik ben ganselijk schor, ik ben blij met jullie zonder keelgeluiden te kunnen praten! Net zijn Meneer en Mevrouw Borger vertrokken. Zo aardig, zo gezellig, echt enige mensen. Ik was net naar Anneke gegaan omdat ik wist dat ze daar zouden komen en ze zaten er al. Anneke was buitengewoon opgewekt, zag er best uit, had ook echt pret met hen. Beiden vreselijk aardig, echt mensen waar je hier nu behoefte aan hebt, zo vaderlijk of zo ouderlijk eigenlijk. Ze zijn toen met mij mee naar huis gegaan en we zaten fijn in ons voortuintje. Het was 11 uur, dus nog geen spoor van Hok, zelfs niet van Thijs. Ze komen nu gauw eens bij ons, ik denk dat [4] we ze dan te eten zullen vragen, want dat kan moeilijk anders, dunkt me. Ik moet maar eens de verdere prestaties van de kokki afwachten, want veel kan ik niet zelf doen, dan ben ik te beroerd om gastvrouw te spelen. Ik ben vandaag overigens in de beste orde, Piekje kwam om half 10 al om afscheid te nemen, het is nog niet helemaal zeker dat ze naar Medan teruggaat, maar ze pakt haar boeltje maar vast. Ik had haar sinds de laatste Vivos avond niet meer gezien. Ze is zoveel ouder en woont te ver weg. Maar we vinden het erg gezellig elkaar zo eens te spreken. Morgenochtend komt Mevrouw Benschop Koolhoven hier, ze had ’t al een maand geleden gevraagd, maar toen kwam juist Mamma en dat ging dus niet. Overigens heb ik veel te naaien, zie boven, maar dat doe ik dan maar tussen 12 en 2, het verlengstukje van de morgen. Wat hebben Meneer en Mevrouw Borger veel gezien. Ik kan me best voorstellen dat ze door iedereen zo hartelijk zijn ontvangen. Het is nog eens aan ze besteed! Ik wou dat wij zoveel van Indië zagen als zij, ongelooflijk. Eerst Sumatra doorkruist, nu naar Djokja geweest, verrukt over de Boeroeboedoer. Maar ze zijn toch wel oersterk, geen last van de ergste storm op zee, niet van de langste, bochtigste autotocht. Ze zien er zo buitengewoon goed uit, als ik ze in Holland niet meemaakte. Dat is een fijn vooruitzicht voor jullie, die nog veel jonger zijn, hoera! – Ik schreef jullie nog niet over een bezoek van een HBS en Holland-kennis van Hok, hij Chinees, zij Hollandse. Ze zijn ± 35 jaar, en waren niets te spreken over de Chinezen in Semarang, hebben heel wat beroerdigheid meegemaakt. Geef mij maar Bandoeng! Dag Eida [5]

HOK

G. Vandaag te 13 ure ben ik Edelachtbare geworden, tenminste als Thijs me juist heeft ingelicht over de aanspreektitel van mijn nieuwe functie. Deze nieuwe functie is lid van de Gemeenteraad. Van de 27 plaatsen mogen de Uitheemse Ned. Onderdanen-  niet Nederlanders, er  drie bezetten. Deze drie zijn bij de eerste kandidaatstelling gekozen: er was maar één lijst. Wat een geringe belangstelling. Of men kan het ook zo zeggen: wat een goede verstandhouding en uniformiteit van belangen bij de Chinezen, dat ze niet tot een verkiezingsstrijd hoefden te komen, zoals bij de Ned. Onderdanen-Nederlanders. De andere 2 Chinezen zijn: Tjen, de vroegere wethouder en een Meneer Sia, die ik nog niet ken. Ze wilden me persé hebben, hoe ik ook al betoogde, dat ik absoluut geen contact heb met de andere Chinezen. Blijkbaar wilden ze me hebben om mijn titels, bij wijze van vlag. Ik heb het met genoegen aanvaard, om eens ook wat andere problemen te hebben dan zuiver wetenschappelijke. Waar uit het werk bestaat weet ik nog niet. Merkwaardig toch, je wordt hier tot vertegenwoor-diger gebombardeerd. Vertegenwoordiger van de Chinese belangengroepen hier ter stede, terwijl ik toch in het geheel niet dezelfde belangen zal hebben als mijn kiezers. De volgende maand de eerste raadsvergadering. – Tan In Hok ken ik niet, hij zit in de Bataviaanse gemeenteraad. – Jammer dat zo’n lidmaatschap niets opbrengt, vindt u niet? Dus absoluut geen bijverdiensten. – Het is een prachtige leerschool en dat is mede een der voornaamste redenen waarom ik er in heb toegestemd. – Eida verwent me helemaal niet, als er van verwennen sprake is, dan ben ik wellicht degene die verwent. Zo pas hebben we voor de rechter – we hebben hier een rechter in huis – over deze vraag gekibbeld. En de rechter heeft niet kunnen uitmaken wie het bij het rechte eind heeft. Wat plotseling met die blindedarm van Anneke. Het is maar beter zo, dan ermee gewacht.

Dag Hok.



[1] Anneke is geopereerd aan haar blindedarm

[2] Walter en Leni Smits (NB Pierre en Trude Smit)

Details

  • Plaats: Bandoeng, Berlageweg 3
  • Auteur(s): Eida, Hok
  • Pagina's: 5
  • Soort: Brief, gelinieerd papier
  • Bijzonderheden: Pag. 5 op briefpapier Hok
More in this category: « 1930-06-09 1930-06-24 »