1936-06-03

EIDA

6 uur v.m. 3 juni ‘36

Geliefden – Nu is de dinsdag voorbijgegaan zonder dat ik de pen opnam – Truitje is nl. ziek bij een vriendin en moet ik haar werk ook weer erbij doen. Het bevalt me overigens best, vooral om Axel zelf te behandelen. Hij heeft in 4 dagen nog niet éénmaal gezeurd en ongezeglijk geworden, wat hij altijd onder het aankleden is bij Truitje en bij de baboe. Als je veel te doen hebt, pik je alles handiger in, moet je je tijd precies indelen. De bijzondere dingen aan het eten, vlees braden e.d. doe ik ook. Hok vindt het wel fijn, want Truitjes kookkunst is niet alles! – Moet je weten dat Trui zaterdagmiddag om half 3, even vrij vroeg tot half 5 om een jarige te bezoeken, en dat ze, ’s middags, noch de volgende dag noch maandag terugkwam. Wij wisten niet waar ze was en ik maakte me ongerust daar ze toch een huisgenoot van ons is. Na een handige speurtocht vonden we haar in een achterbuurtje [2] met een beetje keelpijn. In een huis vol mensen en niemand die ze even naar ons toe had gezonden. Ik heb haar erg boos toegesproken. Wij hadden minstens aan een ongeluk gedacht – Veel benul heeft ze ook niet blijkbaar! – Ondertussen kwam er van onze Pinksteren niet veel terecht. Hok is niet meegegaan met Chavannes op de autotocht zoals even het plan was, maar heeft het een en ander gewerkt. Axel en ik zwommen één morgen en nog één maal naar de dierentuin – Maar ’t is half 7 en m’n kindertjes zijn goed wakker geworden en m’n heer gemaal rekt zich uit in zijn bed! – ik moet pap voor Lisa gaan maken, de ochtendbeschuitpap. – Truitje is plotseling gearriveerd, ik heb haar nog niet onder ’t oog gebracht dat ze zoiets niet een tweede keer uithaalt. Overigens is het prettig dat ze weer terug is. Maar ik zal zelf de kinderen hoofdzakelijk blijven doen, vooral Axel – het zal haar wel tegenvallen, maar hij is net op een leeftijd om flink aangepakt te moeten [3] worden – Hij is erg zelfstandig, trouwens hij was het ook al, denkend aan die éne morgen dat hij was gaan wandelen met Tommy toen hij 2 was en ik hem bij het Ziekenhuis terugvond. Hij is voor ’t eerst alleen uit spelen gegaan bij de familie Hofstee. Daar is een dochtertje van bijna 4, en die is al erg op Axel gesteld. Zij is enorm verlegen, maar laat zich toch niet op de kop zitten. ’t Is fijn voor hen beiden dat ze een kameraadje hebben. Terwijl hij daar speelde wilde hij opeens naar huis “Aatje kan alleen wel” (zei ik vroeger ook niet zoiets). Want “Aatje honger”! Ze hebben hem daar toen gelijmd met en stukje biefstuk! – Lisa was gister 120 gram aangekomen enorm prettig. Ze heeft nu blijkbaar goede voeding. Misschien helpt het theelepeltje levertraan ook! – Onze nieuwe huisjongen is nog steeds actief en [4] enthousiast, fijn! Hij kalkt het hele huis. De keuken is weer blinkend wit met een nieuw rood-wit zeiltje achter de kachel voor het spatten! – Gisteravond naar het Anton Ruys gezelschap. Verrukt van Vera Bondam en Cruys Voorbergh. Dol om weer eens goed te zien spelen. “Men” is het hier weer ontwend om het spel op zichzelf te waarderen en de zaal was halfleeg. Hoe is ’t mogelijk! Ze speelden “de Fee” van Molnar – echt vol geest, één en al leven. We werden er zelf uitgelaten en loszinnig van! Hok natuurlijk niet!! Hij kan het luchtige ook niet erg waarderen, maar hij zegt nooit veel, laat mij maar de kritiek leveren. – Axel is vlug aan het eten omdat we zelf de brief naar Andir moeten brengen. Axel is dol op vliegmachines. M’n brief naar Em in Medan kreeg ik terug, te laat, vervelend – ik zal zien waar ik haar nu bereiken kan bij ’t aankomen in Holland waarschijnlijk. –

Dag Engeltjes.

Omhelsd Eida

Van Hok veel groeten, hij is naar kantoor.

Details

  • Plaats: Bandoeng, Ruysdaelweg 6
  • Auteur(s): Eida
  • Pagina's: 4
  • Soort: Luchtpostpapier
More in this category: « 1936-05-26 1936-06-09 »