1929-10-15

EIDA

15 oktober ’29

Geliefden –                                                                 

Ziehier de fraaiste kieken, echt dol. Ons schilderij komt goed uit, maar het lijkt alleen veel kleiner dan het is, ook het buffet dat nog wel 1.80 m lang is. Wat maken bloemen een kamer toch direct gezellig. Dat bewijzen de aronskelken achter Hok en de rooie anjers op tafel in Tante Masje’s vaasje, welke laatste bloemen me door Houw geschonken werden, daar doorheen schemert nog net het geslepen glas van het buffet, waardoorheen het glaswerk van Tek Bheng zo mooi uitkomt. Het is zo enig aan elk stuk in je huishouding de herinnering aan iemand te kunnen vastknopen, zoals het bij ons het geval is; ik kan me nooit begrijpen dat je zoudt vergeten van wie je iets kreeg, want het voorwerp en de persoon zijn nu één geworden. – Vandaag werd ik p.f.[1] en desondanks beproefde ik vanmorgen mijn bakkunst, want morgen zijn wij een half jaar getrouwd, waar je blijkbaar te laat aan gedacht hebt, of het moest met het vliegtuig komen, dat vanmorgen juist arriveerde. We hebben natuurlijk weer feest, gevijven, en ik heb tevens plannen voor een hors d’oeuvre. De taart was natuurlijk een geheim voor Hok, maar ik had hem om te bewaren in de vliegenkast gezet en toen dacht [2] Ardjo dat het als toespijs bedoeld was en bracht hem triomfantelijk binnen. Overigens is hij lang niet volmaakt (die “hij” kan op beiden slaan! En terecht). De taart [HOK de beoordeling over de volmaaktheid hiervan valt buiten Eida’s competentie, vindt u niet] wou niet goed rijzen, althans ik had hem nog hoger verwacht en Ardjo is vaak uit zijn hum. Dit laatste zal wel enigszins aan mij liggen (niet dat het eerste mijn schuld was!) want ik spreek altijd in beveeltermen, hoewel met allerbeminnelijkste stembuiging en gezicht, omdat ik de taal niet goed machtig ben. Ardjo is overigens liever lui dan moe en bij voorkeur heeft hij “geen tijd” om iets te doen! Ik hoop dat alles op den duur in orde zal komen en wij niet van bedienden hoeven te veranderen, hoewel kokki nou niet bepaald hygiënisch is aangelegd! – Hier komt de luchtdienstbesteller, erg bedankt hoor [HOK ook door mij]! Wat keurig op tijd aan de vooravond. Nu voor een half jaar, aten vele mensen bij ons en toen hebben we ze fijn weggestuurd en zaten we, na Joosje, nog fijn bij elkaar hè! Wat streken we die sluier mooi. Het was toch een dolle dag die 16e april, wat mist iemand, die niet in het wit trouwt toch veel! En iemand die niet zo’n familie heeft nog meer!! – We profiteren fijn van Houw’s logeerpartij door hem te laten kieken. Verder leest hij de hele dag detective romans, hij leende er gister 4 van de Smitten! En dat wil nu “vossen”[2]. Toch heeft hij al wat uitgevoerd en zet hij Hok steeds “mat”, zelfs “zonder te denken” zegt hij. Hij is nu kampioen van Soekaboemi, eerstdaags van Buitenzorg!

Dag!

Hok en Eida

[Randje pag. 1]

Drinken jullie nu vóór half 12 koffie, als Emma “naar de zaak” moet.

Houw doet al moeite voor een analistenbaan bij hem op Buitenzorg.

[Randje 1 pag. 2]

Ik schreef niet dat Anneke ziek was, omdat ik dat aan haar wou overlaten en ik het

bovendien niet ernstig inzag. Inderdaad had ze na twee dagen ook weer 37.2°.

[Randje 2 pag. 2]

HOK

In deze brief staat iets wat ik niet mocht lezen. Is het heel erg. – Houw plaagt Eida graag, heb ik gemerkt, maar zij verweert zich goed. Hij vindt dat hij niet genoeg eten krijgt ofschoon hij in de middaguren als een dikke cobra bewusteloos ligt bijna, van de sappige spijzen. Een logé te hebben als hij is heel plezierig. Zijn groeten hierbij ingesloten.



[1] “p.f. worden” in deze brieven: “ongesteld worden”.

[2] Vossen = hard werken.

Details

  • Plaats: Bandoeng, Berlageweg 3
  • Auteur(s): Eida
  • Pagina's: 2
  • Soort: Brief, gelinieerd papier
More in this category: « 1929-08-13 1929-10-21 »